Provincies en boerenorganisaties komen met eigen stikstofplan

Boeren, provincies, gemeenten en waterschappen presenteerden woensdag met een gezamenlijk maatregelenpakket om Nederland van „het stikstofslot” te halen. Daarmee willen ze ruimte creëren voor zaken als woningbouw, energietransitie en verduurzaming van de land- en tuinbouw.

Volgens de organisaties achter het aanvullende plan biedt het zogenoemde startpakket dat demissionair minister Femke Wiersma (Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, BBB) in april uit de doeken deed onvoldoende garanties om de vergunningverlening voor bouwprojecten weer op gang te krijgen.

Het deze week gepresenteerde plan is afkomstig van het Interprovinciaal Overleg (IPO), boerenorganisatie LTO, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, de Unie van Waterschappen en het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt. Opmerkelijk is dat alle ondertekenaars, ook de boerenorganisaties, een minder vrijblijvende aanpak willen en aansturen op meer dwang. Dat kan bijvoorbeeld betekenen dat boeren verplicht  maar zonder er substantieel op achteruit te gaan – hun land moeten inruilen voor landschap dat verder van een natuurgebied ligt.

De plannen konden na publicatie direct op de nodige kritiek rekenen. Volgens een verbond van werkgevers en natuurorganisaties kunnen boeren pas weer op meer speelruimte, zoals nieuwe vergunningen, rekenen als er al op korte termijn stevige stikstofemissiereductie plaatsvindt die ook juridisch geborgd is. Daarmee zou het voorstel onvoldoende zijn om ,,Nederland van het slot te halen”. Het is bijvoorbeeld nog onduidelijk wat de normen inhouden en of ze voldoende zijn, concluderen VNO-NCW, Natuurmonumenten, Bouwend Nederland en Natuur & Milieu.

Saillant is dat LTO in 2021 samen met deze ondernemers- en natuurorganisaties ook een versnellingsplan maakte om stikstofuitstoot terug te dringen, maar vorig jaar niet wilde meedoen aan een nieuwe versie van dat akkoord. Het plan zou de landbouw in verhouding tot andere sectoren harder raken, vond LTO destijds.


Lees ook

Nieuw stikstofplan van werkgevers- en natuurorganisaties, maar zonder de LTO-boeren – NRC

Koeien in een stal van een melkveebedrijf in Koudum.

Boerenorganisaties

De ondertekenaars van het plan van de boeren en provincies stellen dat de landbouwsector over tien jaar 42 à 46 procent minder stikstof moet uitstoten dan in 2019. In plaats van het opleggen van een reductiepercentage willen de organisaties uitstoot meten via een emissienorm die voorschrijft hoeveel stikstof per bedrijf mag worden uitgestoten. Dwangmaatregelen zijn wel mogelijk als de reductie achterblijft, maar die worden pas vanaf 2035 opgelegd. Vanaf 2030, als de reductie niet voldoende is, kan het beleid verscherpt worden.

Met de nieuwe aanpak, waardoor boeren bijvoorbeeld meer vrijheid krijgen om te investeren, zouden bedrijven zich beter kunnen houden aan gestelde doelen en kan er beter gehandhaafd worden bij bedrijven die de doelen niet halen. Zij kunnen in het uiterste geval (een deel van) hun vergunning of rechten verliezen.

Voor de boerenorganisaties is het belangrijk dat bedrijven enkel nog worden afgerekend op hun eigen stikstofuitstoot in plaats van op de stikstofmetingen in nabijgelegen natuurgebieden. De partijen achter het plan benadrukken dat alle sectoren – niet alleen landbouw, maar ook industrie en mobiliteit – substantieel moeten bijdragen aan minder stikstofuitstoot. Ook willen boerenorganisaties dat de mogelijke ruimte die voor vergunningen ontstaat, wordt benut om PAS-melders weer aan een geldige vergunning te helpen.

Natura 2000

Voor bedrijven en projecten in de directe omgeving van stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden pleiten de organisaties voor maatwerk en dwingende maatregelen. Om de vergunningverlening daar weer vlot te trekken, kan volgens de auteurs van het plan worden ingezet op ‘wettelijke herverkaveling’, dat houdt in dat agrariërs land dat dichtbij natuurgebieden ligt kunnen uitruilen voor andere stukken land.

Minister Wiersma laat in een reactie aan persbureau ANP weten dat het plan op veel punten overeenkomt met het kabinetsbeleid. Ze lijkt positief met de suggesties en vindt het „mooi” dat de partijen dit initiatief hebben genomen.

Met medewerking van Eppo König en Erik van der Walle