N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Reportage
Ook premier Mark Rutte begint nu over een mogelijke kabinetscrisis in de strijd om de Provinciale Staten. Maar op straat is het tijdens de VVD-campagne vooral lachen met voorbijgangers. ‘Vandaag is een foto gratis.’
Je weet het nooit zeker, zei VVD-leider Mark Rutte bij WNL Op Zondag over de stabiliteit van zijn vierde kabinet, van VVD, D66, CDA en ChristenUnie: „Er komen spannende onderwerpen aan: stikstof, migratie.” En hij zag „de signalen” van een kabinetscrisis lang niet altijd aankomen.
Net daarvoor had Rutte gezegd dat die twee partijen „likkebaardend aan hun mondhoeken naar de macht kijken” omdat er „misschien Tweede Kamerverkiezingen aankomen, en dan kan misschien Frans Timmermans van de PvdA premier van Nederland worden, of Jesse Klaver of [Attje] Kuiken, of wie ze er ook maar voor hebben”.
Twijfels
Rutte heeft als premier nog niet eerder meegedaan aan het voeden van de twijfels over Rutte IV. Die speculaties gaan in Den Haag wel al een tijdje rond, ook in het kabinet zelf: zal het CDA na de grote verkiezingsnederlaag die eraan lijkt te komen woensdag nog mee willen doen aan de stikstofplannen van het kabinet?
CDA-leider Wopke Hoekstra zei zondag in Buitenhof dat hij vorig jaar zomer, toen hij in het ADhet jaartal van 2030 ter discussie stelde als einddatum voor het halen van de stikstofdoelen, wist dat de val van het kabinet „de ultieme consequentie” kon zijn van zijn uitspraken. Die kabinetscrisis kwam er toen niet. Door het nu te noemen laat Hoekstra het idee in de lucht hangen: het kan, kiezers.
Bij de VVD van Rutte ligt stikstof ook ingewikkeld: in lang niet alle provincies willen VVD-bestuurders meewerken aan de plannen van hun ‘eigen’ stikstofminister Christianne van der Wal. Zo lijkt het ‘tweestrijd’-idee van de VVD, en hun campagnethema’s economie en veiligheid, vooral bedoeld om het maar niet over de écht moeilijke onderwerpen te hebben: stikstof en klimaat, migratie.
Flyeren
Zaterdagmiddag deelt Rutte flyers uit in de Frederik Hendriklaan in Den Haag, hij praat met winkeliers. In een ander deel van de stad rijden grote vrachtwagens het Zuiderpark in, bij een demonstratie van onder anderen boze boeren, die vooral gericht is tegen het kabinet.
Bij de A12, ook in Den Haag, blokkeren duizenden demonstranten van Extinction Rebellion de weg, de waterkanonnen staan al de hele middag klaar. Een NOS-verslaggever, met camera, vraagt Rutte hoe hij die grote onvrede duidt, maar Rutte gaat er nauwelijks op. Ze moeten zich aan de regels houden vindt hij. „En geen rotzooi trappen.”
Rutte wil het over GroenLinks en de PvdA hebben. Weet de verslaggever wel waar die twee partijen in de Eerste Kamer allemaal ‘nee’ tegen zeggen? „En ik dacht toch”, zegt hij, „dat hun voorman Jés heette.”
Wat er volgens Rutte op het spel staat bij de verkiezingen: hoe het zou uitpakken voor „de machtige Eerste Kamer, misschien wel de machtigste van.. nou ja, de wereld, dat is wel heel groot, maar in de Europa is de macht van onze senaat wel echt uniek.” En, zei hij: „Als links daar te groot wordt, zullen zij proberen om dingen af te fikken.”
Eerder die middag is hij de straat op gegaan in Berkel en Rodenrijs, in de buurt van Den Haag. Onvrede? Rutte maakt er niets van mee. Op de Kerksingel wil bijna iedereen met hem op de foto. Rutte roept vrolijk dat het „vandaag gratis” is. „Morgen kost het weer een tientje.” Tegen één vrouw met wie hij op de foto gaat, met zijn arm om haar heen, zegt hij: „Waar wás je toch al die tijd?” Om hen heen wordt hard gelachen.
De volgende dag, na de uitzending van WNL Op Zondag, gaat Mark Rutte, in pak nog, op de foto met presentator Rick Nieman, op het bordes van het Vondelparkpaviljoen in Amsterdam.
Een paar minuten later komt Rutte in spijkerbroek, verwassen hoodie en op afgetrapte gympen naar buiten, roept „goed om jullie te zien” tegen de vijftien lokale VVD-politici die op hem staan te wachten en geeft ze allemaal een hand. Hij lacht en zegt dat ze het nu níet over stikstof gaan hebben. Ze gaan een rondje lopen door het Vondelpark, folders uitdelen.
Het is net opgehouden met regenen, een jogger achter een wandelwagen roept stomverbaasd „hi” naar Rutte en stopt. Rutte loopt naar hem toe, zakt door zijn knieën en pakt het handje van de baby. De jogger straalt en zegt, in het Engels, dat hij helaas geen Nederlander is, anders zou hij zéker op Rutte stemmen. Om hen heen wordt weer hard gelachen. Foto, foto.
Gymleraar
Even later zegt Marianne Poot, nummer drie op de lijst voor Noord-Holland, dat ze er zo vrolijk van wordt, met Rutte op stap. Iedereen is zo „positief”, hier kan ze de hele dag op teren. Twee andere voorbijgangers vragen aan Rutte op wie hij woensdag gaat stemmen. „Een collega van school”, zegt hij. „Hij is gymleraar. Hij staat op nummer 16.” Foto, foto. De collega is Dion van Splunteren, docent lichamelijke opvoeding op de Johan de Witt Scholengroep in Den Haag. Mark Rutte geeft daar elke donderdagochtend maatschappijleer.
Net voordat hij zich gaat voorbereiden op het ‘tweestrijddebat’ zondagavond van hem en Eerste Kamerlijsttrekker Edith Schippers, tegen Jesse Klaver van GroenLinks en Attje Kuiken van de PvdA, is hij nog een kwartiertje in Hoofddorp. Met een groepje VVD’ers belt hij aan bij huizen waar mensen al weten dat hij komt. Of er een kabinetscrisis komt? Was dát zijn boodschap bij WNL van die ochtend? „Nou nee”, zegt Rutte tegen NRC. „Ik denk dat we er wel uit zullen komen. Maar het is wel spannend. Dat is het altijd.”
Drie jaar na haar politieke pensioen is de erfenis van Angela Merkel, kanselier van 2005 tot en met 2021, op zijn zachtst gezegd omstreden. In de laatste jaren van haar zestienjarige kanselierschap, toen Merkel onmiskenbaar haar stempel op het land had gedrukt, was een ironisch ‘Danke Merkel’ een gevleugelde uitspraak in Duitsland – voor alles wat goed maar vooral voor wat slecht ging in het leven, kon Merkel verantwoordelijk worden gehouden. Was het glad buiten, ‘Danke Merkel’, viel er een glas uit je handen, ‘Danke Merkel’, maakte iemand hands in de kwartfinale van het EK voetbal, ‘Danke Merkel’. Het idee dat de Kanzlerin een zekere vorm van almacht bezat, was de Duitsers niet vreemd.
Drie jaar later is ‘Danke Merkel’ geen grapje meer. In de Bondsrepubliek gaat veel niet zoals gewenst en de oorzaak daarvan wordt veelal gezocht in de opeenvolgende regeringen-Merkel.
Het wegen- en spoornet is hopeloos verouderd (in september stortte in Dresden nog een brug in de Elbe), net als schoolgebouwen in heel Duitsland. Onder Merkel werd in 2009 de roemruchte Schuldenbremse, die het begrotingstekort wettelijk inperkt, ingevoerd, en als gevolg daarvan werden broodnodige investeringen uitgesteld.
Een andere spaarpost was defensie, in 2011 werd de dienstplicht afgeschaft, en er werd pas na 2014 en de Russische annexatie van de Krim mondjesmaat meer geld gestoken in de Bundeswehr, ook als de 2-procent-norm van de NAVO bij lange na niet werd gehaald (in 2021 stond er 1,3 procent van het bbp op de begroting voor defensie). Na de annexatie bedisselde Merkel, zo wil het verwijt, met de Franse president François Hollande, de Oekraïense president Petro Porosjenko en de Russische president Vladimir Poetin het Minsk-akkoord, dat voor Oekraïne, zo bleek al gauw, niets oploste.
Ik wilde de verdere beschrijving en duiding niet alleen aan anderen overlaten
Vervolgens zette Duitsland de aanleg van de pijpleiding Nord Stream 2 toch door, en maakte het land zichzelf grotendeels afhankelijk van Russisch gas – temeer omdat Merkel in 2011, tegen haar eerdere standpunt in, het einde van de kernenergie in Duitsland verkondigde.
Ook Merkels ruimhartige migratiepolitiek, waarmee ze wereldwijd maar aanvankelijk ook in eigen land bewondering oogstte, heeft de tand des tijds niet goed doorstaan: volgens haar critici plaveide Merkel daarmee de weg voor de opkomst van de radicaal-rechtse Alternative für Deutschland.
Sentimentaliteit
In Merkels memoires, getiteld Vrijheid, die dinsdag verschijnen, schrijft de voormalige Kanzlerin dat het idee voor een boek voor het eerst ontstond in de tijd van die vluchtelingencrisis in 2015. Merkel wilde „het verloop van de gebeurtenissen, de motieven voor mijn beslissing […] beschrijven zoals dat enkel in boekvorm mogelijk is. Ik wilde de verdere beschrijving en duiding niet alleen aan anderen overlaten.”
Ook de duiding van een aantal andere sleutelmomenten wil Merkel niet geheel uit handen geven. In ruim 700 bladzijden schrijft Merkel over verschillende hoofdstukken en dilemma’s uit haar kanselierschap, over haar afwegingen en uiteindelijke besluiten en compromissen. Wie vanwege alle recente kritiek op haar beleid een defensieve toon verwacht wordt teleurgesteld: Merkel legt de omstandigheden uit en verwacht van haar lezers dat die haar argumentatie volgen. Af en toe schrijft Merkel – die het boek samen met Beate Baumann schreef, haar adviseur sinds 1992 – dat ze een fout maakte, maar dat gaat dan om kleinigheden, zoals een ongelukkige uitspraak tijdens een persconferentie.
Het thema migratie en haar optreden in 2015 waren een aansporing voor het boek omdat Merkel vindt dat er ten onrechte vanuit wordt gegaan dat ze, als vrouw die de eerste helft van haar leven in de DDR doorbracht, uit sentimentaliteit handelde, alsof haar eigen ervaringen met de Berlijnse Muur haar een soort levenslange aversie tegen alle vormen van grenzen hadden opgeleverd.
Volgens Merkel werd haar DDR-achtergrond steeds weer gebruikt om haar beslissingen in controversiële kwesties in twijfel te trekken. „Mijn argumenten telden plotseling niet meer. In plaats daarvan werd hoofdschuddend gevraagd: hoe komt ze daar nu weer bij?”, schrijft Merkel. „Dat kan alleen maar komen doordat zij met haar DDR-verleden onze waarden niet echt begrijpt.”
Soms wordt er ook andersom geredeneerd: zo suggereerde een Duitse journalist recent nog dat Merkels ommezwaai wat betreft kernenergie – tot 2011 was ze voorstander, tot de kernramp in Fukushima – voortkwam uit het feit dat Merkel dacht dat ze zich de West-Duitse afkeer van kernenergie eigen moest maken, dat haar wending een vorm van aanpassing was.
Volgens Merkel werd haar DDR-achtergrond gebruikt om haar beslissingen in twijfel te trekken
In haar laatste weken als kanselier, in oktober 2021, had Merkel al in een uiterste ongebruikelijke persoonlijke toespraak gezegd dat veel West-Duitsers nog altijd naar Oost-Duitsers kijken met de vraag of ze zich wel afdoende hebben aangepast, als immigranten die steeds weer hun verblijfsrecht in hun nieuwe land moeten verdienen.
In Vrijheid schrijft Merkel dat ze niet had voorzien dat haar ‘Wir schaffen das’ zo zou beklijven. Nu worden haar beslissingen in 2015 breed bekritiseerd: zo noemde een commentator van de Frankfurter Allgemeine Zeitung haar migratiepolitiek onlangs nog „naïef” en van een „morele verhevenheid”. Voor Merkel, zo schrijft ze, telde in september 2015 dat „we in staat waren onze Europese waarden samen in de praktijk te brengen”, en dat ieder mens „recht op een menswaardige behandeling” heeft, waardoor voor haar het sluiten van de grenzen voor migranten uit Hongarije nu eenmaal geen optie was.
Boetsja
In het voorjaar van 2022, na de bevrijding van Boetsja door Oekraïense troepen, sprak de Oekraïense president Volodymyr Zelensky direct de Kanzlerin in ruste aan toen hij haar en „de heer Sarkozy” uitnodigde in Boetsja – waar honderden burgers werden vermoord – „om te zien waartoe het beleid van concessies aan Rusland in veertien jaar heeft geleid.” Zelensky verweet Merkel en Sarkozy dat zij tijdens een NAVO-top in Boekarest in 2008 Oekraïne de zogenaamde MAP-status hadden geweigerd, het ‘Membership Action Plan’ dat aan lidmaatschap voorafgaat.
In Vrijheid redeneert Merkel dat een MAP-status Rusland had geprovoceerd, en dat een dergelijke status tegelijkertijd Rusland er niet van had weerhouden om bijvoorbeeld de Krim te annexeren, zoals in 2014 gebeurde. Het compromis met onder meer voorstander George W. Bush, destijds nog net Amerikaans president, was dat Oekraïne „op termijn” lid zouden mogen worden van de NAVO. Natuurlijk vatte het Kremlin die belofte van een lidmaatschap net zo goed op als een provocatie, en weerhield dit Poetin er evenmin van om de Krim te bezetten.
Het besluit van Merkel in Boekarest wordt inmiddels – zoals veel van haar beleid – ook door haar partijgenoten bekritiseerd. CDU-Bondsdaglid Roderich Kiesewetter schreef op X dat destijds in de Duitse besluitvorming niet een soeverein Oekraïne op de voorgrond stond, maar Duitse handelsbelangen.
Toch wordt in Vrijheid pijnlijk duidelijk hoe nauw de Duits-Russische banden in 2008 nog waren, en hoezeer Duits anti-Amerikanisme, versterkt door de oorlog in Irak, daarin een rol speelde. Merkels voorganger Gerhard Schröder (SPD) had Duitsland uit die oorlog gehouden, en was in plaats daarvan een vriendschap met Poetin aangegaan. Meer dan andere landen uit het voormalige Oostblok, schrijft Merkel, kon Duitsland, dat door het voormalige West-Duitsland verzekerd was van een stevige trans-Atlantische relatie, het zich veroorloven om ook toegeeflijk te staan tegenover Rusland. Duitsland dacht het zich kortom te kunnen permitteren van twee walletjes te eten.
„Ik wil het verhaal van mijn beide levens vertellen; van het eerste tot 1990 in een dictatuur, en het tweede na 1990 in een democratie”, schrijft Merkel in haar proloog. In de hoofdstukken over de eerste helft van haar leven in de DDR heeft Merkel het opmerkelijk genoeg veel over haar zorgeloosheid. Die had ze te danken aan haar ouders, schrijft ze, omdat het ouderlijk huis in Templin altijd een soort safe space was waar ze tegen met name haar moeder uit kon razen over al haar frustraties. Bijvoorbeeld over school, waar in het vak staatsburgerkunde vragen moesten worden beantwoord als: „Toon aan dat de wetenschappelijke inzichten van Marx en Engels correct waren en zijn.”
Thuis in Templin leerden haar ouders haar, schrijft Merkel, hoe ze enigszins trouw aan zichzelf kon blijven zonder per ongeluk de politieke grenzen te overschrijden die de staat stelde, want „de staat [kende] geen pardon en sloeg [dan] genadeloos toe.”
Zorgeloosheid
Achteraf maakt die relatieve zorgeloosheid haar trots, schrijft Merkel. Ze schetst hoe ze op een gegeven moment als studente in Leipzig de collegezaal wordt uitgestuurd omdat ze tijdens de verplichte colleges marxistisch-leninistische theorie huiswerk voor een natuurkundevak zit te maken. Achterin de zaal zit iemand die kennelijk controleert wat de studenten precies in hun opschrijfblokken noteren. De weg naar buiten was een afgang, beschrijft Merkel. Maar later voelde ze „superioriteit”, „omdat die staat het ondanks alles niet voor elkaar kreeg mij af te pakken wat me liet ervaren, voelen, leven: een zekere mate van zorgeloosheid. Die heb ik van jongs af aan gehad. En dat de DDR me die niet heeft afgenomen ervaar ik als een van mijn grootste persoonlijke triomfen over het systeem. […] Zonder die zorgeloosheid was ik veel achterdochtiger geweest dan goed voor me was.”
Ook in Vrijheid klinkt een zekere zorgeloosheid door, tenminste wat betreft de kritiek op haar beleid. Vier keer werd Merkel als kanselier gekozen, meestal met ruim 30 procent van de stemmen, een keer zelfs met ruim 40 procent – daar kunnen de huidige lijsttrekkers voor de Bondsdagverkiezingen slechts van dromen. Van 2005 en 2017, bij aanvang van Merkels laatste termijn, steunden de kiezers haar beleid, en ook Merkel is niet van plan daar achteraf afstand van te nemen. „Ik sta pal achter mijn beslissingen”, zei Merkel in een interview dit weekend in Der Spiegel.
Dus ook als Merkel in haar boek zorgen uit voor de toestand in Oekraïne of het gebrek aan effectieve maatregelen tegen de klimaatcrisis, met zichzelf en haar erfenis lijkt ze in het reine.
Hoe navolgbaar Merkels redeneringen in de verschillende situaties ook zijn – het is nogal star om vast te houden aan het idee dat alles wat destijds de beste beslissing leek, niet ook nog eens uit het huidige perspectief te bezien. En de resultaten van de beslissingen van toen niet mee te wegen in de beoordeling ervan – al was het maar omdat Merkel door een snuf meer zelfkritiek een voorbeeld zou kunnen zijn voor haar collega’s die nog in functie zijn.
Tegelijkertijd is de kalme overtuiging waarmee Merkel haar politieke nalatenschap presenteert ook een beetje typisch voor haar kanselierschap. Kiezers vertrouwden Merkel, lieten zich overtuigen als ze zei „Wij kunnen dit aan”, vonden haar bescheiden en rationeel. Onder Merkel zouden de dingen wel op hun pootjes terechtkomen, was de indruk van veel kiezers, en dat was een groot goed. Ook uit Vrijheid spreekt de boodschap dat alles onder Merkel steeds onder controle was – maar de prijs die Duitsland daarvoor betaalde wordt niet in acht genomen.
Het ministerie van Justitie en Veiligheid heeft buiten de Tweede Kamer om een telefoon- en data-aftapsysteem voor de politie gekocht van het omstreden Israëlische defensiebedrijf Cognyte. Het besluit werd dit jaar genomen, toen Dilan Yesilgöz nog minister was en Dick Schoof de hoogste ambtenaar op het ministerie. Dat blijkt uit onderzoek van NRC.
Het ministerie kocht het nieuwe systeem om het falen van een ander gloednieuw tapsysteem te verhullen, maar ook dit heimelijk gekocht systeem werkt tot op heden niet, blijkt uit het onderzoek. Daardoor zit de overheid nu opgescheept met twee nieuwe, niet-werkende tapsystemen en maakt de politie nog altijd gebruik van een verouderd en technisch rammelend afluistersysteem.
Het ministerie heeft de geheime aankoop niet genoemd in Kamerstukken en sprak slechts over een „upgrade”. Meerdere direct betrokken politie- en justitiemedewerkers laten NRC weten dat de Kamer daarmee verkeerd is geïnformeerd. Het gaat niet om een upgrade, maar om een nieuw tapsysteem, dat is aangeschaft omdat een ander nieuw tapsysteem een miskoop bleek. De aanschafprijs van dat systeem is geheim. Aan pogingen om het werkend te krijgen, gaf de politie afgelopen jaren 3,8 miljoen euro uit, bevestigt een woordvoerder van de politiekorpsleiding nu. Over dat bedrag is de Tweede Kamer nooit geïnformeerd.
Al vijf jaar probeert de politie het systeem met hulp van tal van interne en externe IT-specialisten vergeefs draaiend te krijgen conform de eisen
Daarnaast is de heimelijke aankoop omstreden omdat van leverancier Cognyte eerder in de Tweede Kamer werd gevreesd dat het afluisterapparatuur misbruikte voor spionage voor Israël. Daarom wilde de Kamer al in 2016 afscheid nemen van Cognyte – dat toen nog Verint heette – als leverancier van het toenmalig tapsysteem.
Sindsdien is Cognyte meermaals direct in verband gebracht met mensenrechtenschendingen en spionageschandalen. In 2023 kwam het Israëlisch defensiebedrijf publiekelijk onder vuur te liggen wegens het leveren van afluistersystemen aan onder meer Myanmar. Daar zette het regime ze in tegen politici en journalisten waarmee het mensenrechten schond – ook nadat in Israël een officieel verbod op die handel was ingevoerd.
Een jaar eerder besloot de centrale bank in Noorwegen niet meer in Cognyte te investeren, nadat een rapport van een ethische commissie van de Noorse regering had vastgesteld dat het een „onacceptabel risico” was dat „het bedrijf bijdraagt aan serieuze mensenrechtenschendingen” zoals ontvoeringen en marteling.
Afluister- en andere cybersecuritysystemen van Israëlische defensiebedrijven zorgen regelmatig voor internationale schandalen. De bekendste is het Pegasus-schandaal, waarmee in diverse landen activisten, politici en journalisten werden bespioneerd. Afgelopen zomer onthulde The Guardian in samenwerking met andere internationale media dat Israël bij het Internationaal Strafhof in Den Haag aanklagers probeerde af te luisteren die klachten tegen het land behandelden.
Lees ook
De problemen met het verouderde tapsysteem zijn erger dan minister Yesilgöz deed voorkomen
Miskoop
Het tapsysteem van de Nederlandse politie is al langer een hoofdpijndossier. Het oude systeem van Cognyte – destijds dus Verint – werd door de Tweede Kamer vooral gewantrouwd omdat de soft- en hardwarekern van het Israëlische systeem voor Nederland een black box was: het technisch onderhoud van het tapsysteem was niet in handen van de Nederlandse politieambtenaren, maar werd uitgevoerd door Israëli’s die bij problemen werden ingevlogen.
Onder druk van de Kamer kocht Nederland daarom via een openbare aanbesteding uiteindelijk in 2019 een nieuw tapsysteem. Die aanbesteding werd gewonnen door een ander Israëlisch defensiebedrijf, Elbit. Met de toezegging dat de Nederlanders ditmaal wel zelf het onderhoud van het systeem in de hand zouden houden, en andere eisen over cybersecurity, ging de Kamer akkoord. Na de aankoop in juli 2019 bleek dit nieuwe tapsysteem van Elbit, geheten ‘i360’, een miskoop.
Al vijf jaar probeert de politie het systeem van Elbit met hulp van tal van interne en externe IT-specialisten tevergeefs draaiend te krijgen conform de eisen van de Nederlandse politie. Zo lukt het nog steeds niet met het nieuwe systeem vertrouwelijke gesprekken met advocaten die niet getapt mogen worden, automatisch te beschermen, aldus betrokkenen. En ook de koppeling van het tapsysteem met andere politiesystemen werkt niet of niet voldoende.
‘Onzekerheid over realisatie’
De problemen waren twee jaar terug al zo serieus dat de opsporing in gevaar kwam, onthulde NRC. Het ministerie van Veiligheid en Justitie weet de problemen destijds aan opstartproblemen en kondigde aan dat „de zorgvuldige stapsgewijze implementatie naar verwachting nog heel 2023 zal vergen”.
Een jaar geleden werkte i360 nog steeds niet. Lang was de uitleg daarbij dat het om reguliere opstartproblemen ging. Maar in december 2023 kreeg de Kamer na nieuwe vragen over het falende systeem een nieuwe verklaring: de twee maanden daarvoor begonnen oorlog in Gaza. „Vanwege de situatie in Israël is de onzekerheid over de realisatie van het nieuwe tapsysteem helaas toegenomen,” liet toenmalig minister Yesilgöz de Kamer weten. En een halfjaar later, afgelopen juni: „Vanwege de situatie in Israël is er nog steeds onzekerheid over de realisatie van het nieuwe tapsysteem.”
Intussen, zo staat in hetzelfde stuk, wordt „het huidige tapsysteem langer in stand gehouden om de continuïteit van tappen te borgen”. Daarvoor wordt het „geüpgraded en op een nieuw hardware platform geplaatst”. Over wat dat betekent ontbreekt iedere uitleg.
Lees ook
Verkennen, hacken en tappen: mogen de AIVD en MIVD al genoeg of moet de wet nodig ruimer?
Miljoenen
In werkelijkheid gaat het om veel meer dan een „upgrade”, bevestigen diverse bronnen binnen de politie en het ministerie die direct bij het project betrokken zijn aan NRC. Het gaat om een compleet nieuw tapsysteem: Reliant X van Cognyte – aangeschaft omdat het al die jaren niet lukt om het nieuwe i360 te laten functioneren. Maar daarover krijgt de Kamer niets te horen. Kamerleden krijgen van de minister slechts te horen dat „de situatie in Israël” – de Gaza-oorlog – voor vertraging zorgt. Terwijl diezelfde oorlog blijkbaar geen belemmering vormt voor de aanschaf van het eveneens Israëlische Reliant X. Vorige week schreef NRC nog over de 1,9 miljard euro die Nederland afgelopen jaren aan Israëlisch defensiematerieel uitgaf, waarvan de helft na het begin van de Gaza-oorlog. Alleen al bij Elbit werd voor ruim 900 miljoen euro aan materieel besteld in de afgelopen vijf jaar.
De opsporingsdiensten zitten nu opgescheept met een nieuw probleem. Het nieuwe, in het geheim gekochte Reliant X van Cognyte blijkt ook niet te werken. De politie heeft miljoenen uitgegeven aan twee nieuwe systemen die niet aan de eisen voldoen en zit vast aan een verouderd en compleet achterhaald tapsysteem, waar de Tweede Kamer al in 2018 vanaf wilde.
De politie wil niet zeggen hoeveel ze voor i360 en Reliant X heeft betaald, omdat die bedragen ‘onder geheimhouding’ vallen
Het ministerie verwijst voor vragen door naar de politie. Die wil niet zeggen hoeveel ze voor i360 en Reliant X heeft betaald, omdat die bedragen „onder geheimhouding” vallen, aldus een woordvoerder. Over Reliant X van Cognyte wil de politie zelfs niet de naam of de leverancier bevestigen. De woordvoerder herhaalt alleen: „het betreft een upgrade, niet een nieuw systeem”.
Na de opeenstapeling van mislukkingen en verlopen deadlines, is nu besloten een nieuwe poging te ondernemen om alsnog i360 aan de praat te krijgen. De technici hebben te horen gekregen dat het systeem uiterlijk 1 april aanstaande moet draaien. En dat in elk van de tien regionale eenheden van de politie voor het eind van het jaar minstens een strafrechtelijk onderzoek met het i360-tapsysteem getapt moet worden. De reden voor de deadline, volgens een betrokkene, is dat de minister dan aan de Tweede Kamer kan melden dat i360 inmiddels in heel Nederland wordt ingezet en werkt.
„3.000 euro? Op je muil!’” en „Vecht, vecht, vecht, studeren is een recht”, klinkt het maandagmiddag op het Malieveld in Den Haag. En: „Stop de eppocalyps”, verwijzend naar onderwijsminister Eppo Bruins (NSC). Hij krijgt, in verschillende bewoordingen, het ‘advies’ om af te treden. Net als twee collega-bewindslieden van NSC.
Op het veld, gelegen naast de tijdelijke Tweede Kamer en de A12, waren maandag duizenden studenten, medewerkers en bestuurders van hogescholen en universiteiten op de been om te protesteren tegen de besparing van het kabinet op het hoger onderwijs. De eis was duidelijk: de bezuinigingen moeten van tafel.
Die zijn verstrekkend. Vanaf 2025 wil het kabinet 175 miljoen euro per jaar besparen op 1.300 tot 1.700 onderwijsbeurzen voor jonge en ervaren docenten. Ook wordt bezuinigd door het aantal internationale studenten terug te dringen, studenten die langer doen over hun studie meer collegegeld te laten betalen en door te korten op het Fonds Wetenschap en Onderzoek. Het totale bedrag: zo’n 1 miljard euro per jaar.
Lees ook
Brede bezuiniging op onderwijssubsidies: ‘We snappen heel goed dat dit pijnlijk zal zijn’
‘Staken’
Op het Malieveld protesteren studenten vooral tegen de ‘langstudeerboete’ van 3.000 euro. Voor sommigen is dat niet het enige thema: hier en daar is ook een Palestijnse vlag te zien, of een leus als „Solidarity for Palestina”.
Op een podium op het veld benadrukt Thijs Roovers, voorzitter van de Algemene Onderwijsbond (AOb), nog maar eens hoe groot de bezuinigingen zijn. „Omgerekend twee hbo-instellingen of een grote universiteit”. Als het protest niets oplevert, zegt Roovers, wil hij het er niet bij laten zitten. „We zullen geen middelen schuwen. Als het moet, gaan we staken.”
Veel van de demonstranten doen ook mee aan de aansluitende protestmars. Die brengt ze onder meer langs de Tweede Kamer en het ministerie van Onderwijs. Hard boegeroep volgt, en de leus: „Onderwijs is een recht, geen privilege.” Niet ver daarachter roept een groep „onderwijs is een recht, oorlog is een keuze”. Het zijn demonstranten van onder meer de Communistische Jongerenbeweging, die net als enkele andere organisaties aanwezig waren om zich ook uit te spreken tegen de oorlog in Gaza.