N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Recensie
Muziek
Klassieke muziek Maria João Pires soleerde bij het Nederlands Philharmonisch in Mozarts laatste pianoconcert. Dirigent Viotti stelde zich dienstbaar op.
Maria João Pires stak telkens haar hand uit naar dirigent Lorenzo Viotti, maar het uitzinnige publiek in het uitverkochte Concertgebouw was toch echt voorál voor haar gekomen. Viotti, die zich bij het applaus verschool achter de vleugel, voelde dat goed aan. Hij leidde het Nederlands Philharmonisch Orkest zaterdagavond behalve in het laatste pianoconcert van Mozart, samen met Pires, ook in Brahms’ Tweede symfonie en Wagners Siegfried-Idyll.
Op voorhand waren er best redenen te verzinnen waarom het níet zou klikken tussen Pires en Viotti, in veel opzichten tegenpolen. Pires, de frêle anti-diva uit Portugal, is wars van vertoon, heeft een haat-liefdeverhouding met het podium (en met de vleugel) en lijkt haast per ongeluk verzeild geraakt in het bestaan van klassieke superster.
Viotti is de perfecte gecoiffeerde jetsetter die niet terugdeinst voor het grote gebaar en die op Instagram zijn sixpack inzet om jong publiek te werven voor zijn kunst. Met zijn maatpak en zijn snorretje had hij wel iets weg van een heer uit een kostuumdrama, terwijl hij in zijn praatje vanaf de bok vooraf Pires’ dienstbaarheid aan de muziek prees.
Maar het fijne is dat karakters die heel verschillend zijn elkaar soms toch kunnen vinden. Viotti is een vakman met instinct voor dramaturgie en zijn begeleiding in Mozarts Pianoconcert nr. 27 was op de juiste manier beteugeld, zodat Pires alle ruimte kreeg. Meteen al bij haar eerste inzet, na de tamelijk lange orkestrale inleiding, kalligrafeerde ze een verrukkelijke frase, met de subtielste kleurschakeringen. Hoe verfijnd en delicaat ze soms ook speelde, ze werd nergens overstemd – knap werk.
Nieuwe inzichten
„Ik word ouder en speel slechter dan ooit”, zei Pires vorige winter in NRC. Ze zei óók dat de ouderdom nieuwe inzichten opleverde, juist tijdens concerten. Haar spel was zaterdag zeker niet vlekkeloos, maar het was prachtig, het tegenovergestelde van klinisch, het tegenovergestelde ook van een kunstje: warm, intiem, bedachtzaam. Op haar ontwapenende wijze leek Pires na afloop opgelucht en verrukt.
„Weer terug op aarde”, verzuchtte Viotti na de pauze, voor hij (uit het hoofd) Brahms’ lichtvoetige Tweede inzette. De uitgedunde Mozart-bezetting van het NedPhO was aangezwollen tot groot orkest, maar kamermuzikale finesse was er te over, bijvoorbeeld in het heerlijke houtblazersensemble aan het begin van het allegretto. De euforische finale spetterde van levenslust. Zaterdag speelt het NedPhO opnieuw Brahms’ Tweede, zonder Pires, met bariton Matthias Goerne in Mahlers Rückert-Lieder.