Serie ‘The Last of Us’ roerde tot tranen, maar liet ook steken vallen

Recensie

Media

Serie De trouwe verfilming van de baanbrekende game ‘The Last of Us’ is wereldwijd een grote hit. Recensent Len Maessen is onder de indruk van de serie. Toch mist er volgens haar iets.

Pedro Pascal als Joel in de serie The Last of Us.
Pedro Pascal als Joel in de serie The Last of Us.

Liane Hentscher / HBO

Een recensie van The Last of Us op HBO? Die wilde ik niet schrijven. Als gamejournalist vertrouwde ik mezelf niet genoeg om de juiste kritische afstand te nemen: The Last of Us is voor mij méér dan een televisieserie. De game is historisch, een boei waar gamers zich aan vast kunnen klampen: jullie onderschatten ons altijd, denken dat games slechts speelgoed zijn voor tieners, maar ze zijn een écht vertelmedium, zegt The Last of Us, ze verdienen hetzelfde respect als films, boeken en muziek.

Hoe schrijf je als mainstream gamejournalist in godsnaam een objectieve recensie over zo’n serie? Iets waar een leek iets aan heeft, zonder in game-evangelie te vervallen?

The Last of Us is een héél trouwe verfilming. Het eerste seizoen van de serie eindigde maandag dan ook op precies dezelfde manier. Vijftiger Joel heeft tiener Ellie gedurende acht afleveringen begeleid door met zombies en kannibalen bezaaid gebied, op zoek naar de dokters die van haar zonderlinge immuniteit een vaccin kunnen maken voor de gehele mensheid. Ze hebben traumatische gebeurtenissen meegemaakt, vrienden gevonden en verloren, ze zijn er bijna aan onderdoor gegaan. Ook het einde loopt niet zoals gepland. Iemand maakt een verschrikkelijke keuze. Wat zegt dat over ons beeld van deze mensen? Wie heeft gelijk?

Het blijft een fascinerend einde. De reis ernaartoe is emotioneel, je raakt gehecht, wilt het beste voor onze helden. Schrijver Neil Druckmann maakt gebruik van deze gevoelens, net zoals hij dat in de game deed.

Toch deed het me net iets minder, toen ik deze aflevering maanden geleden voor het eerst zag, en ik vroeg mezelf lang af waarom.

Nu dat de aflevering voor iedereen te zien is, blijf ik denken aan een zin uit mijn recensie van de tweede game. „[Maker] Naughty Dog schildert in The Last of Us Part II als een virtuoos met schuld en schaamte”, schreef ik, „zoals alleen een videogame dat kan.”

Perspectief

The Last of Us Part I en II zijn games over perspectief, over wie het recht heeft om te handelen, over liefde, en over wat er gebeurd als deze drie zaken op die van een ander mens klappen. Gamecritici mopperden jarenlang kribbig over hoe The Last of Us meer aanvoelt als een televisieserie dan een game, maar het verhaal dat hier verteld wordt is er één die intrinsiek is vastgeklonken aan de game als medium. Ons vermogen tot handelen, ons perspectief, staat aan de kern van elke game. De sterkste gameverhalen bevragen jouw perspectief en verantwoordelijkheid voor deze handelingen.

Ik ben Joel en Ellie. Hun keuzes zijn de mijne. Ook als ik het niet wil.

Televisie vertelt ons juist verhalen over het handelen van mensen buiten onszelf. We vinden Pedro Pascal (Joel) leuk om naar te kijken, we wensen hem het beste, maar wat hij doet is niet wat wíj doen. Meeleven kan, maar de klemtoon van het gevoel ligt anders. „Doe dit niet”, roep je tegen een serie; „Dwing me niet om dit te doen”, jammer je tegen een game.

Is The Last of Us dan een slechte serie? Allerminst. Het schrijfwerk van de oorspronkelijke game is sterk genoeg om ook in deze vorm emoties op te roepen, de toevoegingen van serie-schrijver Craig Mazin voegen nieuwe lagen toe. Hoe elke aflevering in korte tijd liefde voor een nieuw personage weet te ontlokken aan het publiek is meesterlijk. De omgevingen zijn prachtig, en aflevering drie, die het gamescript inruilt voor een relaas over liefde en alles wat het leven zinnig maakt, roert me nog steeds tot tranen. HBO pocht dan ook zielsgelukkig over de kijkcijfers.


Lees ook: Een homostel dat vredig oud mag worden: dat is revolutionaire televisie

Maar in dit laatste uur voel ik de afstand die de zwakke momenten van de serie voor mij kenmerkt. The Last of Us is als serie op haar best wanneer ze uitzoomt, de derde persoonsvorm omarmt, de emoties laat zien die we in de game alleen intern voelen.

De game is echter meer dan alleen een aaneenrijging van dramatische scènes. Het is zelfs meer dan de spannende actie, of de wroeging van ons eigen verschrikkelijke handelen. Het is de loze uurtjes die we keuvelend met Ellie doorbrengen, om met haar naast ons Joel te zijn. Te saai voor televisie: ze sneden het er vaak uit.

Dat laat gaten achter. Plekken waar het tempo stokt en spurt als een falende motor. Ons zicht op het doel verwatert als we zelf niet één voet voor de ander kunnen zetten. Nooit weet de serie een eigen manier te vinden om deze leemte te vullen.

The Last of Us is een fantastische serie – maar het was een geniale game.


In deze gids zetten we de beste series van dit moment op de streamingdiensten op een rij