De grootschalige renovatie van het Binnenhof mag doorgaan. Hoewel de provincie Zuid-Holland een natuurvergunning heeft verleend die „niet zorgvuldig is voorbereid en niet goed is gemotiveerd”, oordeelt de rechtbank Den Haag woensdag dat dit geen verdere gevolgen zal hebben.
De zaak werd aangespannen door Mobilisation for the Environment (MOB) van Johan Vollenbroek, een milieuorganisatie bekend om haar talloze beroepszaken tegen provincies en bedrijven. Volgens MOB zou de overheid haar eigen regels omtrent stikstof niet goed volgen. Omliggende natuurgebieden zouden daardoor beschadigd kunnen worden.
MOB wilde met deze zaak, die in 2022 werd aangespannen, vooral een politiek punt maken en Kamerleden en ministers meer urgentie laten voelen. „De politiek blijft ernstig in gebreke als het gaat om het oplossen van de stikstofcrisis”, verklaarde Vollenbroek destijds. „Als zelfs de minister al niet het goede voorbeeld geeft dan krijgen we de stikstofcrisis nooit opgelost.”
Na de aankondiging van de zaak was er even vrees dat de renovatie hierdoor nóg meer vertraging zou oplopen en duurder zou uitvallen. Al snel bleek dat de werkzaamheden niet stilgelegd hoefden te worden. Inmiddels wordt verwacht dat de renovatie, oorspronkelijk geraamd op 475 miljoen euro, 2 miljard euro zal kosten en pas in 2028 klaar zal zijn, waar dat eerst 2026 was.
Hoger beroep mogelijk
De stikstofgevolgen waren in de verleende vergunning in eerste instantie inderdaad „onvoldoende gemotiveerd”, oordeelde de rechter woensdag. Tijdens de procedure liet het Rijksvastgoedbedrijf externe ecologen verder onderzoek doen. Zij vonden geen risico’s voor omliggende gebieden. Daarom staat de rechter de verbouwing toch toe.
Valentijn Wösten, jurist bij MOB, zegt in reactie op het oordeel tegen persbureau ANP „grote zorgen over de kwaliteit van ons openbaar bestuur” te hebben. Wösten: „Als zelfs bij de renovatie van het Binnenhof slordig wordt gewerkt, is dat zeer zorgwekkend voor de rechtsstaat (…) Den Haag is de stad van vrede en recht, maar zakt door de hoeven.” De rechtbank is in deze zaak „erg op de hand van de overheid”, zegt hij. MOB overweegt in hoger beroep te gaan.
Voorzitter Vollonbroek reageert tegenover De Volkskrant coulanter op het oordeel. Hij benadrukt opnieuw de „symbolische” aard van de zaak en geeft aan blij te zijn met de vernietiging van de vergunning, waardoor de provincie ook de proceskosten van MOB moet vergoeden.
Lees ook
Met control-F door de vergunningen: zo wint Johan Vollenbroek keer op keer zijn rechtszaken
