Post Malone tijdens een eerder concert tijdens deze tour, in Melbourne. Foto Richard Nicholson/Shutterstock
Nadat een paar maanden geleden een video viraal ging waarop Post Malone (Austin Post) vreemd met zijn lijf bewoog en veel gewicht leek te hebben verloren, serveerde de online gemeenschap de Texaanse zanger al snel af als junk. Zelf ontkent hij alle geruchten. Sterker, als we zijn Instagrambericht erover moeten geloven is het tegenovergestelde waar: Hij heeft zich als jonge vader nog nooit zo goed gevoeld. Met drugs is hij gestopt, alcohol en sigaretten komen later.
Waar Post in 2019 volgens deze krant nog wat sober optrad, lijkt hij op de eerste van twee Ziggo Dome-avonden alles van zich af te hebben gegooid. Ondanks dat hij zich wat „under the weather” voelt („Please don’t be hard on me”) spat de energie en dankbaarheid van hem af. De prullenbak die op het plein voor de zaal al in de fik stond bleek niet het enige vuur vanavond. Malone beweegt nog even vreemd als in de beruchte video, maar dat blijkt ‘gewoon’ de manier waarop hij danst – een beetje zoals de dronken oom van wie niemand weet wat hij nog op de barbecue doet. Op zijn shirt staat dan ook „wijn alsjeblieft” en hij krijgt tot wel tien keer toe een drankje aangereikt. Hij springt en swingt, schreeuwt en fluistert met zijn unieke stemgeluid en trekt alles aan wat er naar hem toe wordt gegooid – ook omdat hij al dansend uit zijn broek scheurt. Aan het einde heeft hij alleen zijn schoenen niet gewisseld.
Emotionele speeches
Ondanks de rotgang waarmee hij zijn halve oeuvre de zaal injaagt is de veelvuldige interactie met het publiek levendig en oprecht. Van slapstick humor („I wrote ‘Circles’ out of love for parallelograms”) tot emotionele speeches over vaderschap („shoutout to al the babies”) en lofzangen op Amsterdam („The best city ever”). Hij haalt zelfs twee mensen uit het publiek om ‘Feeling Whitney’ op gitaar mee te spelen en mee te zingen. Het publiek kan het niet aan: naast mij vallen twee mensen flauw. De EHBO’ers hebben een drukke avond.
Al is de show wat voorspelbaar en ingestudeerd, het boet aan spektakel niets in. Dat komt ook door de licht- en lasershow en de creatieve visuals, die de uitvoering tot een soort videoclip transformeren. Voeg daar het vuurwerk, de vlammen achter het podium en het voorprogramma van even iconisch rapduo Rae Sremmurd aan toe, en je hebt gewoon een show van wereldformaat. Of hij de Cobain van onze generatie is, zoals De Morgenstelde na zijn show in Antwerpen, weet ik niet, maar het valt niet te ontkennen dat hij een generatie muzikaal vormt. Op 28 juli komt zijn nieuwe album Austin uit. Hopelijk zit daar net zo veel levenslust in als in zijn concert.
Het is hoogst uitzonderlijk: een veiling in New York met uitsluitend werk van één Nederlandse kunstenaar. Christie’s doet het. Het van oorsprong Britse veilinghuis organiseert van 8 tot 22 juli een online veiling met zestig prenten en tekeningen van M.C. Escher (1898-1972), de Friese graficus bekend om zijn gedetailleerde verbeeldingen van oneindigheid en onmogelijke ruimtelijke constructies.
Het gaat om de verzameling van Robert Owen Lehman Jr., een 88-jarige Amerikaanse filmmaker die in de jaren zeventig twee Oscars won met natuurdocumentaires. De cineast verzamelde bijna een halve eeuw lang zeldzame bladen grafiek van Escher en ook vele tekeningen en voorstudies.
Het eerste veilinglot toont een bebaarde, ernstig kijkende Escher, een met potlood getekend zelfportret uit circa 1929. Uit dezelfde periode dateert een serie landschapstekeningen uit Italië, de meeste zijn voorstudies voor litho’s. Lehman verzamelde ook vier voorstudies voor de bekende prent waarop mieren lopen over een zogeheten Möbiusband, een wiskundige constructie.
Bijzondere veiling
Judith Kadee, conservator bij Escher in Het Paleis, het in 2002 geopende Eschermuseum in het voormalige Paleis Lange Voorhout in Den Haag (vorig jaar 150.000 bezoekers), spreekt van een bijzondere veiling. „Zelden zie je zo veel tekeningen en voorstudies van prenten aangeboden worden.”
De voorstudies, die soms sterk afwijken van de uiteindelijke prenten, geven volgens Kadee inzicht in Eschers werkwijze. Ze wijst op een voorstudie voor Belvédère (1958), de bekende prent van een architectonisch onmogelijke constructie voor een uitkijkpunt. „De studie is veel ruiger dan de prent. Escher heeft daarna nog veel aan het gebouw getweakt. Stapsgewijs, met soms wel tien tot twintig voorstudies, kwam hij tot zijn gepolijste eindresultaten.”
‘Andere wereld’, houtdruk en houtgravure uit 1947. Richtprijs: 25.000-35.000 dollar. Beeld Christie’s
Uit de veilingcatalogus blijkt dat Lehman klant was van Michael Sachs, een Amerikaanse verzamelaar én handelaar die in 1980 honderden tekeningen en prenten kocht van de erven-Escher. Deze werken waren tot dat moment in bruikleen bij het Gemeentemuseum, nu het Kunstmuseum Den Haag. In 1980 werd de nalatenschap van de kunstenaar opgesplitst. Het museum had de eerste keus, nu de basis voor Escher in Het Paleis, Sachs kocht de rest. Kadee: „Escher was toen minder beroemd dan nu. Sachs is op het juiste moment ingestapt en heeft destijds in bulk een enorme Escher-collectie verworven.”
Het verbaast de conservator niet dat Christie’s deze veiling en de bijbehorende kijkdagen in New York organiseert. Ze wijst ook op de impact van de enorme Escher-tentoonstelling van de Michael Sachs-collectie, in 2022 in The Museum of Fine Arts in Houston. Amerikanen zijn ontvankelijk voor Eschers grenzeloze fantasie, zegt Kadee. „Hij is in de VS larger than life, veel groter nog dan hier.” Zoals gebruikelijk bij veilingen laat Kadee zich vooraf niet uit over eventuele interesse van haar museum in de werken.
In wetenschapskringen en in de computergrafiekwereld staat Escher met zijn wiskundige uitgangspunten te boek als een pionier. De laatste jaren stegen de veilingopbrengsten voor zijn werk enorm. Het Zeeuws Veilinghuis bood recent zo’n honderd prenten aan. Met regelmatig spectaculaire resultaten. Een ongesigneerd exemplaar van de litho Tekenende handen (1948) werd anderhalf jaar geleden afgehamerd op 200.000 euro, vier keer de hoogste richtprijs.
Werk van liefde
Robert Lehman is niet beschikbaar voor een vraaggesprek. In een persbericht van het veilinghuis noemt de hoogbejaarde Amerikaan zijn verzameling „een werk van liefde”, dat hij nu met plezier doorgeeft aan andere verzamelaars. Ook bedankt hij Escher: „Ik zal de Nederlandse homo universalis eeuwig dankbaar zijn voor de vreugde en fascinatie die hij mij en mijn familie door de jaren heen heeft gebracht.”
De opbrengst van de verkoop gaat naar een door Lehman opgerichte stichting voor klassieke muziek. Een beredeneerde keuze, zegt de verzamelaar. „Aangezien Escher net zo gepassioneerd was door muziek als ik, vertrouw ik erop dat hij hiermee zou instemmen.”
Online veiling: M.C. Escher: The Art of Infinity. Van 8 t/m 22 juli bij Christie’s in New York. Catalogus: christies.com
‘Pentedattilo, Calabrië’, tekening uit 1930. Richtprijs: 30.000-50.000 dollar. Beeld Christie’s
Michael Madsen is de enige kunstenaar naast Vincent van Gogh bij wiens naam je direct aan een afgesneden oor denkt. Het is filmgeschiedenis, de meest memorabele scène uit Quentin Tarantino’s debuutfilm Reservoir Dogs. Crimineel Mr. Blonde (Madsen), zet ‘Stuck in the middle with you’ op, en danst met een uitgeklapt scheermes log en ironisch voor een agent die vastgebonden is aan een stoel. Dan houdt hij plots stil, en snijdt hij het oor van de agent af. „Was it as good for you as it was for me?”
Weinig acteurs konden tegelijkertijd zo angstaanjagend en charismatisch zijn als Michael Madsen, die donderdagochtend op 67-jarige leeftijd overleed aan een hartstilstand in zijn huis in Malibu, Californië. Sinds Reservoir Dogs was hij met zijn eeuwige frons, rugbylijf en fluisterige stem een van Hollywoods favoriete bad guys. Het maakte hem wereldberoemd, maar het was voor hem ook een dwangbuis.
Madsen groeide in Chicago op als een van de personages die hij later zou spelen. Hij jatte auto’s, reed motor, werkte als monteur. Zijn vader was brandweerman en vond acteren niet „masculien” – ze raakten vervreemd. Zijn moeder werkte in de financiële wereld, maar werd toen Madsen ouder was een Emmy-winnende documentairemaker.
Zus Virginia wilde altijd al acteren – en zou later genomineerd worden voor een Oscar in wijnkomedie Sideways. Maar voor Michael begon die wens pas toen hij John Malkovich zag in een theaterproductie van Of Mice and Men in Chicago. Madsen kielhaalde Malkovich achteraf in de coulissen en werd zijn protegé bij de Steppenwolf Theatre company.
Na een paar theaterrollen, wat dagwerk bij tv-soaps, en een bijrol als nietsnuttige muzikant in Thelma & Louise kwam Madsen in contact met Quentin Tarantino.
Reservoir Dogs werd zijn definitieve doorbraak. Tussen filmlegendes als Harvey Keitel, Steve Buscemi en Tim Roth sprong hij eruit. Hij bezat een ingebakken mysterie, een angstwekkende opgetogenheid. Achteraf zei hij dat hij de rol niet eens had willen accepteren. Hij speelde liever Mr. Pink omdat hij dan meer scènes had met zijn held Harvey Keitel.
Dit keer pakte het goed uit, maar in latere jaren had Madsen meer pech in Hollywood. Hij liep hoofdrollen in Oliver Stones Natural Born Killers en Oscar-winnaar L.A. Confidential mis. Hij liet de rol van Vincent Vega in Pulp Fiction – die John Travolta een comeback gaf – schieten voor een rol Kevin Costners westernramp Wyatt Earp. En échte hoofdrollen kreeg hij niet aangeboden.
Zijn successen waren vrijwel altijd bijrollen: als maffioos in Donnie Brasco. Als liefkozende vader in Free Willy. Tarantino zorgde goed voor hem. Gaf hem wat iconische bijrollen. In Sin City speelt hij naast die andere onbegrepen Hollywood-bad boy: Mickey Rourke. Madsen speelde een waanzinnige sterfscène als ex-huurmoordenaar in Kill Bill: Vol 2 (2004). En in de doorrookte cowboy Joe Gage in The Hateful Eight (2016) zie je alles wat Madsen uniek maakte. Hij brengt ingebakken mysterie naar zijn personages – hij is de man aan het eind van de bar die niks zegt, maar van wie je weet dat hij een verleden heeft.
Bad boy, centendief, foute vriend of wreker. Dat was deels zijn eigen schuld. Nadat enkele flops en een kostbare scheiding hem in financiële malaise stortten, midden jaren nul, accepteerde hij rollen in tientallen B-films. Titels als Hell Ride, A Way With Murder, of The Killing Jar – in driekwart van de gevallen staat hij op de poster te fronsen met een vuurwapen. Vaak zat hij er maar een kwartiertje in – snel geld verdienen.
Zelf zei Madsen meermaals dat hij niet bij deze tijd paste. Hij was meer een acteur voor de zwart-witfilms van vroeger, zei hij. In de huidige filmindustrie, zei hij in een interview met The Independent in 2016, was hij „een leading man gevangen in het lichaam van een boef”.
De laatste jaren van zijn leven keek Madsen volgens zijn manager en publicist uit naar „een nieuw hoofdstuk”. Zo werkte hij mee aan de aankomende indiefilms Resurrection Road, Concessions en Cookbook for Southern Housewives – naast nog 14 andere films die volgens IMdB moeten uitkomen. En daarnaast maakte hij zich klaar voor de uitkomst van zijn boek Tears for My Father: Outlaw Thoughts and Poems.
Zijn vader kwam ook nog tot inkeer. Madsen haalde hem vlak voor diens dood op voor het vuurwerk op 4 juli, met zijn zoon op de motor, geëscorteerd door motoragenten en Hells Angels. „Het was de eerste keer dat hij zich realiseerde dat ik wat bereikt had in het leven.”
Madsen had zes kinderen uit drie huwelijken, onder wie acteur Christian Madsen.
‘Oh my god, ik ben alleen nog maar een kont!” Aldus een kont. Jazeker: in de voorstelling Kont, die op 4 juli op theaterfestival de Parade in Den Haag in première gaat, staat de toeschouwer oog in oog met een pratend stel billen. Zes actrices, verschillend van afkomst, leeftijd en lichaamsbouw, vertolken het personage afwisselend. Allemaal hebben ze een eigen verhaal te vertellen, maar het concept is steeds hetzelfde: de actrice van dienst staat voorovergebogen, billen richting publiek, en spreekt zo, alsof het de kont is die spreekt, over wat het vrouwelijke schoonheidsideaal met haar doet.
Dit even grappige als gevatte concept komt uit de koker van actrice en theatermaker Damaris de Jong (1998), die het personage bijna per ongeluk tot leven wekte. Tijdens een melige improvisatie boog ze zich voorover en deed ze alsof haar billen een sigaret rookten. Het leidde tot de slappe lach bij actrices Pip Lieke Lucas en Shelley Bos, met wie ze destijds het muziektheatercollectief Collectiet vormde, en tot een scène in hun montagevoorstelling Get Set Riot, in 2019 te zien op de Parade. Maar De Jong besefte dat er meer in zat. Zo draafde Kont even later op als host in de VPRO TikTok-serie Kontent. En deze zomer is ze dus, in zes verschillende gedaantes, te bewonderen in haar eigen solovoorstelling Kont, een absurdistische monoloog over de schadelijke invloed van sociale media op het zelfbeeld van jonge vrouwen. De Jong vertelt erover in het Amsterdamse Erasmuspark.
Promotiebeeld van de voorstelling ‘Kont’ van Damaris de Jong. Foto Casper Koster
Lallend Paradepubliek
Tien dagen lang, vertelt ze, zat ze in haar eentje in een repetitieruimte in theaterbroedplaats De Sloot opnames van haar eigen billen te bestuderen, om Konts ‘mimiek’ te perfectioneren. Met resultaat: „Het is best een beetje vreemd, om de hele dag naar je billen te kijken, maar het lijkt nu wel echt op een pratend gezicht.”
Het vergt moed, om voorovergebogen met je billen naar een publiek te durven staan, zegt ze. „Maar als je het eenmaal doet, werkt het emanciperend. Ik was bang dat toeschouwers vervelend zouden worden, Paradepubliek kan ook lallend binnenkomen, en je bent nogal kwetsbaar in die positie – maar ik heb gemerkt dat Kont juist opvallend veel respect krijgt. Misschien wel juist door die kwetsbaarheid.”
Ik heb door sociale media van jongs af aan geleerd naar mezelf te kijken met de blik van een ander
Kont staat model voor de influencer die zodanig is doorgeschoten in haar jacht op views en likes en followers, dat ze uiteindelijk zelfs haar hoofd liet verwijderen, om zo haar ‘best asset’ (De Jong grinnikt: „Een van de kontgrapjes”) zo goed mogelijk uit de verf te laten komen. Nu bestaat ze alleen nog maar uit kont – en toch is ze nog altijd onzeker.
De Jong groeide ook op met het internet als spiegel. Ze vergeleek als tiener haar buik met die van Kendall Jenner, imiteerde poses, wat mede bepaalde hoe ze zich nu beweegt. Ze paste haar stem aan, ging hoger praten. „Ik heb door sociale media van jongs af aan geleerd naar mezelf te kijken met de blik van een ander. Vrouwelijk, maar niet té vrouwelijk, is wat je wil zijn. Meisjes voelen haarfijn aan waar de middenstreep zit. Overschrijd je die, dan luistert er niemand naar je.”
Hoe roerlozer, hoe mooier
Dat vrouwen zich aanpassen aan de (doorgaans mannelijke) kijk op vrouwen, die ze via sociale media maar ook via films en populaire cultuur tot zich nemen, daarover gaat het boek dat De Jong uit haar tas opdiept: de essaybundel Pose van Basje Boer. Zonder denkpauze somt De Jong de bij vrouwen alom begeerde uiterlijke eigenschappen op: „Jong. Wit. Dun. Lang haar, liefst blond. Niet te veel en niet te weinig bil, borst, lip. Platte buik, egale huid, lange wimpers, roze wangen, kleine neus, geen rimpels. Zo min mogelijk expressie.”
Over dat laatste gaat een van Boers essays. Ze schrijft over Evelyn McHale, de 24ste boekhouder die in 1947 van het Empire State Building sprong en neerkwam op het dak van een limousine. Een fotografiestudent legde het beeld vast. De dode McHale, schijnbaar heel bevallig geland op dat autodak, werd een icoon van vrouwelijke schoonheid. De Jong: „Hoe roerlozer, hoe mooier, is de regel. In de cultuurgeschiedenis vind je zo veel voorbeelden van knappe, jonge, dode of bewusteloze vrouwen. Doornroosje, Sneeuwwitje, Ophelia. Het is het meisje dat nooit oud zal worden.”
Je moet wel ‘peachy’ blijven
Zelf heeft ze er regelmatig gesprekken over met collega-actrices: wat gaan ze ‘aan zichzelf laten doen’ om het proces van ouder worden tegen te gaan? „Ik herinner me dat ik als kind naar Halina Reijn keek, op tv, die vertelde over haar botoxbehandelingen, ‘omdat je er wel peachy uit moest blijven zien voor de regisseurs’. Dat zinnetje is blijven hangen. Helaas is het inderdaad zo dat de waarde die je als vrouw krijgt toegedicht, veel te vaak wordt bepaald door de mate waarin je samenvalt met het schoonheidsideaal. Zeker als je actrice bent, maar het geldt ook voor de politiek, of de datingmarkt.”
Toch wil De Jong zelf geen botox of fillers. „Ik hoop dat ik kan gaan houden van mijn imperfecties; puistjes, rimpels. Het lijkt me ook bevrijdend, als je je niet meer bezig hoeft te houden met dat schoonheidsideaal. Als mensen je alleen nog maar beoordelen op je karakter, en je ideeën, niet op je uiterlijk. En hee”, ze glimlacht, „dan ben ik straks gewoon die ene actrice die geloofwaardig je oma kan spelen.”
Kont van Damaris de Jong. Afwisselend uitgevoerd door Damaris de Jong, QiQi van Boheemen, Adina Macpherson, Sayo Cadmus, Jacqueline Blom en Christine van Stralen. Te zien op theaterfestival de Parade in Den Haag (4 t/m 9 juli), Amsterdam (25 t/m 29 juli) en Utrecht (20 t/m 25 augustus). Info: deparade.nl