14,2 duizend miljard dollar bezitten de 2.781 miljardairs die de wereld kent. De schatting van zakenblad Forbes was woensdag nog maar net gepubliceerd toen de discussie over deze groep in Nederland de volgende dag een nieuwe wending kreeg.
Onder meer omdat NRC berichtte over grootschalige belastingontwijking door Queen of beer Charlene de Carvalho-Heineken. En ook omdat uit berichtgeving van Het Financieele Dagblad bleek dat VVD en NSC bij een Kamerdebat donderdagavond een motie zouden indienen die het demissionaire kabinet vraagt om zich internationaal in te spannen voor een mondiale belasting voor superrijken. Nederland moet volgens de indieners in de ‘kopgroep’ zitten van landen die dit mogelijk willen maken.
Lees ook
Charlene de Carvalho-Heineken, ‘the queen of beer’, betaalt liefst geen belasting
In de vorige Tweede Kamer dienden GroenLinks en de SP al vergelijkbare moties in, die toen ook werden aangenomen. In de nieuwe Kamer blijft het draagvlak ogenschijnlijk groot voor dit plan: op moment van schrijven lijkt het erop dat de motie weer een meerderheid zal behalen.
„Uit rapporten blijkt dat sommige miljardairs wereldwijd maar nul of een half procent belasting betalen”, zegt Folkert Idsinga, NSC-Kamerlid en indiener van de motie. „Ze maken gebruik van constructies, en ze zijn hypermobiel.” Superrijken vestigen zich gemakkelijk ergens anders als ze in een bepaald land de belastingen te hoog vinden. Op een precieze vermogensgrens wil hij zich niet laten vastpinnen. „Als ondernemers hier een vermogen hebben van een paar miljoen maar netjes belasting betalen, dan is dat prima.”
Belastingdiscussie
Ook wereldwijd lijkt het denken over een dergelijke belasting te veranderen. In februari was tijdens een G20-bijeenkomst in Brazilië een mondiale belasting voor superrijken een groot onderwerp. Onder meer Frankrijk sprak zich uit voor een dergelijke belasting. Ook Brazilië zelf is voorstander van zo’n maatregel, die ontwijking moet tegengaan.
Een belangrijke factor hierin is dat er de afgelopen jaren een minimumtarief is ingevoerd voor een winstbelasting bij multinationals. Of althans: er zijn afspraken gemaakt voor een tarief van 15 procent, dat zo’n 140 landen nu doorvoeren in hun eigen wetgeving.
De bekende econoom Gabriel Zucman, die het EU Tax Observatory leidt en een drijvende kracht is in deze belastingdiscussie, heeft het doorgaans over een tarief van een paar procent. „Maar deze rijke mensen maken ook rendement op hun vermogen”, zegt Arjan Lejour, hoogleraar belasting aan de universiteit van Tilburg. „Daardoor hebben ze nog steeds een positief rendement.”
Lejour denkt dat het goed is als een dergelijke internationale afspraak er komt. Wel ziet hij een paar uitdagingen, zoals inderdaad die vermogensgrens. „En waar bestaat het vermogen uit dat je gaat belasten? Uit geld of ook uit boten en huizen?” Daar moeten de landen internationaal uitkomen. „Bij de afspraken over bedrijven heeft dat veel bloed, zweet en tranen gekost.”
Verder valt het al uit te tekenen dat niet alle landen mee zullen doen. Op dit moment moeten landen de winstbelasting voor bedrijven doorvoeren, en dat gaat niet overal even snel. Maar ook daar bestaan wel mogelijke oplossing voor. Lejour: „Bijvoorbeeld een exitheffing.” Stel: iemand verhuist iemand naar een belastingparadijs dat niet meedoet aan de afspraken, dan kan Nederland bijvoorbeeld besluiten nog een paar jaar lang wel degelijk belasting te heffen. In dat geval is een vertrek niet erg lonend en houd je het systeem waterdicht.
Loopholes
Dat wordt Peter Kavelaars, hoogleraar fiscale economie aan de Erasmus Universiteit, allemaal iets te complex. „Je moet dan gaan kijken hoeveel vermogen iemand in het ene land heeft gezet, in het andere land, dat is onbegonnen werk.” Ook vreest hij dat er toch flink wat loopholes gevonden zullen worden. „Dat zie je ook bij de winstbelasting die nu is afgesproken.” Bedrijven gaan dan gewoon ‘shoppen’ met andere soorten belastingen dan de winstbelasting, stelt hij, zoals loonbelasting.
Wat Kavelaars betreft is er een veel simpelere oplossing: laat elk land het rendement op vermogen met een gelijk belastingtarief belasten. Dat is veel minder ingewikkeld. „En zet dan gewoon elk land dat niet meewerkt op een zwarte lijst”, aldus Kavelaars. Ook niet waterdicht, wel simpeler, denkt hij.
Duidelijk is dat het nog een tijd zal duren voordat er een eventuele internationale maatregel ligt. Hoogleraar Lejour: „Ik zag het in eerste instantie met de winstbelasting ook niet gebeuren. Het heeft me aangenaam verrast dat die er is gekomen.”