Sopraan Elisabeth Hetherington is Euterpe en Terpsichore in één

Wie gaat een one woman show maken voor sopraan Elisabeth Hetherington? Waarin ze haar talenten in alle pracht en veelzijdigheid kan etaleren, zingend, acterend, dansend, musicerend en wie weet wat nog meer? In Euterpians, de nieuwe voorstelling van Andrea Leine en Harijono Roebana, is Hetherington – de winnares van de Nederlandse Muziekprijs – het stralende middelpunt.

Euterpians is een ode aan vrouwelijke kracht, het vrouwelijke in de kunst – vrouwelijke componisten vooral – een ode aan de vrouw kortom en Hetherington, met wie de choreografen al vaker samenwerkten, is de gedroomde vertolkster. Niet alleen zingt zij liederen van onder anderen Hildegard von Bingen, Billy Holiday en Sofia Goebaidolina geweldig, het is ook fascinerend te zien hoe zij daarbij de toonhoogte van haar stem lijkt te verhogen of te verlagen alsof ze een theremin bespeelt; met haar hand gebarend ontlokt ze de klanken, uitrekkend naar de hoogste registers, neerdrukkend tot lage tonen. Met enthousiasme ramt ze op een enorme drum, subtiel is juist het gebaar van twee handen op haar buik waarmee ze tegelijk haar adem ondersteunt als naar de moederschoot verwijst.

Krijgshaftige amazones

Haar achtergrond als moderne danseres is onmiskenbaar als ze schijnbaar moeiteloos volwaardig meebeweegt met de andere dansers, haar ervaring met tekst bewijst het gemak waarmee zij de soms lastige teksten van Erik Bindervoet uitspreekt: Euterpe en Terpsichore in één.

Hetherington spint de rode draad in Euterpians. Zij is omringd door een ensemble van vijf danseressen – muzen, krijgshaftige amazones en onweerstaanbare sirenen – en twee mannelijke dansers die nu en dan inbreken met spierballendans. Ook de drie musici (celliste Maya Fridman, percussioniste Marianna Soroka en gitarist Wiek Hijmans) worden theatraal ingezet.

De choreografie heeft weinig groepsdelen; de nadruk ligt op soli en duetten rond of met Hetherington. De strakke armen, zwiepende benen en kraakheldere articulatie van ronde en gehoekte vormen zijn vintage Leine Roebana. Twee sirenen (Mariví van den Hooff en Elizabeth Steele) lijken, synchroon heupwiegend, bewegende backing vocals tegenover de drie krachtige amazones. Jammer genoeg zijn de teksten van de dansers Aika Goto, Benedita Crispiniano en Saoirse Lambkin O’Kane vaak slecht verstaanbaar, waardoor Bindervoets ritmische woordenstroom meer afstand schept dan het associatieve vermogen stimuleert.

Die haperende combinatie van dans en tekst in verschillende talen zit een gevoel van dramaturgische ontwikkeling in de weg en werpt de kijker bovendien terug in de tijd, al is zowel de toon als de dans lichtvoetiger dan bij de voormoeders van Leine en Roebana. Gelukkig is daar steeds Hetherington die de kijker weer de voorstelling in trekt.