De mondiale schaatsbond ISU heeft vrijdag besloten dat een zeer beperkt aantal Russische en Wit-Russische sporters zich kan plaatsen voor de Olympische Winterspelen van 2026 in Milaan. In het kunstschaatsen, langebaanschaatsen en shorttrack mag per afstand of discipline maximaal één Rus een één Wit-Rus zich onder neutrale vlag proberen te kwalificeren.
Het Internationaal Olympisch Comité besloot eerder dat Russen en Wit-Russen alleen onder neutrale vlag mogen meedoen aan de Olympische Spelen, vanwege de oorlog die Rusland voert in Oekraïne – en de steun die vazalstaat Wit-Rusland daaraan verleent. Wereldsportbonden mogen op hun beurt bepalen hoeveel sporters uit de twee landen in aanmerking komen voor kwalificatiewedstrijden voor de Spelen. Bonden maken daarin uiteenlopende keuzes. Zo besloot de wereldatletiekbond dat geen enkele Rus of Wit-Rus welkom was op de Spelen in Parijs afgelopen zomer.
De ISU laat weten te beseffen dat de Olympische Winterpelen „het hoogtepunt zijn van elke schaatser” en heeft een „vreedzame deelname” gezien van de (Wit-)Russische sporters aan de recente Zomerspelen. Het is daarom niet duidelijk waarom de schaatsbond heeft besloten om per afstand of discipline maar één Rus en Wit-Rus kans te laten maken op deelname.
Russische schaatsers, shorttrackers en kunstrijders mogen momenteel überhaupt niet meedoen aan internationale wedstrijden. Alleen voor de olympische kwalificatiewedstrijden en de Winterspelen maakt de ISU nu een uitzondering. Een gebrek aan wedstrijdritme maakt het voor sommige Russische schaatsers moeilijker om zich voor de Spelen te kwalificeren.
Voor Russische sporters moet meedoen onder neutrale vlag inmiddels enigszins vertrouwd voelen. Behalve tijdens de Zomerspelen in Parijs mochten Russen ook bij de Spelen van Tokio in 2021 en de Winterspelen in Beijing alleen op die wijze meedoen. Dat was een strafmaatregel vanwege grootschalige dopingmisbruik door Russische sporters.
De Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) moet per 1 januari 2025 stoppen met gaswinning bij het Groningse dorp Warffum. Dat heeft het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) vrijdag besloten. De onafhankelijke toezichthouder heeft het verzoek van de NAM afgewezen om gaswinning bij Warffum voorlopig te gedogen.
Bij Warffum ligt een van de zeventien nog actieve kleine gasvelden in de provincie, pal naast het dit jaar gesloten Groningenveld. Begin december besloot het kabinet om de vergunning voor de gaswinning bij Warffum te verlengen tot 2032. Daarvoor baseerde het kabinet zich onder meer op een positief advies van het SodM.
Belanghebbenden kunnen echter nog bezwaar maken tegen dat besluit. In dat geval wordt de gaswinning tijdelijk gedoogd, zei minister Sophie Hermans (Klimaat en Groene Groei, VVD) onlangs in een Kamerdebat. Daar gaat de toezichthouder niet in mee.
‘Zorgen serieus nemen’
Volgens het SodM is de gaswinning weliswaar veilig, maar is het „belangrijk dat er naar lokale bestuurders en inwoners geluisterd wordt”. Het gedogen van de gaswinning zonder de zorgen die er leven serieus te nemen, ondermijnt volgens de toezichthouder het vertrouwen in de overheid.
Het SodM stelt dat de omgeving van het gasveld „zich niet door de NAM gehoord voelt” en dat de verlenging „een grote mate van onrust heeft veroorzaakt”. In het licht van de parlementaire enquête naar de aardgaswinning in Groningen vindt de SodM het „belangrijk” dat aan die zorgen gehoor gegeven wordt.
Het gasveld mag pas opnieuw in gebruik worden genomen als de vergunning definitief is verlengd.
Lees ook
In Warffum is men bezorgd maar ook bitter over de gaswinning: ‘In 2032 is het echt klaar? Dat is show: dan hebben ze alles eruit gehaald’
De Franse president Emmanuel Macron ruziede met de inwoners van het Franse overzeese eiland Mayotte tijdens het bezoek dat hij er donderdag en vrijdag bracht. Dat melden internationale media, waaronder de Franse krant Le Monde, vrijdag. “Wees blij dat jullie deel uitmaken van Frankrijk”, zei Macron. „Want als Frankrijk er niet was, zouden jullie nog tienduizend keer meer in de shit zitten.”
Mayotte, dat gelegen is tussen Mozambique en Madagaskar in de Indische Oceaan, werd afgelopen weekend flink getroffen door de cycloon Chido. Daken waaiden van huizen en straten lagen vol met omgewaaide vrachtwagens, stellages en golfplaten. Vooral in sloppenwijken was de schade groot.
De lokale pers schat dat er 60.000 doden zijn gevallen. De autoriteiten hebben tot noch toe circa dertig doden geïdentificeerd. „Mayotte is een massagraf in de open lucht geworden”, stelde het Franse parlementslid Estelle Youssouffa in Franse media.
Mayotte heeft, door gebrek aan investeringen vanuit Frankrijk, geen cycloonbestendige infrastructuur. Op het eiland wonen tussen de 320.000 en 400.000 mensen, van wie 80 procent in armoede leeft. Daarbij zijn publieke diensten als scholen, ziekenhuizen en wegen ondermaats.
Bliksembezoek
President Macron kwam donderdag aan op het eiland voor een bliksembezoek. Hij zou maar een paar uur blijven, maar bleef uiteindelijk toch slapen. In zijn kielzog kwamen twintig verzorgers, reddingswerkers en logistieke medewerkers mee. Ook levert Frankrijk drie tot vier ton water en medicijnen.
Een joelende menigte vroeg om het ontslag van Macron. Daarop greep de president naar een microfoon. “Het is ondraaglijk wat jullie al zes dagen meemaken, maar ik ben niet de cycloon! Ik ben niet verantwoordelijk”, bracht hij in verweer.
Volgens de president worden eilandbewoners in de Indische Oceaan nergens zo goed geholpen als op Mayotte. Hij bezocht per helikopter een aantal zwaar getroffen geïsoleerdere dorpen.
Lees ook
De kwetsbare bevolking van het Franse eiland Mayotte krijgt met cycloon Chido nog een klap te verduren
<dmt-util-bar article="4877408" headline="Macron gaat tekeer tegen zwaar getroffen bevolking Mayotte: 'Zonder Frankrijk zaten jullie 10.000 keer meer in de shit‘” url=”https://www.nrc.nl/nieuws/2024/12/20/macron-gaat-tekeer-tegen-zwaar-getroffen-bevolking-mayotte-zonder-frankrijk-zaten-jullie-10-000-keer-meer-in-de-shit-a4877408″>
Bewoners die anderhalf, twee dagen in bed blijven liggen door het gebrek aan personeel. De sterke geur van urine in de kamers. Onbemande groepen. Huilende zorgverleners. Bewoners die elkaar krabben en slaan. Die muren besmeuren met poep.
De Volkskrant beschreef de schokkende misstanden die in elk geval sinds vorig jaar plaatsvonden in het Amsterdamse verpleeghuis Ottho Heldring, een locatie van de grote Amsterdamse zorgorganisatie Cordaan. Ottho Heldring is een klein verpleeghuis, er wonen ruim zeventig ouderen met dementie of niet-aangeboren hersenletsel.
De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd, die toeziet op de kwaliteit van zorg, is sinds vorige maand op de hoogte na meldingen van familie van bewoners, zegt inspectiewoordvoerder Frank Wassenaar. Welke actie de inspectie onderneemt is nog niet bekend.
1. Wat speelt er precies bij Ottho Heldring in Amsterdam?
In januari van dit jaar sturen personeelsleden van het verpleeghuis een ‘brandbrief’ aan de directie, schrijft de Volkskrant. Er is sprake van verwaarlozing van cliënten, schrijven ze: niet-nageleefde zorgplannen, ernstig tekortschietend toezicht, medicatiefouten. „Mensonterend en schaamteloos”, citeert de krant uit de brief. „Wij zouden onze ouders nooit naar Cordaan brengen.” De directie praat met hen, de situatie lijkt te verbeteren maar valt daarna weer terug. De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd raakt pas in november dit jaar op de hoogte, als een van bewoners melding van de misstanden maakt: Saida Zemouri, wier 87-jarige dementerende vader in het verpleeghuis woont. Er komen meer meldingen binnen, sommige anoniem. De inspectie neemt onmiddellijk contact op met Cordaan. Het directieduo van de zeventien Cordaan-verpleeghuizen stapt op en, zo meldt de Volkskrant, er zijn in Ottho Heldring „ineens” meer uitzendkrachten en flexwerkers aan het werk. Een woordvoerder van Cordaan zegt in een korte telefonisch reactie dat er inderdaad meer tijdelijke zorgkrachten zijn ingezet en dat intussen de zoektocht naar vast personeel in „volle gang” is.
2. Tot welke actie kan de inspectie overgaan?
De ‘toezichtsactiviteiten’ lopen nog, meldt woordvoerder Wassenaar, en dus doet de inspectie geen uitspraak over mogelijke maatregelen. In algemene zin zijn er meerdere opties, mocht ze daartoe besluiten. De Inspectie kan overgaan tot ‘verscherpt toezicht’. Er is dan, zegt Wassenaar, „half het vertrouwen” dat een verpleeghuis de problemen zelf kan verhelpen en intussen houdt de inspectie de vinger aan de pols. De inspectie vraagt bijvoorbeeld maandelijks een voortgangsrapportage op en gaat vaker langs bij een locatie. Optie twee is strenger: de ‘aanwijzing’. Dat is de opdracht om op zeer korte termijn de grootste problemen te verhelpen: zorg binnen twee maanden wél voor voldoende personeel in dienst. Zorg ervoor dat je binnen een maand de protocollen voor medicatieveiligheid verbetert. Deze donderdag legde de inspectie nog een aanwijzing op aan verpleeghuis Amandelbloesem Woonzorg Groep, een kleinschalige Amsterdamse woonzorgorganisatie voor ouderen met dementie en/of lichamelijke beperkingen. De Inspectie sprak na een bezoek aan Amandelbloesem van „ernstige tekortkomingen in de zorg”. Zo sluit de deskundigheid van zorgverleners niet aan „op wat de cliënten nodig hebben”. De aanwijzing komt in dit geval neer op een cliëntenstop: tot dit verpleeghuis voldoet aan de normen voor goede zorg mag het geen nieuwe cliënten aannemen.
Smaak drie uit het arsenaal aan maatregelen is het strengst en komt voor als volgens de inspectie acuut optreden nodig is: het ‘bevel’. Daarmee moeten alle cliënten worden overgedragen aan een andere zorgaanbieder. Die maatregel legde de inspectie op 31 mei op aan verpleeghuis Rayan in Amersfoort. Drie dagen eerder zag de Inspectie op die locatie dat bewoners vervuild waren, dat de zorg ondermaats was en er sprake was van „hoge gezondheidsrisico’s”, onder meer door gebrek aan controle rond medicijngebruik van bewoners.
Lees ook
Bezuinigingen ouderenzorg voor 2025 geschrapt
Zo’n bevel is een uitzondering. Hij lijkt bij Ottho Heldring niet te worden opgelegd – dan was dat vermoedelijk al gebeurd. „Er is contact met Cordaan en we hebben hun de nodige vragen gesteld. Over de inhoud daarvan mogen we wettelijk nu nog niets zeggen”, aldus Wassenaar.
3. In hoeverre zijn deze misstanden representatief voor de ouderenzorg?
„Er zijn heel veel goede verpleeghuizen”, zegt Wassenaar. „Het woord ‘uitwas’ lijkt me hier op zijn plaats.” Tegelijkertijd: er zijn structurele, sectorbrede problemen die misstanden in de hand werken.
Er is een tekort van veertienduizend verpleeghuismedewerkers en dat loopt naar schatting op tot ruim vijftigduizend over tien jaar. Het woord ‘onderbezetting’ komt telkens terug, bij misstanden als die in verpleeghuis Ottho Heldring.
De Inspectie constateerde dat bewoners vervuild waren, de zorg ondermaats was en dat sprake was van ‘hoge gezondheidsrisico’s’
Door een wankel personeelsbestand gaan zorgverleners sneller over tot het opleggen van dwang, constateert de inspectie. Zoals het opsluiten van patiënten op hun kamers en het plaatsen van een bedhek. Dwang moet zo min mogelijk worden toegepast. Maar, zo constateert de inspectie: zeker zodra gaten in het rooster worden gedicht met ingevlogen personeel dat de bewoners niet kent, neemt de kans op dwang toe.
Wat in algemene zin meespeelt: de bejaardentehuizen zijn afgeschaft, het overheidsbeleid is gericht op steeds langer thuis wonen. Voor plaatsing in een verpleeghuis kom je pas in aanmerking als de zorgbehoefte zo zwaar is, dat thuiszorg en mantelzorg niet meer verantwoord is. Zwaardere zorg betekent hogere werkdruk, en dat betekent hogere kans op uitval. In Ottho Heldring ging een getal rond van „bijna 25 procent” ziekteverzuim. Gevolg: nóg hogere werkdruk.
Eén ding staat vast: de zorgvraag zal in vergrijzend Nederland niet afnemen. Het aantal ouderen neemt toe, zij worden bovendien steeds ouder. De kans op dementie neemt met het ouder worden toe: het RIVM rekent op een half miljoen mensen met dementie in 2050. Juist die aandoening brengt een grote zorgvraag met zich mee voor personeel.
Of het aantal incidenten à la Ottho Heldring toeneemt, durft de inspectiewoordvoerder niet te zeggen: vergelijking met recente jaren is alleen al lastig door de coronapandemie: toen vonden er minder inspectiebezoeken plaats, men wilde de zorgverleners niet voor de voeten lopen.
Feit is dat factoren die misstanden in de hand werken aan invloed lijken te winnen. Ottho Heldring mag een ‘uitwas’ zijn, de onderliggende oorzaken zijn dat niet.
Lees ook
Op papier een prachtig idee: een mantelzorgwoning op het eigen erf. ‘Maar dan ziet de gemeente beren op de weg’