Strijd in Soedan raakt de al aanwezige vluchtelingen diep

Op de vlucht Soedan telde al miljoenen vluchtelingen en ontheemden voordat het huidige gewapende conflict er uitbrak. Zij zijn nu extra getroffen.

Soedan telt drie miljoen intern ontheemden, van wie 80 procent in Darfur verblijft.
Soedan telt drie miljoen intern ontheemden, van wie 80 procent in Darfur verblijft.

Foto Reuters/Zohra Bensemra

Soedanezen die geen geld hebben om te vluchten houden zich nog altijd schuil in hun woningen. Maar wat gebeurt er met de kwetsbaarste groepen in het land, die al volledig afhankelijk waren van humanitaire hulp?

Het door geweld getroffen land in de Hoorn van Afrika kende voordat het gewapende conflict tussen de generaals uitbrak al een van de grootste vluchtelingenpopulaties in Afrika: 1,1 miljoen. De groep intern ontheemden is nog groter. Al bijna twee decennia wonen drie miljoen zogenoemde IDP’s, internally displaced people, in permanente kampen, voornamelijk in de zuidwestelijke regio Darfur. „We hebben niet de benodigde middelen om deze mensen te helpen”, zegt woordvoerder Faith Kasina van VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR.

Darfur

Als bijproduct van de gevechten tussen legerleider Abdel Fattah al-Burhan en generaal Mohamed Hamdan Dagalo, alias Hemedti, is er een oude strijd opnieuw opgelaaid. De regio Darfur is sinds 2003 het toneel van dodelijk geweld. De Darfuri van Arabische afkomst namen het op tegen hun mede-Darfuri van Afrikaanse afkomst. Die eerste groep ging de Janjaweed heten. Samen met het regeringsleger streden ze tegen opstandelingen, waarbij ze oorlogsmisdaden zouden hebben begaan. Momenteel opereren sommige Janjaweedmilities onder de vlag van de Rapid Support Forces, die dit keer juist strijden tégen het regeringsleger.


Lees ook:Het conflict in Soedan dreigt zich als een olievlek over de regio te verspreiden.

Hoewel er veel aandacht uitgaat naar de slachtoffers in hoofdstad Khartoem, doet de nieuwe geweldsexplosie ook de spanningen in Darfur toenemen. Na een wijdverbreide internetuitval kwam zondag naar buiten dat bij gevechten in de stad Geneina van 24 tot en met 27 april er tussen de 100 en 190 mensen om het leven kwamen. In deze regio wonen veel ontheemden, wier kampen massaal zijn verwoest.

Sommige hulpverleners spreken van een genocide, maar Kasina denkt eerder dat de slachtoffers „bijkomende schade” zijn van plunderingen. „De strijdgroepen zijn op zoek naar alles wat ze kunnen gebruiken: voedsel, water, kleding.” Ook het UNHCR-kantoor is geplunderd. „Van spullen die we juist nodig hebben voor onze operaties”, zegt Kasina.

Veel IDP-kampen zijn totaal verwoest. Ooggetuigen stuurden video’s naar de Franse nieuwszender France24 waarop lijken te zien zijn na een aanval op een drukbezochte markt. Een van de inwoners noemt het „een bloederige dag” en zegt tegen de zender dat hij mensen voor zijn ogen dood zag neervallen.

De ontheemden zijn aan hun lot overgelaten. Ze kunnen niet naar hun akkers terug, omdat die zijn ingenomen door Arabische Darfuri. „Deze mensen zijn volledig afhankelijk van humanitaire hulp”, zegt Kasina. Het is onduidelijk waar ze nog terecht kunnen.

Zuid-Soedan

Na de ontheemden is de grootste groep vluchtelingen in Soedan – 70 procent van het totaal – afkomstig uit Zuid-Soedan. Zo’n 800.000 Zuid-Soedanezen weken uit naar hun noorderburen vanwege een cocktail van extreme droogtes, overstromingen en conflicten in hun land. Hoewel er enorm optimisme heerste toen Zuid-Soedan onafhankelijk werd van Soedan, in 2011, brak er in 2013 een burgeroorlog uit. De twee leiders van de bevrijdingsstrijd tegen het noorden – de huidige president Salva Kiir en politicus Riek Machar – raakten onderling slaags. Net als nu in het noorden gebeurt, vochten ze hun onderlinge vetes uit over de ruggen van de bevolking. Dit leidde tot economische achteruitgang, ziektes, honger en een grote stroom vluchtelingen naar Soedan.

Maar nu er in hun toevluchtsoord geweld is uitgebroken, zijn er veertigduizend Zuid-Soedanezen teruggekeerd naar hun geboorteland. Als ze daar aankomen, probeert de UNHCR hen zo snel mogelijk naar een veilige plek te brengen, want Zuid-Soedan is niet op deze grote aantallen mensen voorbereid. „We krijgen meldingen dat mensen vanwege de beperkte voorzieningen slapen onder bomen of in verlaten openbare gebouwen”, vertelt Kasina vanuit de Keniaanse hoofdstad Nairobi. „De meeste mensen gaan om die reden naar familie toe, maar we hebben ook mensen begeleid naar nieuwe vluchtelingenkampen.”

Eritrea

De 126.000 Eritreeërs zitten misschien nog wel het meest klem in Soedan. In hun thuisland lopen ze gevaar vanwege de politieke situatie daar. Eritreeërs vormen de oudste groep vluchtelingen: al sinds de jaren zestig bivakkeren ze in het oosten van het land. Elk jaar steken duizenden van hen vanuit Eritrea de grens over. Eerst weken ze uit vanwege de strijd voor onafhankelijkheid, daarna sloegen ze op de vlucht voor de autocraat Isaias Afewerki. Deze leider van de jonge onafhankelijke staat dwingt jongeren om een lange tijd in dienst te gaan, omdat hij talrijke oorlogen in de regio voert.


Lees ook:Ethiopië belooft noodhulp toe te laten in Tigray

De laatste grote ronde van gevechten was in de Ethiopische regio Tigray, waar Isaias en de Ethiopische premier Abiy Ahmed samen optrokken tegen het regionale Tigrese leger. Het Eritrese leger viel daarbij ook kampen met Eritrese vluchtelingen aan, ontvoerde duizenden van hen en bracht hen terug naar Eritrea.

Eenzelfde lot dreigt nu voor de vluchtelingen in Oost-Soedan. De UNHCR is op de hoogte van verhalen dat Eritreeërs ook uit Soedan worden ontvoerd en is hierover „in contact met de Soedanese autoriteiten”, maar kan de berichten vooralsnog niet definitief bevestigen.

Met medewerking van Koert Lindijer

Correctie (10 mei 2023): In een eerdere versie van dit artikel stond dat Eritreeërs uit Soedan zouden worden ontvoerd, dat moet zijn gedeporteerd.. Dat is hierboven aangepast.