Rebellen in West-Papoea doden Nieuw-Zeelandse piloot

Rebellen in de Indonesische provincie West-Papoea hebben maandag een Nieuw-Zeelandse piloot gedood. Nadat de piloot, met vier anderen aan boord, landde in het meest oostelijke deel van de achtergestelde provincie, kwam hij door beschietingen van rebellen om het leven. De andere passagiers zijn ongedeerd gebleven, melden internationale persbureaus.

De vingers werden in Indonesië al snel gericht op het West-Papoea Nationale Bevrijdingsleger (TPN-PB), dat al ruim achttien maanden een andere Nieuw-Zeelander, Philip Mehrtens, in gijzeling heeft. De rebellengroep heeft vooralsnog niet bevestigd achter de moord op de piloot te zitten.

Duidelijk is dat het TPN-PB onafhankelijkheid eist van Indonesië; dat verlangen leeft al sinds 1962. De gijzeling van Mehrtens zou een manier zijn om druk uit te oefenen op de Indonesische regering. Wel zouden er plannen zijn om hem juist vrij te laten, heeft een woordvoerder van de rebellengroep onlangs laten weten.

Vaker gijzelingen

Door de jaren heen heeft de rebellengroepering vaker gijzelingen uitgevoerd. De OPM, waaraan de TPN-PB gelieerd is, ontvoerde in 1996 26 onderzoekers, onder wie de Nederlandse bioloog Mark van de Wal en zijn zwangere vriendin Martha Klein. 

De onvrede bij de rebellengroepen is groot, niet in de laatste plaats omdat het deel van Indonesië weliswaar veel grondstoffen heeft – onder meer olie, goud, koper en hout – maar de lokale bevolking daar nauwelijks van profiteert. De mijnbouw veroorzaakt ondertussen enorme vervuiling van het oppervlaktewater, ontbossing en vernietiging van leefgebied, waardoor mensen noodgedwongen hun huis verlaten.


Lees ook

Gijzeling van een Nieuw-Zeelandse piloot in West-Papoea kan leiden tot meer repressie

Rebellen van het West-Papoea Nationale Bevrijdingleger (TPN-PB) op 6 maart met de gegijzelde Nieuw-Zeelandse piloot Philip Mehrtens.