Stuttgarter Ballett danst een fraaie ode aan de Nederlandse grondwet

Recensie Theater

Ballet De cirkel sluit zich bijzonder fraai nu Jirí Kyliáns choreografie ‘One of a Kind’, ooit gemaakt ter viering van de Nederlandse grondwet, nu wordt uitgevoerd door het Stuttgarter Ballett, de oude werkgever van de choreograaf.

‘One of a Kind’ van Jirí Kylián, met dansers Alicia Torronteras en Martí Fernández Paixà.
‘One of a Kind’ van Jirí Kylián, met dansers Alicia Torronteras en Martí Fernández Paixà. Foto Roman Novitzky/ Stuttgarter Ballett

Incidentje bij aanvang van het optreden van het Stuttgarter Ballett in Den Haag. „Weg met het koningshuis!”, klonk het van een zijbalkon, vlak voor One of a Kind begon, Jirí Kyliáns choreografie ‘over’ de Nederlandse Grondwet. De schreeuwer in kwestie werd resoluut in de kladden gepakt en afgevoerd. Onduidelijk bleef of hij een rabiate republikein was of een verontwaardigde bezoeker die de zaal in wilde terwijl koning Willem Alexander en zijn moeder prinses Beatrix al gezeten waren. Dat is de regel – niet in de grondwet verankerd, maar door de veiligheidsdiensten verordonneerd.

Kylián creëerde het ballet, een van zijn weinige avondvullende werken, 25 jaar geleden voor ‘zijn’ Nederlands Dans Theater in opdracht van de Nederlandse regering in het kader van de honderdvijftigste verjaardag van de grondwet. Een fascinerend document, vond hij, met name Artikel 1, waarin de grondrechten van en het respect voor het individu worden geformuleerd. Het drieluik One of a Kind schetst in choreografische calligrafiestreken de reis van één individu door het leven, dat een constante stroom is van ontmoetingen met andere individuen, iets wat het vermogen tot voortdurend aanpassen vergt.

Loopplank

Die reis van deze vrouw begint toepasselijk tussen het publiek. Vanaf de eerste rij betreedt zij, behoedzaam, via een loopplank het toneel. Zoekend over een hoekig pad beweegt zij met trage bewegingen die soms versnellen met plotse impulsen van flitsend uitschietende ledematen of sidderingen. De eerste confrontaties met anderen zijn nog moeizaam en stroef, met geagiteerde gebaren. In de soundscape (een collage met composities van Brett Dean en onder anderen Cage, Britten) klinken schurende, machinale geluiden en ook cellist Francis Gouton strijkt live op het toneel dissonanten aan.

One of a Kind van Jirí Kylián, met dansers Vittoria Girelli, Mackenzie Brown, Alessandro Giaquinto en Timoor Afshar.
Foto Roman Novitzky/ Stuttgarter Ballett

In vier grote duetten vinden de dansers langzaam manieren om met elkaar en óm elkaar te bewegen, elkaars vormen te volgen, openingen te vinden, met ingenieuze polyfone zang van Gesualdo als muzikale pendant. Opvallend element in het tweede deel is de enorme kegel die boven het toneel (het schitterende decorontwerp is van Atsushi Kitagawara) draait en zo een steeds wisselende belichting en ruimtelijke indruk veroorzaakt. Op de vloer is het een koortsachtig af en aan van de (totaal 21) dansers in wisselende duetten, korte dubbelduetten en andere groepsdansen vol rakelings langs elkaar scherende individuen, perfect getimed.

In deel drie lijkt de grote, zwarte driedelige trap een weg naar verheffing en vrijheid te suggereren. Een ideaal dat achter een gordijn van glanzende draden verdwijnt. De danseres die 70 minuten eerder uit het publiek opstond, waagt tot slot behoedzame passen op de eerste treden.

De uitvoering door het Stuttgarter Ballett, het gezelschap waar de nu 76-jarige Kylián in 1968 na zijn vlucht uit Tsjechoslowakije onderdak vond en zijn eerste choreografieën maakte, is zonder meer uitstekend. Onmiskenbaar is de ‘huisstijl’ van de Stuttgarters klassieker, ánders dan die van het Nederlands Dans Theater; het zijn details in lichaamsspanning, ‘sappigheid’, souplesse en vering. Daarom is de voorstelling niet minder goed, juist interessant. Mooie bijkomstigheid is het feit dat met dit optreden van zijn voormalige werkgever, aldus Kylián, een van de cirkels in zijn leven zich sluit. En wel op zeer fraaie wijze.