De rechter verplicht de overheid nog niet om een derde gender mogelijk te maken. De rechtbank in Den Haag oordeelt woensdag weliswaar dat er sprake is van „ongeoorloofd onderscheid” tussen binaire en non-binaire transgender personen – het is veel moeilijker om een ‘X’ (non-binair) op je paspoort te krijgen dan naar een ‘M’ (man) of een ‘V’ (vrouw) te wisselen – maar omdat de politiek al bezig is dat te veranderen, is de huidige situatie niet onrechtmatig, aldus de rechtbank.
De bodemprocedure was aangespannen door een non-binair persoon die als vrouw bij de overheid geregistreerd staat en de non-binaire identiteit op een snelle en toegankelijke manier wilde kunnen laten registreren. De staat erkent als gedaagde partij dat de moeilijkheden voor non-binaire transgenderpersonen om hun genderidentiteit te laten registreren problemen oplevert in het dagelijks leven, maar vindt dat wettelijke regeling via de politiek tot stand moet komen.
De rechtbank stelt dat er „complexe afwegingen gemaakt [moeten] worden voor het invoeren van een derde gendermogelijkheid” die verder gaan „dan het zetten van een ‘X’ op de geboorteakte.” Ook onderliggende wet- en regelgeving moet daarvoor worden aangepast. De rechtbank benadrukt dat er ondanks de complexiteit wel een beperkte geldigheidsduur aan het wetgevingsproces zit. Een precieze termijn voor het proces stelt de rechtbank echter niet vast.
De advocaat van de non-binaire persoon die de zaak aanspande, reageert tegenover NRC opgetogen op het vonnis. „Met deze uitspraak staat vast dat de staat een derde gendermogelijkheid moet erkennen en doorvoeren. Dat is ontzettend grote winst voor non-binaire personen.”
Lees ook
‘Het voelt alsof ik er niet mag zijn’, zegt de non-binaire Senn van Beek in de rechtszaal