Pegida-voorman verscheurt opnieuw koran bij strafzaak voor groepsbelediging

Edwin Wagensveld, die in Den Haag terecht staat voor groepsbelediging, heeft donderdagmiddag tot tweemaal toe een koran verscheurd. Dat schrijft persbureau ANP. De Pegida-voorman deed dat voor het ingaan van de rechtbank en in de rechtszaal zelf. Vervolgens weigerde hij het gesprek aan te gaan met de rechters en noemde de rechtszaak tegen hem „een poppenkast”. Na zijn actie verliet Wagensveld de rechtszaal. Volgens Wagensveld zal een strafzaak hem niet stoppen. Uiteindelijk besloot de rechtbank de zaak zonder zijn aanwezigheid te hervatten.

Afgelopen jaar verscheurde hij bij de Tweede Kamer ook al een koran en omschreef hij het boek als „fascistisch”. Met name die uitspraak is een onmiskenbare belediging aan het adres van moslims, aldus de aanklager, die een geldboete eist van 700 euro. „Geloofskritiek is toegestaan in ons land”, stelt hij. „Maar hier was geen sprake meer van kritiek op een geloof, hij beledigde de gelovigen zélf.”

De Nederlandse wet verbiedt het verscheuren van een koran niet omdat het gezien wordt als geloofskritiek. Het opzettelijk beledigen van een groep mensen om hun godsdienst of levensovertuiging, is dat wel. Wagensveld voldeed volgens het Openbaar Ministerie met zijn acties in januari aan de voorwaarden voor groepsbelediging, omdat hij die mondeling uitte. „Het is net zo erg als de Mein Kampf”, zei hij destijds over de koran. „Aanhangers volgen dezelfde ideologie als Hitler”.