Russische dreiging nog steeds onderschat

Oekraïne-oorlog Een jaar nadat Poetin Oekraïne overviel, is de vraag waarom westerse landen dat niet zagen aankomen. Maar vooral ook, volgens Hanco Jürgens, of zij inmiddels hebben bijgeleerd.

De Duitse bondskanselier Olaf Scholz (SPD, links) op 15 februari vorig jaar op bezoek bij de Russische president Vladimir Poetin.
De Duitse bondskanselier Olaf Scholz (SPD, links) op 15 februari vorig jaar op bezoek bij de Russische president Vladimir Poetin.

Foto ANP/DPA

Na bijna een jaar oorlog op het Europese continent moeten we ons afvragen waarom de reële dreiging die begin 2021 van het Kremlin uitging in landen als Duitsland, Frankrijk, en ook Nederland, zo verkeerd is ingeschat. Terwijl alle voortekenen er waren, zijn ze zelfs door experts van naam en faam over het hoofd gezien. Hoe komt het dat zovelen zolang een neokoloniale oorlog op ons eigen continent voor onmogelijk hebben gehouden?

Na de val van de Muur, het einde van de Koude Oorlog en ook de Joegoslavische oorlogen leefden we in West-Europa in een posthistorisch tijdperk waarin een klassieke landoorlog als niet meer van deze tijd werd beschouwd. In 1997 schaften we de opkomstplicht voor militaire dienst af en in 2011 verkochten we de laatste tanks.

Intellectuelen debatteerden vooral over de kwetsbaarheid van de democratie, over de kloof, het populisme en de klimaatcatastrofe, maar niet over militaire dreigingen van buitenaf. Dat ging ons voorstellingvermogen te boven. Dat verklaart ook waarom experts Poetins plannen om in februari 2022 Oekraïne binnen te vallen niet hebben voorzien.

‘Restalinisatie’

Maar het was niet de enige reden. In de informatieoorlog die voorafging aan de werkelijke oorlog heeft het Westen al heel vroeg steken laten vallen. In haar postuum uitgegeven dagboek berichtte de vermoorde journaliste Anna Politkovskaja uitgebreid over het brute karakter van het regime. Op 3 mei 2005 noteerde ze dat de democraten de boot hebben gemist: „Restalinisatie is een realiteit.”

In het voorwoord bij de uitgave van 2007 vroeg de Britse journalist Jon Snow zich af waarom we nog ambassades hebben in Rusland als onze leiders stelselmatig negeren wat ze weten van Poetins plannen. Terecht vroeg Snow zich af of het de regeringsleiders ging om het Russische gas, om de rijkdommen van de opkomende Russische oligarchen of om het blinde verlangen om Rusland op het goede pad te houden.

Ook jaren later, toen niemand meer kon ontkennen dat Poetin er niet voor terugdeinsde om de eigen oppositie hardhandig neer te slaan en buiten de eigen landsgrenzen tegenstanders te vergiftigen, bleven westerse leiders in gesprek met Poetin in de hoop dat het beest te temmen was. Zeker vanaf 2014, nadat de Krim was ingenomen, was duidelijk dat het Kremlin heel bewust een loopje met de waarheid nam: Poetin en Lavrov wisten niet wie de kikvorsmannen op de Krim waren, met de separatisten in de Donbas hadden zij niets van doen en de vernietigende bombardementen op Aleppo waren slechts gericht op islamitische rebellen, niet op de burgerbevolking.


Bekijk ook de beelden: 100 dagen oorlog in Oekraïne

Vanuit deze voorgeschiedenis mag het verbazen dat Poetin nog zoveel credits behield, ook nadat hij zijn troepen in oktober 2021 samentrok langs de Oekraïense grens. Alle voortekenen voor een invasie waren niet alleen aanwezig, ze waren ook publiekelijk bekend.

Het Russische ministerie van Buitenlandse Zaken publiceerde op 17 november de geheime correspondentie over de stukgelopen onderhandelingen in het zogenoemde Normandië-format tussen Frankrijk, Duitsland, Rusland en Oekraïne. Iets wat in diplomatieke kringen not done is. Frankrijk en Duitsland protesteerden.

Op 30 november schreef The Washington Post dat CIA-chef William J. Burns naar Moskou was gereisd om te waarschuwen voor keiharde sancties als Rusland Oekraïne daadwerkelijk zou binnenvallen. En op 4 december schreef Bild heel concreet over Poetins aanvalsplan in drie fasen, compleet met een kaartje erbij. De kop van het stuk liet weinig aan de verbeelding over: So könnte Putin die Ukraine vernichten (Zo zou Poetin Oekraïne kunnen vernietigen).

Het was niet zomaar een kleine inschattingsfout die de West-Europese landen maakten

Poetin wist op drie manieren te voorkomen dat deze waarschuwingen zouden beklijven. Ten eerste plaatste hij het regionale conflict meteen in een veel breder kader van afspraken tussen Rusland en de NAVO. Al op 1 december eiste hij garanties van de VS dat Oekraïne geen lid van de NAVO zou worden. Half december kwam hij zelfs met twee nieuwe verdragen die alleen nog eventjes door de NAVO en de VS moesten ondertekend. Het bracht ook bij ons allerlei nieuwe discussies teweeg en leidde ondertussen de aandacht af van de gespannen situatie in Oekraïne zelf.

Ten tweede werden Frankrijk en Duitsland in januari weer in een vorm van onderhandelingen betrokken. Dat Macron en Scholz afzonderlijk van elkaar mochten aanschuiven aan Poetins zes meter lange witte tafel bracht – achteraf gezien – vooral valse hoop. Tot slot bevestigden Poetin, Lavrov en woordvoerder Peskov in de maanden januari-februari steeds opnieuw dat ook zij geen oorlog wilden. De voorwaarden die ze eraan verbonden werden in Europa minder goed gehoord.

Het was niet zomaar een kleine inschattingsfout die de West-Europese landen maakten. Aanwijzingen die er wel degelijk waren en de steeds concretere informatie van de Britse en Amerikaanse inlichtingendiensten werden bewust genegeerd. Niet gezien werd hoe belangrijk een inval in Oekraïne was voor Poetin om zijn machtspositie in eigen land te behouden.


Lees ook: De oppositie hoopt op een protestlente, maar durven de Wit-Russen nog?

Invloedssfeer

Na de onderdrukking van de Wit-Russische protesten in 2020-2021 kon Poetin het zich niet veroorloven om binnen zijn invloedssfeer een land te hebben dat zo lonkt naar het Westen. En ook de Russische inmenging in onze eigen democratieën werden stelselmatig onderschat. Vooral het internet bleek braakliggend terrein: anonieme trollen wakkeren onveiligheidsgevoelens aan, DDoS-aanvallen worden uitgevoerd op cruciale instellingen, desinformatie verspreid en hackers ingezet om gevoelige informatie door te spelen.

Zoals Ivan Krastev stelt in zijn artikel in de Financial Times, heeft Poetin zijn hoop nu gevestigd op een aantal belangrijke verkiezingen in 2024, waardoor in de komende jaren de koers van de EU of de VS mogelijk wordt verlegd. Poetin beschikt over een ruime toolkit om deze verkiezingen te beïnvloeden. Maar waar Krastev het niet over heeft is dat Poetins momentum mogelijk allang voorbij is. Zijn politieke hoogtepunt was 2016, toen als reactie op de toegenomen globalisering in Nederland het Oekraïne-referendum werd gehouden, in het Verenigd Koninkrijk het Brexit-referendum en in de VS Donald Trump werd verkozen. De beïnvloeding van Rusland aan deze verkiezingen staat buiten kijf.

Inmiddels is er weinig over van deze triomftocht. Poetin zelf is door zijn brute inval en leugenachtige optreden nog maar voor heel weinig mensen een aantrekkelijk alternatief.

Toch staat er nog steeds veel meer op het spel dan menigeen denkt. Het is juist nu van belang om maatschappelijke tegenstellingen te overbruggen. Dat kan alleen als de bevolking goed is geïnformeerd over de reële scenario’s van deze oorlog, inclusief de risico’s voor onze eigen levenswijze. De Zeitenwende die Olaf Scholz op 27 februari vorig jaar aankondigde is nog lang niet voltooid. Eerst zullen we met pijn en moeite afscheid moeten nemen van ons posthistorisch wereldbeeld.