Spelers konden nauwelijks meer lopen, na ruim 210 minuten zinderend voetbal over twee wedstrijden. Zo stormachtig als het was begonnen, bij deel twee woensdagavond om 20.00 uur lokale tijd in het Etihad Stadium in Manchester, zo ongenadig vloeide de energie weg, diep in de wedstrijd. Het kende dus toch ergens zijn grenzen, dit maar voortdurende gevecht tussen Manchester City en Real Madrid.
Het was voetbal dat in fases de perfectie benaderde, deze twee ontmoetingen in negen dagen. De passes, zo strak op maat. De aannames, zo in controle. De techniek, zo uitgebalanceerd. De snelheid van handelen, zo geraffineerd. De constante beweging, vooral van de lichtblauwen van City. De positiewisselingen, met gevoel voor tijd en ruimte. Het gestaalde verdedigen van Real Madrid, bijna tot kunst verheven.
City-Real had de allure en de beleving van een Champions League-finale, de realiteit was dat het een kwartfinale was. Misschien was dat maar beter ook, een finale gaat immers maar over een wedstrijd, nu was het dubbel genieten. 3-3 vorige week in Madrid. 1-1 in Manchester, na negentig minuten.
Schoonheid
Het laatste restje brandstof werd er misschien uitgelopen bij de sprint in het eerste deel van de verlenging, waarbij Manchester City-verdediger Kyle Walker met alles wat hij nog in zich heeft de razendsnelle Vinícius weet af te stoppen. Want ook dat was deze wedstrijd, buiten alle schoonheid om: een vertoning van superieur verdedigen.
Toch zullen andere momenten blijven hangen. De klasse van Real Madrid-middenvelder Jude Bellingham is onmiskenbaar, na twaalf minuten. Een hoge bal, wat wild weggetrapt vanuit de Real-defensie, daalt neer op de helft van City. De timing van Bellingham is voortreffelijk, met één ogenschijnlijk simpele voetbeweging – met rechts – weet hij de bal te controleren en direct te ontsnappen aan zijn tegenstander.
Hij speelt vervolgens nog een tegenstander uit alsof die er niet staat, geeft dan mee op een opkomende ploeggenoot op rechts. Alles bij elkaar duurt het vier seconden, die uitvoering van Bellingham, dansend op de vierkante meter.
Buitenspeler Vinícius neemt over, komt door, geeft laag voor op Rodrygo, die vrij kan binnenschieten. City-doelman Ederson redt eerst nog knap – maar in de rebound weet Rodrygo binnen te tikken.
Het tempo is gruwelijk, zo hoog. Met de onophoudelijke aanvalsgolven van City, onder aanvoering van spelmaker Kevin De Bruyne. Vorige week in Madrid bleef hij op de bank vanwege buikklachten, nu is hij bij momenten ongrijpbaar. De omsingeling door City – titelverdediger – is fenomenaal, zo ver duwen ze Real terug.
Even lijkt alles stil te staan
De Noorse spits Erling Haaland toornt met zijn 1 meter 94 boven vrijwel iedereen uit, als hij kopt. Tergend langzaam gaat de bal met een boogje richting doel – even lijkt alles stil te staan, en iedereen alleen de bal te zien. Ver buiten bereik van doelman Andrij Loenin landt die op de lat.
City blijft zoeken, maar breekt er niet doorheen. Steeds zit er weer een Real-speler tussen met een blok of een tackle, niet zelden de geslepen verdediger Antonio Rüdiger. Of dan is het weer aanvoerder Nacho die ternauwernood de bal voor de lijn weet weg te werken.
Fascinerend zijn de stevige man-tegen-man gevechten tussen de behendige City-aanvaller Jack Grealish en de onvermurwbare Real-verdediger Daniel Carvajal. Wat City ook probeert, hoeveel Grealish en De Bruyne ook ondernemen, hoe geduldig ze ook blijven combineren, Real heeft onder coach Carlo Ancelotti een methode gevonden om het waarschijnlijk best voetballende team van Europa af te stoppen. Met tien man zakken ze ver terug, bijna als een muur, niet kapot te krijgen.
Een flits
Een kwartier voor tijd lijkt de wanhoop toe te nemen bij City, met coach Pep Guardiola die steeds onrustiger wordt. 29 Champions League-duels bleef City ongeslagen in eigen stadion, september 2018 verloor het voor het laatst, van Olympique Lyon. Echt uitgespeelde kansen creëert het niet meer.
Maar dan, opeens een flits van de jonge Belgische invaller Jeremy Doku op links. Hij komt er door, geeft een harde voorzet (of was het een schot?), die via Rüdiger precies voor De Bruyne belandt. Hij vindt in die milliseconden de rust om snel met rechts aan te nemen, schiet dan met diezelfde voet hoog en hard binnen. 1-1. Een diepe zucht bij Ancelotti – de ontlading bij Guardiola.
City zet aan, probeert de winnende kort voor tijd nog te forceren. Via Doku en Manuel Akanji, breken ze opnieuw door. De Bruyne staat opeens volledig vrij, krijgt de bal, en de bijna perfecte kans. Maar hij jaagt over. De Bruyne weet het, de ontzetting – zichtbaar bij hem, bij Guardiola.
De intensiteit neemt af, de spanning juist toe. Plots duikt Rüdiger op voor de goal van City aan het eind van het eerste deel van de verlenging – grote kans, naast.
Het snelle, het fijngevoelige, is er nu vanaf. Maar onbuigzaam blijven ze, tot de laatste seconden. 4-4, is de score over twee wedstrijden, inclusief een verlenging. Gelijk, dus: strafschoppenserie.
De Oekraïense Real-keeper Andrij Loenin stopt er twee – waarvan één door simpelweg te blijven staan. Rüdiger schiet de beslissende via binnenkant paal binnen. Ook daarin, in die laatste bal: tot het uiterste. Met reden: anders had de keeper gered.
Een omhelzing tussen Ancelotti en Guardiola, laat op de avond in Manchester, vormde het stijlvolle einde van een schitterende confrontatie.