Zondag 16 juniAls een voetbalteam
Wat is de overeenkomst tussen een orkest en een voetbalteam? Het had niet mooier gekund: terwijl het EK voetbal in Duitsland in volle gang is, geeft het Nederlands Philharmonisch Orkest (NedPhO) antwoord op deze vraag. Het orkest speelt richting het einde van het seizoen altijd een reeks schoolconcerten onder de titel ‘Welkom Bij Het Orkest’. De schoolkinderen van nu zijn immers óók de luisteraars van de toekomst. En dus hoop je dat iets van onze eigen liefde voor symfonische muziek overslaat en dat ze voelen hoe leuk het is om samen te spelen.
De kinderen, tussen de 8 en 12 jaar oud, horen het Nederlands Philharmonisch Orkest waarschijnlijk voor het eerst. En zelf maak ik ook mijn vuurdoop bij dit orkest. Ter voorbereiding ga ik vanmiddag in het Concertgebouw vast naar ze luisteren bij een concert met Mahlers Vijfde symfonie. Dit vind ik het mooiste wat er is. Zoveel pracht en praal, gebracht door zoveel mensen die functioneren als één organisme. Als een team, zou je kunnen zeggen.
Maandag 17 juniEredivisie
Wat heeft een orkest verder voor overeenkomsten met een voetbalteam? Dit thema spreken we vandaag verder met de techniek en regie door. Uiteraard is de educatieafdeling van het orkest al langer met de voorbereidingen bezig. In de ontwikkeling van de concerten van dit jaar – projectnaam ‘De Eredivisie’ – drijven steeds meer overeenkomsten boven. Zoals dat je nergens komt als je niet goed samenspeelt. Ik vind het inspirerend en spannend om iedereen vandaag te ontmoeten en een steeds beter beeld te krijgen van wat er morgen gaat gebeuren: dan komt het hele orkest erbij.
Rolf Verbeek op de fiets en thuis.
Foto’s: Melle Meivogel
Dinsdag 18 juni Hoe dit te onthouden
Dit wordt een intensieve dag. Ik pak de fiets naar de NedPhO-koepel in Amsterdam-Oost, de vaste basis van het orkest. Daar worden alle concerten deze week gegeven; het orkest speelt een thuiswedstrijd. Iedereen heeft zin in de montage van deze spetterende „show”; als format is gekozen voor zogenaamde live tv-uitzending. We beginnen met het doornemen van alle partituren en de muziek. De Bolero van Ravel is bewerkt tot een „voetbalmatch” waarbij de melodie als een bal wordt overgespeeld – inclusief sportcommentaar.
Maar de grootste uitdaging is een nieuw stuk van componist Thomas van Dun, geïnspireerd door muziek uit de club-scene. De partituur zit vol opzwepende ritmische verspringingen, opletten dus. Daarna duiken we de regierepetitie in. Het orkest wordt niet gespaard in de choreografie/ regie van Eric Robillard. Hij neemt iedereen enthousiast mee om vol goede moed aan het eind van de middag een doorloop te trotseren. Zoveel cue’s, teksten en muzikale afspraken… Op de fiets terug vraag ik me af of ik ze morgen allemaal nog weet.
Woensdag 19 juniEnergie naar feestniveau
Normaal begint een concert in de avond. Maar schoolconcerten zijn overdag, dus voel ik voor de verandering meteen na het opstaan al zenuwen; weinig trek, neiging tot ijsberen.
Eenmaal op locatie zetten we de laatste puntjes op de i. De kinderen, afkomstig van scholen uit Amsterdam en omringende gemeenten, krijgen een inleiding die hun energie meteen naar feestniveau opstuwt: ze nemen de liedjes door die ze tijdens het concert gaan zingen.
Met gejuich en geklap wordt het orkest onthaald, we beginnen de show. Het gaat zeker niet slecht! Maar er zijn wel een paar momenten waarop ik me realiseer dat sommige brokjes informatie van gisteren nog op de goede plek moeten vallen.
Door de voorstelling zo’n eerste keer met publiek te spelen, zie je ook wat werkt en wat niet. We besluiten tot het inkorten van een interview, monteren een vlottere overgang tussen enkele scènes en bekorten een muziekstuk om een dip in de aandachtspanne te voorkomen.
Ook na de tweede voorstelling veranderen we nog details. De kop is eraf! Heel veel zin in de volgende zes voorstellingen.
Rolf Verbeek met de muzikanten van het Nederlands Philharmonisch Orkest.
Foto’s: Melle Meivogel
Donderdag 20 juniOnder luid gejuich
Dag twee. En iedereen heeft het gevoel dat we al twee weken bezig zijn. Dat lijkt me een goed teken: we zijn inderdaad een team geworden. Het ontroert me hoe enthousiast de kinderen reageren als presentatrice Sosha Duysker opkomt, die ze herkennen van Waku Waku en andere tv-programma’s. Met enorme flair legt ze de kinderen uit dat samenwerken, plezier, discipline en natuurlijk warming-up deel uitmaken van zowel een voetbalteam als een orkest.
Zelf mag ik kort uitleggen dat orkesten heel goed zonder dirigent kunnen spelen, net als een voetbalteam. Het zijn alleen de cruciale momenten waarop een dirigent kan helpen. Maar in tegenstelling tot een coach, mag je je aanwijzingen niet door het spel heen schreeuwen. Dus laat een dirigent alles zien met handen en mimiek.
Trombonist Harrie de Lange is de ster van de voorstelling. Meestal scanderen de kinderen al bij opkomst zijn naam, want hij maakte onderdeel uit van het aan de scholen toegestuurde lespakket.
Harrie speelt een deel uit het tromboneconcert van Nino Rota. Als een volksheld loopt hij na het ‘inkoppen van de melodie’ onder luid gejuich weer van het podium. De kinderen zingen uit volle borst mee met de muziek, wat zorgt voor een daverende energie in de koepel.
Om 14.30 uur ’s middags, na drie voorstellingen, voelt het alsof er al een hele dag op zit.
Vrijdag 21 juniFC Orkest
Alweer de laatste dag, helaas. Met weer drie voorstellingen, vandaag onder meer ook voor kinderen die door Vluchtelingenwerk zijn meegenomen. Het enthousiasme van het orkest is onbekoeld. Het komt mooi tot uiting in de slotscène van de voorstelling, die erom draait dat het verschil tussen voetbal en muziek is dat muziek niet om winnen of verliezen draait. Waar bij een wedstrijd iedereen juicht na een doelpunt, kun je als orkest alleen maar „winnen” tijdens het gehele concert, gevolgd door het slotapplaus.
Na de laatste noot springt het orkest als één geheel overeind en moedigt de kinderen aan om ook uit hun stoel op te springen met hun ‘FC Orkest’-sjaals.
Voor mij was het een feest te werken met musici die zo vol overgave spelen én de kinderen in hun eigen enthousiasme willen meenemen. En het werkt. „Ik wil viool leren spelen”, schrijft een van de kinderen ons na afloop. „Dit was beter dan Monkey Town.”