Roddelen, discriminatie, tegenwerken: ‘grote minderheid’ in Tweede Kamer ervaart grensoverschrijdend gedrag

Werkklimaat Kamer Grensoverschrijdend gedrag in de Tweede Kamer is meer dan een serie incidenten, concludeert een onderzoekscommissie. Vooral ambtenaren voelen zich onveilig.

Een groot deel van de ‘Kamerbewoners’ voelt zich wel veilig, maar een ‘grote minderheid’ ervaart grensoverschrijdend gedrag, aldus een onderzoek.
Een groot deel van de ‘Kamerbewoners’ voelt zich wel veilig, maar een ‘grote minderheid’ ervaart grensoverschrijdend gedrag, aldus een onderzoek. Foto David van Dam

Een „grote minderheid” van de ‘Kamerbewoners’ (Kamerleden, fractiemedewerkers en ambtenaren) ervaart in „meer of mindere mate grensoverschrijdend gedrag” van andere Kamerbewoners.

Dat concludeert een onderzoekscommissie van de Universiteit Utrecht in een rapport dat maandag verschijnt en al in handen is van NRC.

De wetenschappers onderzochten hoe Kamerbewoners de sociale veiligheid ervaren. Ze baseren zich daarbij op 654 anoniem ingevulde vragenlijsten en 30 diepte-interviews met in totaal 34 (oud)Kamerbewoners.

De ervaren onveiligheid uit zich in „kleinerende opmerkingen, roddelen, zwartmaken, discriminatie, delen van persoonlijke, vertrouwelijke informatie met anderen, sabotage en expres tegenwerken, pesten, schelden en schreeuwen”. Hoewel de onderzoekers benadrukken geen feitenonderzoek te hebben gedaan, concluderen ze dat „de aard van de ervaren sociale onveiligheid meer is dan een reeks incidenten”. Er is, zo stellen ze, „onvoldoende sprake van een structurele en duurzame aanpak die de sociale veiligheid effectief weet te borgen”.

Daar staat tegenover dat „een groot deel van de Kamerbewoners” dat meedeed aan dit onderzoek zich „in algemene zin en gemiddeld genomen sociaal veilig voelt in de Tweede Kamer”, schrijven ze.

Ruwere omgangsvormen in het debat

De wetenschappers stellen dat er „sterke krachten zijn die reële risico’s vormen voor sociale onveiligheid en grensoverschrijdend gedrag tussen Kamerbewoners”. De belangrijkste veroorzakers van dat gedrag zijn volgens hen ambtelijk leidinggevenden en Kamerleden. De gekozen politici en hun politieke medewerkers lijken zich „veiliger te voelen” dan uitvoerende ambtenaren.

Van de politieke omgeving en werkcultuur „lijkt een sterke kracht uit te gaan die concrete risico’s oplevert” voor sociale onveiligheid en grensoverschrijdend gedrag. Dat komt volgens de onderzoekers door „de status” van Kamerleden gecombineerd met hun unieke, staatsrechtelijke positie. In principe kan niemand ze ontslaan. Wat ook meespeelt: de verruwde omgangsvormen in het politieke debat „die ook daarbuiten doorwerken in de contacten tussen Kamerleden, fractiemedewerkers en ambtenaren”. Die verscherpte verhoudingen worden verder op de spits gedreven door „directe druk” van (sociale) media en burgers.

Bij de aanpak van sociale onveiligheid in het Kamergebouw gaat veel mis. Er zijn „zeer grote verschillen in hoe signalen en meldingen worden opgepakt”. Dit hangt nauw samen met de „onoverzichtelijkheid en onvolledigheid” van het proces van afwikkeling bij (vermeende) misstanden. Zo is er „geen vaste procedure voor wanneer en op basis van welke criteria er een (feiten)onderzoek wordt ingesteld”. Daardoor bestaat er volgens de onderzoekers „een reëel risico” dat vooral informele wegen worden bewandeld en de machtsongelijkheid tussen Kamerbewoners daarbij van invloed kan zijn op de afwikkeling.

‘Te veel signalen’

Aanleiding voor het onderzoek waren meerdere signalen van een sociaal onveilige werkomgeving die Kamervoorzitter Vera Bergkamp ontving sinds haar aantreden in 2021. Zo deelden bedrijfsartsen en vertrouwenspersonen in juni van dat jaar hun zorgen in een vertrouwelijke brief. In drieënhalf jaar tijd ontvingen zij van 23 medewerkers „eensluidende klachten over ongewenst gedrag”. En dat waren niet de enige berichten die Bergkamp (D66) bereikten. „Ik krijg structureel te veel signalen dat er zorgen zijn over de sociale veiligheid in de Kamerorganisatie,” zei ze in augustus 2021 tegen de Kamer toen ze het onderzoek aankondigde.

Lees ook: Partijen zoeken naar de grenzen van ‘ongewenst gedrag’ politici

De Utrechtse onderzoekers doen in hun rapport twintig aanbevelingen. Zo moet sociale veiligheid „een duidelijke plek krijgen in inwerkprogramma’s van Kamerleden, fracties en de ambtelijke organisatie”. Ook moet er een „systematische en consistente registratie” van signalen en meldingen komen.

17-04-2023: Dit bericht wordt in de loop van maandag aangevuld.