Sexy, soulvolle documentaire over trans sekswerkers

Halverwege Kokomo City horen we het nummer ‘Sissy Man Blues’ van de Amerikaanse bluesgitarist Kokomo Arnold. Hij zong al in de jaren dertig over biseksualiteit – „Lord, if you can’t send me no woman, please send me some sissy man.” Voormalig muziekproducent D. Smith ontleende er de titel van haar documentaire over Afro-Amerikaanse trans sekswerkers uit Atlanta en New York aan. We hebben dan al kennisgemaakt met de complexiteit van hun levens: als vrouwen, sekswerkers, transgenders en mensen van kleur behoren ze tot de meest kwetsbare groepen in de Amerikaanse samenleving. De meesten van hen begonnen met sekswerk om hun transitie te kunnen betalen. Daarbij trekken ze ook klanten aan met een voorkeur voor trans vrouwen. Enkelen van hen komen ook aan het woord: ze worstelen met geïnternaliseerde misogynie en trans- en homofobie, wat voor de vrouwen vaak onveilige en gewelddadige situaties oplevert. Een van de hoofdpersonen, Koko Da Doll, werd dit voorjaar vermoord. Smith, zelf trans, weet waar ze het over heeft: toen ze uitkwam was haar muziekcarrière ten einde.

Drie verhalen blijven nazingen: dat van Liyah, die vertelt hoe ze ontdekte dat een cliënt een wapen droeg. Dat is deels geënsceneerd, waardoor de spanning, de verwarring en de hectiek van de situatie voelbaar worden. Daartegenover staat het romantische verhaal van Rich-Paris wier geliefde Xotommy haar genderidentiteit accepteert. De meeste indruk maakt echter een bijna als spoken word gebrachte jazzy monoloog van Daniella. Op een bankje in Brooklyn adresseert ze de hypocrisie in de Afro-Amerikaanse gemeenschap evenals het gebrek aan solidariteit tussen cis- en trans vrouwen. Alles werkt naar dat ene moment toe, want Kokomo City is als een conceptalbum. Divers, eclectisch, geschoten in monochroom, soms overbelicht zwart-wit, in een veelheid aan stijlen, met animaties en knalgele teksten in beeld. As een serie songs, raps en rants met één gemeenschappelijk thema. De stijl heeft veel gemeen met modefotografie en muziekvideo’s, maar ook met de klassieker Paris is Burning (1990) over dragqueens en hun ‘house-cultuur’ in het New York van de jaren tachtig. Het doet in z’n beeldtaal denken aan de ‘visual albums’ van Beyoncé: soulvol, sexy en spetterend zonder ooit de grimmige kanten van het verhaal te schuwen.

https://www.youtube.com/watch?v=8J4YxC72hVg

Leeslijst