N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Tweede Kamer Een ongewoon rommelige bijeenkomst van een Kamercommissie leidde tot een zeldzame stemming. Het presidium moet nu overleggen of het een onafhankelijk onderzoek naar Khadija Arib in haar tijd als Kamervoorzitter opschort.
Normaal gezien zijn de vergaderingen van de Commissie voor de Werkwijze, waarin Kamerleden met elkaar in gesprek gaan over de parlementaire manier van werken, vrij overzichtelijk. Maar dinsdagavond ontaardde de vergadering in een procedurele chaos en – ongewoon – een stemming. Aanleiding daarvoor was een agendapunt over het externe, onafhankelijke onderzoek naar PvdA-Kamerlid Khadija Arib in de periode waarin zij Kamervoorzitter was (2016-2021). Eind september besloot het presidium, het dagelijks bestuur van de Tweede Kamer, daar unaniem toe.
Bij het presidium waren twee anonieme brieven binnengekomen waarin melding wordt gemaakt van „machtsmisbruik”, „een schrikbewind” en „een onveilige werkomgeving” door Arib in haar periode als Kamervoorzitter. De klachten worden bovendien bevestigd door de huidige ambtelijke leiding. Het presidium won advies in bij landsadvocaat Pels Rijcken, die adviseerde tot onderzoek over te gaan.
De gang van zaken leidde tot veel onrust onder Kamerleden. En ook tot boosheid: hoe kon het dat het besluit van het presidium was gelekt, en waarom moest Arib van NRC horen dat ze onderwerp van onderzoek zou worden? Een voorstel van Wybren van Haga, van de Groep Van Haga, om er in de grote zaal van de Tweede Kamer over te debatteren kreeg geen meerderheid. Een voorstel van Renske Leijten van de SP wel: de Commissie voor de Werkwijze moest het erover hebben.
Onvrede en ongemak
En zo geschiedde deze dinsdagavond, tijdens een vergadering waarin onvrede en ongemak de boventoon voerden, en die ontaardde in een semidebat met de huidige Kamervoorzitter Vera Bergkamp. Kamerleden hadden de bijeenkomst eerder willen houden, maar dat kon niet. En in de tussentijd had het presidium al wel een opdracht geformuleerd voor Hoffman, het bureau dat het onderzoek gaat uitvoeren. Kamerleden begonnen ook over brieven van hoogleraren, die kritiek hebben op het onderzoek en de totstandkoming daarvan.
Het onderzoek moest worden ingetrokken, vond Gidi Markuszower van de PVV. Het onderzoek moest worden stilgelegd, vond Renske Leijten van de SP. Ook Barbara Kathmann, partijgenoot van Arib, noemde het „niet gepast” om het onderzoek door te laten gaan. Volgens haar is Arib „voor de leeuwen geflikkerd”.
Vera Bergkamp bleef steeds weer herhalen dat ze de vragen, bezwaren en zorgen zou bespreken in het presidium. Het zorgde voor grote irritatie bij een deel van de Kamerleden, onder wie Pieter Omtzigt. Hij wil precies weten wat de opdracht is aan Hoffman en het onderzoek opschorten tot daar meer duidelijkheid over is.
Maar Bergkamp weigerde dat en bleef zeggen dat ze de opdracht vorige maand al in een brief met de Tweede Kamer heeft gedeeld. Omtzigt vond dat niet afdoende, hij wilde over zijn voorstel stemmen. Bergkamp zei het „heel jammer” te vinden en het „te betreuren” als het echt tot een stemming zou komen.
Maar andere Kamerleden wilden ook duidelijkheid. Het leidde tot een rommelig geheel. Zelfs nadat Bergkamp de vergadering afhamerde bleven Kamerleden bezwaar maken.
Er werd uiteindelijk toch gestemd. Een meerderheid van de aanwezige Kamerleden steunde Omtzigt. Concreet betekent het dat Bergkamp met het presidium moet overleggen of ze de opdracht aan Hoffman kan delen met de Commissie voor de Werkwijze en het verzoek te doen om het onderzoek op te schorten. Het presidium, dat woensdag vergadert, kan besluiten om daar niet in mee te gaan.
Afscheid Arib
Op maandagavond schreef De Telegraaf dat Khadija Arib geen afscheid van de Kamer zou nemen. Ze houdt het bij een mail die ze, zo kondigt ze aan, deze week nog zal versturen. Het leverde haar de ene na de andere steunbetuiging op van Kamerleden. Voormalig PvdA-leider Lodewijk Asscher zei in het televisieprogramma Op1 dat Arib „juist wel waardering verdient”: „Het gaat nu wel heel erg over het gedoe en het onderzoek.” Bergkamp heeft nu aan de Tweede Kamer beloofd een poging te doen Arib over te halen om alsnog afscheid in de Tweede Kamer te nemen.
Khadija Arib twitterde al op 1 oktober een verklaring waarin ze haar vertrek uit de Tweede Kamer bekendmaakte. Toch duurde het een maand voor ze ook aankondigde haar ontslag formeel in te dienen.
In de tussentijd, op 10 oktober, werd de voormalig Kamervoorzitter 62 jaar. Omdat ze daardoor minder dan vijf jaar verwijderd is van haar pensioengerechtigde leeftijd en meer dan tien jaar Kamerlid is geweest, heeft Arib nu recht op een wachtgeldregeling die doorloopt tot aan haar pensioen. Daar had ze geen recht op gehad als ze haar ontslag tegelijkertijd met haar twitterverklaring formeel had ingediend.