Op zijn oude dag is Martin Scorsese (80) nog niet klaar met zijn kroniek van de Verenigde Staten.
Zijn films nemen hun tijd. Met The Irishman (2019) loste hij in 209 minuten de verdwijning van vakbondsleider Jimmy Hoffa en de moord op John F. Kennedy op; in Killers of the Flower Moon illustreert hij met een waargebeurd horrorverhaal in 206 minuten de genocidale omgang met de inheemse bewoners.
Vanaf Mean Streets (1973) via Goodfellas (1990) tot The Wolf of Wall Street (2013) spint Scorsese zijn epos van Amerikaanse zelfhaat, als zwarte komedie of – zoals hier – als bittere tragedie. De VS zijn een hypocriet, gewelddadig en materialistisch land bevolkt door ontwortelde opportunisten die de ‘con man’ – de zwendelaar – als hoogste ideaal aanbidden. Welk ander land produceert een president als Donald Trump?
Het kwade genius van Killers of the Flower Moon is het joviale, quasi-vaderlijke reptiel Bill Hale, Robert De Niro op zijn flemende best. Deze rancher uit Oklahoma is de vriend en beschermer van de lokale Osage-stam, wier taal hij spreekt. Het geval wil: de Osage zijn na 1870 uit hun reservaat in Kansas overgeplaatst naar een nog onvruchtbaarder reservaat in Oklahoma. En laat daar begin 20ste eeuw nou olie onder liggen: de royalty’s maken de Osage tot de rijkste stam op aarde. Veel petrodollars verdwijnen al snel in witte handen – Osage staan vaak als ‘financieel incompetent’ onder curatele – maar Bill besluit binnen te lopen via sluipmoord. Omdat de grond erfbaar is, trouwen zijn cowboys met Osage-vrouwen. Daarna is het zaak je van de andere erfgenamen te ontdoen tot het ‘hoofdrecht’ binnen is.
IJzingwekkende studie
Scorseses film is gebaseerd op David Granns ijzingwekkende studie Killers of the Flower Moon: The Osage Murders and the Birth of the FBI uit 2017. Want deze gluiperige genocide werd afgedekt door lokale autoriteiten en kwam pas aan het licht toen een onbekende bureaucraat in Washington in 1925 na vele smeekbedes van de Osage zijn mannen op de zaak afstuurde. De publiciteit vestigde de naam van J. Edgar Hoover en diens Bureau of Investigation, de latere FBI.
De focus van deze film is evenwel Ernest Burkhart; Leonardo DiCaprio, die met zijn vooruit geschoven kaak iets bulldogachtigs heeft. Hij is één van die cowboys van Bill Hale, meer hond dan man. Als taxi-chauffeur in boomtown Fairfax pakt hij Osage-vrouw Mollie (Lily Gladstone) in, waarna we door zijn ogen zien hoe het bloedbad zich in slow motion voltrekt. Wij weten hoe de vork in de steel zit, de domme, ruggegraatloze Burkhart ook. Hij houdt oprecht van Mollie, maar is niet in staat te rebelleren tegen giftig vaderfiguur en alfahond Bill Hale. Innerlijk verscheurd kan je Burkhart niet eens noemen, hoe kan een lege huls verscheurd zijn?
Ruim drie uur met zo’n ellendeling is een lange zit, maar Scorsese bereikt zijn doel. Je emotionele elastiek wordt bijna ondraaglijk ver opgerekt tot je bloed het kookpunt nadert. Doe toch iets hufter, wil je de geconstipeerde Burkhart toeschreeuwen. En wat Mollie betreft: hoe kan je zo blind zijn?
Dat laatste is best een probleem. Lily Gladstone is als Mollie het morele anker: een stoïcijnse, wijze en indrukwekkende aanwezigheid tussen nare, lege mannen. Misschien kan zij zich gewoon niet voorstellen dat haar geliefde zo verknipt is en haar hele leven op een leugen berust. Maar dat raakt een groter probleem: de Osage missen ‘agency’, zoals dat nu heet. Ze blijven lang passieve slachtoffers, goed van vertrouwen en machteloos – tot ‘witte redders’ zich na 24 moorden aandienen, ‘G-Men’ uit Washington.
Scorsese weet dat zo’n verhaal anno 2023 lastig verkoopt. Hij filmde Killers of the Flower Moon daarom in zeer nauw overleg met de nakomelingen van deze stille genocide, bij de promotie van de film was hij onafscheidelijk van Osage-chief Geoffrey Standing Bear. Zo hoopt hij (witte) kritiek op het ‘discours’ onder de film te ondervangen.
De interventie door de FBI brengt Scorsese als bitterzoet en half bevredigend. Zijn film weerspiegelt wel hoe drastisch de perceptie van de FBI kantelde onder vier jaar Trump. Was de FBI voor progressieven van oudsher een onderdrukkend orgaan met een reactionaire, racistische agenda, nu is het vaak het laatste bastion van de rede. Ook in Killers of the Flower Moon, een belangwekkend nieuw hoofdstuk in Scorseses revisionistische geschiedenis van het moderne Amerika.