Het kabinet wil tot en met 2030 290.000 ouderenwoningen bouwen, maar dat streven wordt waarschijnlijk niet gehaald. Afspraken over de bouw zijn vertraagd en concrete plannen zijn er te weinig. Daarvoor waarschuwt de Algemene Rekenkamer deze woensdag tijdens Verantwoordingsdag.
„Het doel is alleen te halen als er een woningbouw-mirakel plaatsvindt. Dat zou mooi zijn, maar dat is niet aannemelijk”, zegt Ewout Irrgang, collegelid van de Algemene Rekenkamer, in een toelichting. De resultaten van het woonbeleid voor ouderen beoordeelt de Rekenkamer als „zorgelijk”.
Het vorige kabinet, Rutte IV, besloot in 2022 tot de bouw van honderdduizenden seniorenwoningen, zodat ouderen (vanaf 65 jaar) langer zelfstandig kunnen blijven wonen. Niet alleen willen veel ouderen dat, het is ook broodnodig; sinds het wegbezuinigen van de bejaardenhuizen en het ontstaan van wachtlijsten voor verpleeghuizen zijn er weinig alternatieven meer. Ouderen langer thuis laten wonen is ook goedkoper voor het Rijk, omdat mensen dan zelf hun vaste lasten (hypotheek of huur, gas, water en licht) betalen. Daarnaast zou het plan moeten helpen om de vastgelopen woningmarkt los te wrikken. Als ouderen verhuizen, laten ze vaak een eengezinswoning achter.
Het aantal ouderen neemt dankzij de dubbele vergrijzing (er zijn steeds meer ouderen die ook steeds ouder worden) alsmaar toe. De verwachting is dat er in 2030 ruim twee miljoen mensen van 75 jaar of ouder zijn (12 procent van de bevolking). In 2018 waren dat er nog zo’n 1,4 miljoen. Vanaf 75 jaar neemt de vraag naar zorg fors toe.
Lees ook
Op papier een prachtig idee: een mantelzorgwoning op het eigen erf. ‘Maar dan ziet de gemeente beren op de weg’
Te weinig plannen
Het in 2022 gepresenteerde kabinetsplan Wonen, Ondersteuning en Zorg voor Ouderen (WOZO) voorziet in 170.000 nultredenwoningen (gelijkvloers zonder trappen), 80.000 geclusterde woningen (meer nultredenwoningen naast elkaar, bijvoorbeeld met een ontmoetingsruimte) en 40.000 ‘zorggeschikte’ woningen (bijvoorbeeld toegankelijk voor rolstoelen en rollators en geschikt voor mensen met dementie). Het gaat zowel om koop als huur. Voor het plan is tot 2027 bijna 400 miljoen euro subsidie uitgetrokken.
Maar erg voortvarend gaat het nog niet, concludeert de Algemene Rekenkamer nu. Zo zijn afspraken tussen onder meer het Rijk, gemeenten, marktpartijen, corporaties en zorginstellingen over het bouwen van ouderenwoningen meerdere keren vertraagd. Tijdens de Woontop van december 2024 is afgesproken dat er voor de zomer van 2025 concrete afspraken moeten liggen. Plannen op lokaal niveau zijn er wel, maar die tellen nu op tot 186.000 woningen.
De bestaande voorraad is heel groot, daar zit misschien meer muziek in dan in nieuwbouw
Te weinig dus, en het is nog maar de vraag of dat aantal daadwerkelijk wordt gehaald. Want, zo stelt de Rekenkamer, minister Keijzer (Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, BBB) besteedt weinig aandacht aan de knelpunten en risico’s, zoals het stikstofprobleem, het tekort aan bouwpersoneel, gebrek aan bouwlocaties en bezwaarprocedures van omwonenden. Irrgang: „Bij een goed debat met de Kamer hoort ook dat de minister zegt: ‘het gaat nog niet heel goed en dit zijn de knelpunten’.”
Volgens Irrgang erkent minister Keijzer in een reactie op de analyse van de Rekenkamer dat het „spannend en moeilijk gaat worden, een grote uitdaging”. Zelf noemt Irrgang het doel van 290.000 ouderenwoningen „mogelijk te ambitieus”. „Misschien moet je minder beloven.”
Ombouwen
De Rekenkamer adviseert meer te kijken naar het ombouwen van bestaande bouw naar ouderenhuisvesting. Irrgang: „De bestaande voorraad is heel groot, daar zit misschien meer muziek in dan in nieuwbouw; die is niet zo groot.”
Opvallend is dat de Rekenkamer erop wijst dat onduidelijk is of ouderen wel in de voor hen bestemde huizen gaan wonen. Het kabinet wil dat tot en met 2030 totaal bijna een miljoen huizen worden gebouwd; de 290.000 ouderenwoningen maken daar dus zo’n 30 procent van uit. Maar de afgelopen jaren blijkt bij nieuwbouw gemiddeld slechts 15,5 procent van de kopers of huurders een oudere te zijn. Dat percentage moet dus omhoog.
Het goede nieuws: uit onderzoek van onderzoeksbureau Abbi in opdracht van ouderenbond ANBO-PCOB bleek dinsdag dat veel ouderen liever naar een zelfstandig appartement met een eigen voordeursleutel verhuizen dan dat ze naar een verzorgingshuis gaan. Het kabinet onderzoekt momenteel de terugkeer van verzorgingshuizen (bejaardenhuizen). De uitkomst van dat onderzoek volgt na de zomer.
Lees ook
Lees ook: ‘Vergrijzing moet geen nieuwe mest- of klimaatcrisis worden’
