Spaanse ombudsman: 1 op 100 Spanjaarden slachtoffer van misbruik in kerkelijke instituties

Naar schatting één op de honderd mensen in Spanje is slachtoffer geworden van seksueel misbruik door leden van de kerk. Dat schrijft de Spaanse ombudsman vrijdag in een 777 pagina’s tellend rapport. Daaruit blijkt dat 1,13 procent van de ondervraagden als kind seksueel misbruik heeft meegemaakt in religieuze sfeer. Volgens de Spaanse krant El País is Spanje daarmee het land met de hoogste officiële prognose van slachtoffers. „De kwestie is, zonder enige twijfel, niets anders dan schandalig”, aldus de ombudsman.


Lees ook
Ook in Nederland hielden bisschoppen en kardinalen misbruik in stand

De Roermondse oud-bisschop Jo Gijsen in 1981.

Het percentage gaat over misbruik door priesters en andere geestelijken, maar ook door niet-geestelijken als leraren en vrijwilligers in kerkelijke instituties. Het onderzoek richt zich voornamelijk op misbruik binnen de Katholieke kerk. Voor het onderzoek vulden meer dan achtduizend Spanjaarden een vragenlijst in, een steekproef die volgens de ombudsman representatief is voor de Spaanse bevolking. Sommige slachtoffers waren vrouw, maar de meeste waren man.

Onterechte stilte

Het rapport is kritisch op de rol van de kerk bij het verhullen van deze misstanden. Ook tijdens dit onderzoek stuitte de ombudsman soms nog op bisschoppen die niet wilden meewerken. De ombudsman spreekt van „onterechte stilte” waardoor het lijden en isolement van slachtoffers soms jarenlang onopgemerkt bleef. „De ernst van het fenomeen wordt niet alleen duidelijk uit hoe intens de slachtoffers hebben geleden, maar ook uit het grote aantal mensen dat getroffen is en hoe hun vertrouwen is geschonden door een instelling die duidelijk macht en moreel gezag uitoefent.”

In het rapport beschrijft de ombudsman de gevolgen die dit heeft gehad voor de slachtoffers. Het merendeel van de geïnterviewden kreeg last van emotionele- of gedragsproblemen. Ze spraken verder over relatieproblemen, slaapproblemen en eetstoornissen. Een derde van de slachtoffers ervaarde posttraumatische stress, en weer een derde van hen vertoonde symptomen van depressie. Andere gevolgen die werden genoemd waren suïcidale gedachten, laag zelfvertrouwen, slechte prestaties op school en woede. In totaal noemde ook 15 procent van de slachtoffers middelenmisbruik en afwijzing van fysiek contact, wat volgens de ombudsman „een zeer pijnlijke” rol speelt in het leven van deze mensen.