N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Interview
Daan Koens, kunstenaar In 2019 werd kunstenaar Daan Koens vanwege schulden zijn huis uit gezet. Tijdens de pandemie verkocht hij zijn schilderijen via sociale media. Nu heeft hij zijn eerste solo-expositie.
Drieënhalf jaar geleden was het ondenkbaar dat de Rotterdamse kunstenaar Daan Koens (28) een eigen expositie in een galerie zou hebben. „Ik had toen de bodem bereikt. Ik dacht: fuck, man. Ik ga gewoon op straat wonen of misschien in de gevangenis terechtkomen.” Koens is drie jaar lang een spookburger geweest, nadat hij in de zomer van 2019 zijn huis uit werd gezet. „Door schulden en dom, dom, dom en jong”, zegt hij hoofdschuddend. Nu gaan zijn olieverfschilderijen als warme broodjes over de toonbank van zijn Instagram-account.
Koens is daags voor de opening van zijn eerste solo-expositie in de Rotterdamse galerie Westerkadekunst nog schilderijen aan het afmaken. „Ik vind het soms lastig om dingen op lange termijn in te plannen, waardoor ik op het laatste moment nog veel moet doen.” Of het niet onhandig is om een nat doek te vervoeren? Nee hoor. Hij heeft er vaak genoeg mee in de Rotterdamse metro gestaan. Dat ging ook prima.
De dampen van onze kopjes Nespresso vermengen zich met de geuren van olieverf en terpentine in zijn atelier in een voormalig kolencentrale in het Rotterdamse havengebied. „Terpentine kan slecht zijn voor je gezondheid als je er te veel van inademt. Maar als je ventileert, is er niets aan de hand. We are not gonna die today.”
In de ruimte staart een tiental rokende vrouwen vanaf de doeken naar de toeschouwer. „Heel veel van deze blonde vrouwen zijn geïnspireerd op mijn ex-vriendin, to cope with the break-up.” Koens schildert expressionistisch en kleurrijk. Zijn portretten van vrouwen zijn bijna hedonistisch. Een symbool voor zijn „zorgeloze toegevendheid aan drank, drugs en het nachtleven”. Maar er is ook een schaduwkant. Hier en daar verschijnen verzonnen lugubere figuren. Met vlagen kun je het kubisme terugzien in zijn eigenzinnige stijl. „Ik was op een gegeven moment heel erg geïnspireerd door Picasso.”
Deurwaarder
Koens is geboren in Amsterdam en opgegroeid op Curaçao. Als 19-jarige ging hij op zichzelf wonen in Rotterdam. Toen er enveloppen van de deurwaarder begonnen te verschijnen, opende hij die simpelweg niet, want die waren eng. „Toen hebben de schulden zich opgestapeld tot een gigantisch monster.” Niemand wist ervan tot hij op straat belandde. Toen is hij eerst bij zijn voormalige vriendin en daarna in zijn atelier gaan slapen.
Zolang hij het zich kan herinneren, was hij aan het tekenen. Voor zijn toelating bij de Willem de Kooning Academie verruilde hij in 2016 zijn potlood voor een kwast. „Ik schilderde toen met acrylverf, gewoon van de Action. Die van twee euro.” Na enkele maanden stopte hij met de studie. „Ik moest vooral verslagen schrijven, maar ik wilde leren hoe ik goed moest schilderen.” Toen heeft hij het zichzelf maar geleerd, door het te doen. „Ik gebruik nu olieverf, want dat is mooier als het droogt. Ik leerde gaandeweg hoe ik een specifieke kleur kon krijgen door het te mengen. Ik ben ook boeken gaan kopen. Hier, Oil Painting Techniques and Materials. Deze guy genaamd Harold Speed vertelt heel goed hoe je met olieverf schildert.”
In de tijd dat hij geen eigen huis had, bleef hij schilderen tussen het pizzabakken bij verschillende horecazaken door. Toen hij tijdens een tweedehands winkelevenement van een vriend in één keer drie schilderijen verkocht voor tweeduizend euro, dacht hij: „Fuck it, ik stop wel met werken. Ik besteed al mijn tijd aan het schilderen en beter worden, aan het maken van iets waar ik trots op kan zijn.” Tijdens de pandemie begon hij zijn werk te verkopen via sociale media. Vooral jonge mensen bleken geïnteresseerd. Die zagen zijn schilderijen langskomen op de socials, of hoorden erover in vriendenkringen.
Grafisch ontwerp
Sinds iets langer dan een half jaar heeft hij weer een woning, allemaal dankzij zijn schilderijen. Ondanks zijn aanvaringen met overheidsinstanties in de tijd dat hij als spookburger leefde, moet hij ze toch nageven: „Die instanties hebben altijd een sick grafisch ontwerp. Alles is gestandaardiseerd. Het is een mooi laklaagje om de werkelijke dementor-shit die daar achter schuilgaat te verbergen.” Hij moet proesten. Dementors zijn de gevangenisbewaarders uit Harry Potter die de gevangenen kwellen door het geluk uit hen te zuigen.
Maar hoe gaat het nu eigenlijk met hem? „Ik ben blij met mijn leven op dit moment. Het gaat de goede kant op. I’ve been through tough times.” Hij begint te lachen. „Tough times never last, only tough people last”, een quote uit een internetmeme.