Rivieren en regen worden door klimaatverandering een steeds wispelturiger vriend. Zuidoost-Aziatische fotografen tonen hoe ermee om te gaan

Nederlanders hebben land veroverd op het water, stormvloedkeringen gebouwd, polders en dijken aangelegd en een ingenieus systeem bedacht om overtollig water af te voeren en in droge tijden aan te voeren. Maar het einde van deze traditie is in zicht door klimaatverandering en alle gevolgen vandien. We moeten op zoek naar „een nieuwe balans”, schreef vorige week nog deltacommissaris Co Verdaas in een brief aan het kabinet. „We hebben ons land in een ver verleden onttrokken aan het moeras en hebben dankzij vakkundig beheer van water- en bodemsystemen een vitale en welvarende samenleving met elkaar kunnen opbouwen. De klimaatverandering dwingt ons tot een koerswijziging, waarbij water en bodem sturender worden voor ruimtelijke keuzes. Dat vraagt ook een mentale en culturele transitie.”

Hoe waar deze woorden ook zijn, en hoe vaak inmiddels al is gesteld dat bij de ruimtelijke ordening van Nederland water en bodem ‘sturend’ moeten zijn, ze klinken nogal theoretisch als je bedenkt hoe in andere, minder gezegende delen van de wereld deze houding van bewoners gebruikelijk, noodzakelijk en onvermijdelijk is. Wie wil weten hoe je een „mentale transitie” doormaakt in de omgang met water, moet misschien eens een kijkje nemen bij een kleine tentoonstelling ‘Take me to the river’, onderdeel van het festival Breda Photo. Op een nogal desolaat terrein, met de restanten van een gesloopte suikerfabriek, langs de spoorlijn, zijn foto’s bijeengebracht uit Bangladesh, India en Nepal die een impressie geven van het leven van veelal arme mensen die volkomen afhankelijk zijn van de grillen van de rivier aan de oevers waarvan zijn wonen; vooral vissers en boeren.


Lees ook

Unesco waarschuwt: zonder maatregelen kan de Waddenzee als bedreigd erfgoed worden aangemerkt

De Waddenzee rondom het eiland Schiermonnikoog.

Strijd voor eerlijke wereld

De tentoonstelling is mede mogelijk gemaakt door ontwikkelingsorganisatie Oxfam Novib en je zou om die reden misschien verwachten dat de foto’s pijnlijk duidelijk zouden maken hoe droevig en onrechtvaardig het leven van deze bewoners is en dat daar onmiddellijk een einde aan moet komen. Maar van dat beeld hebben de samenstellers verre willen blijven. Mede door het ontbreken van toelichtingen bij individuele foto’s ligt de nadruk niet op de feiten, maar prevaleert de schoonheid van het leven bij een machtige rivier, en de bewondering die je als bezoeker gaandeweg bekruipt voor de houding van de geportretteerden.

De meeste beelden komen van deelnemers aan Stories4Change, een programma, eveneens van Oxfam Novib, dat jong talent leert zijn verhalen te vertellen in proza, illustraties, video’s en foto’s. „Want deze perspectieven zijn onmisbaar in de strijd voor een eerlijke, gelijke wereld”, aldus de catalogus. Het zijn foto’s van rivieren in de stroomgebieden van Ganges, Brahmaputra en Meghna, die ontspringen in de Himalaya en uitmonden in de Golf van Bengalen. Een van de gebieden is Sundarban, een mangrovebos waar de drie grote rivieren samenvloeien, dat veel bedreigde flora en fauna telt en een natuurlijk schild vormt tegen stormvloeden, cyclonen en overstromingen, die volgens bewoners steeds vaker voorkomen.

De kleurige foto’s tonen onder meer een boer in het gebladerte, een weinig luxueuze paalwoning met veel plastic en een rieten dak, en een eenzame vissersvrouw. Een ander paneel toont het leven van de vissers in Chandpur in Bangladesh, gelegen aan de Meghna rivier, die hun dagelijkse kost verdienen met wat de rivier hun geeft maar ook lijden onder erosie van de oevers door zandwinning en vervuiling door grote industrieën. Ook hier doen natuurrampen zich steeds vaker voor, en moeten de vissers verhuizen en elders opnieuw beginnen.

Foto HADI UDDIN

Glanzend bovenlijf

Prachtige foto’s zijn het, onder meer van een ouder stel dat beladen met riet voor een bootje staat en elkaars hand vast houdt, en van een man die trots, met ontbloot glanzend bovenlijf, op een bootje in de haven staat. Het zijn mensen die de rivier kennelijk als het ware beschouwen als een levend persoon, als iemand die je beschermt maar voor wie je ook op je hoede moet zijn, een wispelturige vriend. Misschien projecteer ik hiermee Hollandse gedachten, enfin.

De mooiste foto, wat mij betreft, toont in al z’n eenvoud negen mannen die in de rivier hun netten uitzetten en, omringd door palen, alleen met hun hoofden boven het grijze water uitsteken. Negen hoofden. Van mannen die lijden onder de milieuvervuiling door het grootkapitaal en onder de almaar ingrijpender wordende klimaatverandering, zeker – maar ook mannen die doen wat nu eenmaal gedaan moet worden, mannen die zich voegen naar de grillen van de natuur, de wisselende seizoenen, hun kans afwachtend, loerend op een meevaller maar ook beseffend dat de rivier altijd machtiger is dan zij.

Het is ontegenzeglijk een westers perspectief als je in dergelijke foto’s iets meent te herkennen van een houding die we in Nederland lijken te zijn verleerd, namelijk enerzijds te strijden tegen het water maar anderzijds ook te berusten in wat je niet kunt veranderen, en de gevolgen ervan te dragen. Want natuurlijk moeten vijf miljoen Bengalen in de gebieden die in deze expositie centraal staan, in staat worden gesteld zich te verdedigen tegen de gevolgen van klimaatverandering en vervuiling, en zich kunnen uitspreken tegen onrecht.

Maar Nederlanders zouden ook van deze Bengalen kunnen leren om niet voortdurend je mond open te doen, bij de minste of geringste wateroverlast of droogte, maar te beseffen dat water zich niet altijd laat leiden en vernietigend wreed kan zijn. Voor alle duidelijkheid: dit is geen pleidooi om in Nederland dijkverhogingen achterwege te laten, af te zien van meer ruimte voor de rivieren, en een overstroming in stedelijk gebied voor lief te nemen. Wel om voorzichtig om te gaan met water. Een rivier is nooit kleiner dan wij.

BredaPhoto Festival is t/m 4/11 op verschillende locaties in Breda. Info: bredaphoto.nl