Oscarwinnaar Hoyte van Hoytema is een visueel vernieuwer – en een ‘steun en toeverlaat’ voor de regisseur

Het was bijna terloops zoals Hoyte van Hoytema (52) zondag in het Dolby Theater in Los Angeles zijn Oscar voor Beste Cinematografie in ontvangst nam. Op gympjes spoorde hij filmmakers aan te werken met dat „ongelooflijk hippe nieuwe ding genaamd celluloid. Het is veel gemakkelijker dan je denkt en alles ziet er zoveel beter uit.”

Van Hoytema deelt dat enthousiasme voor ouderwetse, analoge film met regisseur Christopher Nolan. Oppenheimer, dat zondagnacht zeven Oscars won, is hun vijfde film samen sinds sciencefiction-drama Interstellar in 2014. Vier jaar later hielp Nolans Dunkirk Van Hoytema aan zijn eerste Oscarnominatie. Van Hoytema leverde in die oorlogsfilm – ook fysiek – wonderbaarlijke prestaties met loeizware IMAX-camera’s.

Hoyte van Hoytema maakt zichzelf als DoP – Director of Photography, degene die het camerateam bij een filmproductie leidt – schaars. Hij schoot nog maar negentien speelfilms, vrijwel altijd met de top van Hollywood: Christopher Nolan, Sam Mendes, Jordan Peele, Spike Jonze, David O’ Russell. ‘Alleen vrienden maken goed films’, kopte NRC in 2011 boven een interview met hem. Van Hoytema was toen al een grootheid in Zweden, met name door zijn innige samenwerking met regisseur Tomas Alfredson. Met hem filmde hij de koel morbide kindervampierfilm Let the Right One In (2008), een wereldhit, en de in groezelige vintage-stijl geschoten John Le Carré-film Tinker Tailor Soldier Spy (2011). Van Hoytema won twee jaar op rij de Guldbaggen, de Zweedse Oscars.


Lees ook
‘Oppenheimer’ – en Hoyte van Hoytema – grote winnaar van de Oscars

Cameraman Hoyte van Hoytema met zijn Oscar voor de film 'Oppenheimer'.

Klankbord

Van Hoytema vertelde NRC indertijd wat hij als de taak van de DoP zag: bullshitfilter, klankbord, maar vooral steun en toeverlaat van de regisseur op de filmset. Richting cast, crew en geldschieters moet die immers de schijn ophouden dat hij alles weet. Een eenzame positie, aldus Van Hoytema, want vaak zijn de visuele ideeën in het begin nog vaag. Als cameraman moet je zo’n „teder bloempje” niet vertrappen als in: „Zoiets kan toch niet man!” Maar meedenken, een veilige haven zijn.

Hoyte van Hoytema werd geboren in Zwitserland en groeide op in Dinteloord, waar zijn vader, een architect, een graanfabriek tot woonhuis ombouwde. Als scholier was hij naar eigen zeggen een luilak en een „behoorlijke bullshitter”: dat hij werd afgewezen door de Amsterdamse Filmacademie noemde hij terecht. Geïnspireerd door een Pools-Joodse opa week hij in 1992 uit naar de zeer theoretisch georiënteerde filmacademie in het Poolse Lodz, waar je het vak leerde op door de Wehrmacht achtergelaten camera’s (Hoytema: „Echte koffiemolens”) en de legendarische Krysztof Kieslowski als supervisor had. Na omzwerving belandde hij in in 2002 in Scandinavië toen hij voor een vriend een mislukte no-budgetfilm opnam, Svidd Neger. Waarna hij in Zweden voor tv-series ging werken.

Medio jaren negentig liep Van Hoytema stage bij de legendarische Nederlandse cameraman Robby Müller, zijn grote voorbeeld. Net als Müller heeft hij geen nadrukkelijke handtekening; Müller zei ooit te willen filmen zoals „een kat op tafel springt”, met exact zoveel kracht als vereist is. Wat niet betekent dat een cameraman geen stijl heeft. Die is alleen minder zichtbaar; Van Hoytema vergeleek dat met een songwriter.


Lees ook
Hoyte van Hoytema over ‘Tenet’: ‘Kijker mag niet twijfelen of wat hij ziet wel kan’

Elizabeth Debicki en John David Washington in ‘Tenet’.

Ongrijpbaar

Visueel is Van Hoytema ongrijpbaar. Het gedempte, krijtachtige futurisme van Spike Jonzes Her heeft weinig gemeen met het smoezelige, vettige retro van Call Girl, de gelikte James Bond-film Spectre weinig met het rauwe The Fighter (2010), zijn eerste Hollywood-avontuur. Los uit de pols, bijna documentair gefilmd, brak Van Hoytema daar met de conventie dat de camera zich tijdens het boksen in de ring bevindt, met veel ‘point of view’-shots van de boksers. In het kader van de authenticiteit gebruikte hij juist een ouderwetse Betacam-camera, het boksen oogde als op televisie. Die gedurfde rauwheid oogste lof, die Van Hoytema wegwuifde: The Fighter was een acteursfilm, geen visuele krachtpatserij.

Hoyte van Hoytema is een visuele innovator. Opmerkelijk waren zijn kristalheldere nachtopnames in de woestijn in Jordan Peele’s horrorfilm Nope (2022). Van Hoytema moderniseerde daar de aloude day by night-methode, waar je overdag filmend een nachteffect bereikt door onderbelichting en nabewerking van de film. Van Hoytema liet een gewone camera en een infraroodcamera overdag precies hetzelfde filmen en combineerde vervolgens de beelden. Het effect is sprookjesachtig.