Rauw, niet zoetsappig: Charley Toorop keek naar de wereld zoals Vincent van Gogh

De tentoonstelling Charley Toorop. Liefde voor Van Gogh in het Kröller-Müller Museum opent met een schilderij dat je niet had verwacht. Het is een groepsportret van kunstenaars dat Charley Toorop (1891-1955) tussen 1935 en 1938 schilderde als eerbetoon aan kunstpromotor H.P. Bremmer. Je ziet een stuk of tien kunstenaars, op de achtergrond piept een stukje schilderij. Bremmer zit vooraan, het schilderij komt uit zijn privécollectie.

Maar vreemd is het niet dat Charley Toorop. Liefde voor Van Gogh met dit schilderij begint. H.P. Bremmer was in zijn tijd een belangrijk adviseur van Helene Kröller-Müller bij het samenstellen van haar kunstcollectie. Hij was een vroege fan van Vincent van Gogh, mede dankzij hem bezit het Kröller-Müller Museum 88 schilderijen en 182 tekeningen van Van Gogh. Het schilderij op de achtergrond van Portretgroep van H.P. Bremmer en zijn vrouw met kunstenaars uit hun tijd is een landschap van Van Gogh.

En Bremmer was óók een vroege fan van Charley Toorop, van haar bezit het museum 49 schilderijen en 22 werken op papier. Over Het gezin (1920), een van haar vroegste schilderijen, schreef Bremmer in 1921 in het (door hem samengestelde) maandblad Beeldende kunst: „[Zij is] iemand die het leven durft aanzien, zoals slechts weinigen dit vermogen.”

Eva Besnyö: Charley Toorop schildert ‘Takken met vruchten’, Bergen 1935.

Foto Eva Besnyö/MAI

Charley Toorop, bedoelde hij, keek naar mensen zoals Van Gogh óók had gekeken. Namelijk (Vincent aan zijn broer Theo in een brief uit 1885): „Wie liever de boeren zoetsappig ziet ga zijn gang – ik voor mij ben ervan doordrongen dat het op den duur beter resultaten geeft ze in hun ruwheid te schilderen dan conventionele liefheid erin te brengen.” Charley Toorop schreef, toen ze kritiek kreeg op de rauwheid van haar portretten: „De menselijkheid die zij in mijn werk zeggen te missen is in mijn ogen sentimentaliteit, een verdoezeling van de felle en directe schoonheid van het leven.”

Hard en moeizaam

Op de tentoonstelling hangt Het gezin naast De aardappeleters (1885) van Van Gogh (zijn enige schilderij op de tentoonstelling). De gelijkenis is treffend: een gezin rond de eettafel, in de kamer is het schemerig, er brandt alleen een kleine lamp. Je ziet gordijnen van een achterkamer, links aan de muur een bidprentje (Van Gogh) of een kruis (Charley Toorop). Het leven is hard en moeizaam, lees je af aan de starre, gesloten gezichten.

Het gezin van Charley Toorop is bijna nooit te zien. Het is een van de werken die vrijwel altijd in depot liggen, Kröller-Müller heeft meestal niet meer dan een stuk of zes, zeven Toorops op zaal hangen: zelfportretten, stillevens, een bloesemboom, Clown voor ruïnes van Rotterdam (1940-41). Conservator Renske Cohen Tervaert: „Het zijn de iconische schilderijen, de highlights zeg maar.” Het gezin kende ze van een afbeelding, „ik zag het voor het eerst toen we deze tentoonstelling samenstelden.”

Charley Toorop, Arbeiders uit de Borinage, 1923.

Foto Museum Boijmans Van Beuningen

Maar dat zo’n zestig werken van Charley Toorop bijna nooit te zien zijn, zat haar wel dwars. „Ik was al een tijdje op zoek naar een invalshoek voor een tentoonstelling, zodat je de rijkdom van onze collectie zou kunnen laten zien. We hebben werk uit haar hele oeuvre, van heel vroeg tot de laatste portretten.”

Die invalshoek is er nu. Het is een toevallig opgedoken Van Gogh-catalogus bij een tentoonstelling uit 1953. Onder het kopje Ontmoetingen met Van Gogh vertellen diverse kunstenaars daarin wat hij voor hen heeft betekend. Voor Charley Toorop, schrijft ze, was Vincent van Gogh „de doorbraak naar een nieuwe wereld, altijd is het een gebeuren gebleven om zijn werk te zien”. De hele tekst, een A-4tje lang, is bij binnenkomst op een muur aangebracht.

Kenmerkende stijlvastheid

Charley Toorop. Liefde voor Van Gogh is een bijzondere tentoonstelling. Je loopt door de zalen en ziet schilderijen die je niet kende, de meeste komen uit haar vroege jaren, maar er zijn ook latere werken. Je ziet hoe ze zich ontwikkelt – al heel snel is er die kenmerkende stijlvastheid, een beetje hoekig maar altijd krachtig en intens. Dat zie je in de iconische zelfportretten (waar er toch nog zes van hangen), deze keer met name ook in portretten van andere vrouwen.

Het realisme was haar vertrekpunt voor wat ze zelf noemde: bezielde verbeelding

Renske Cohen Tervaert
museumconservator

Zoals het indringende De bazin met haar dochter uit 1922, een portret van een moeder die haar dochter uitbuit als sekswerker. Charley Toorop schilderde het in de Belgische mijnstreek Borinage (die óók door Van Gogh werd bezocht). „Het doek draai ik ’s avonds om als ik ga slapen, ik kan het niet goed aanzien”, schreef ze over het werk. Of, zo mogelijk nog indringender: de vrouw die je aankijkt op Patiënt van het Willem Artsz Huis (1924). Daar bracht ze drie weken door, om psychiatrische patiënten te tekenen en te schilderen.

Van Goghs invloed op Charley Toorop, zegt conservator Renske Cohen Tervaert, „kwam precies op een kantelpunt in haar ontwikkeling”. Ze had, in 1917, besloten haar leven te wijden aan het kunstenaarschap – en zocht aansluiting bij stromingen van haar tijd: luminisme, kubisme, fauvisme, expressionisme. „Maar ze wilde een eigen stijl, een eigen, geëngageerd kunstenaarschap.”

Charley Toorop, Stilleven met blik en klompen, 1946-1949.

Foto Rik Klein Gotink/Kröller Müller Museum

Daar ging ze in de vroege jaren twintig naar op zoek, waarbij ze vasthield – en zou blijven vasthouden – aan de zichtbare werkelijkheid. „Het realisme was haar vertrekpunt voor wat ze zelf noemde: bezielde verbeelding. En die vond ze bij Van Gogh. Vervolgens maakte ze daar haar eigen beeldtaal van. Dat is haar kracht”, vertelt Cohen Tervaert.

Het is precies wat je ziet op de tentoonstelling. Het gezin is nog een vrij letterlijke omzetting van De aardappeleters, maar Boerengezin in Zeeland (1927) allang niet meer. De bazin met haar dochter, hoewel uit haar vroegste jaren, is al op een heel eigen manier intens. Dat besefte Charley Toorop zelf ook, schrijft ze. „Het leven in z’n volle gestalte geven – God in iedere stof zien hoe dan ook uitgebeeld”, dat is wat ze wil.

Ze ontwikkelt een eigen signatuur, maar een „diepe barre liefde voor de realiteit” (Charley Toorop over Van Gogh) is wat de twee blijvend bindt. Je ziet het in hun beider portretten en zelfportretten, maar ook in hun voorliefde voor landschappen, fruitbomen en bloesems. En je ziet het op een foto van haar atelier uit 1951: achter haar schildersezel is met punaises op de muur een kleine reproductie geprikt van Van Goghs Zelfportret met grijze vilthoed (1887).

Charley Toorop. Liefde voor Van Gogh, t/m 14 sept in het Kröller-Müller Museum in Otterlo. Info: krollermuller.nl