Orbáns ‘Patriotten-groep’ wil samen met PVV de oppositie in Europa gaan aanvoeren

De warme betrekkingen waren er al jaren. Maar dit is nieuw: ook in het Europarlement zijn Viktor Orbán en Geert Wilders voortaan bondgenoten. Vrijdagavond maakte de PVV-leider bekend dat zijn partij (met straks zes Europarlementariërs) zich aansluit bij de nieuwe Europese fractie die de Hongaarse premier wil oprichten: Patriotten voor Europa.

De timing van de bekendmaking viel op: juist vrijdag zorgde Orbán binnen Europa voor grote commotie, door een onverwacht bezoek te brengen aan de Russische president Vladimir Poetin in Moskou. Met het bezoek, door Orbán zelf een „vredesmissie” genoemd, zette hij de verhouding met Europese partners – niet voor het eerst – onder hoogspanning. Vanuit Brussel en tal van EU-landen klonk keiharde kritiek. Maar ondertussen toont zijn gestaag groeiende nieuwe Europese fractie óók dat er binnen de EU een aan invloed winnende groep partijen is die zich maar al te graag wél met hem verbindt.

De precieze samenstelling en koers van de nieuwe Patriotten-groep is nog onzeker. Maar dit werd de afgelopen dagen al wel duidelijk: het isolement van Orbáns Fidesz-partij – na het vertrek in 2021 uit de Europese christen-democratische fractie EVP – is voorbij. En ook: Orbán ziet kansen in een nieuwe samenwerking met radicaal-rechtse partijen, die op hun beurt geen problemen hebben met zijn Rusland-vriendelijke koers.

Vox, FPÖ, Chega, ANO ook lid

Orbán kondigde zijn nieuwe groep vorige week zondag aan, in samenwerking met de Oostenrijkse FPÖ en het Tsjechische ANO van oud-premier Andrej Babis. Later die week maakte ook de Portugese partij Chega bekend zich aan te sluiten. Vrijdag volgde naast de PVV ook de Spaanse ultraconservatieve partij Vox, die tot dat moment aangesloten was bij de radicaal-rechtse ECR-fractie van onder meer de Italiaanse premier Giorgia Meloni.

Zo krijgt de samenstelling van de nieuwe Patriotten-groep steeds duidelijkere contouren en blijkt het in elk geval deels een hergeboorte van de bestaande Identiteit en Democratie-groep, waarbij de FPÖ, PVV en Chega tot voor kort zaten. Deze maandag sluit zeer waarschijnlijk ook het Franse Rassemblement National van Marine Le Pen zich bij de nieuwe Patriotten-groep aan, net als naar verwachting de Italiaanse Lega, het Vlaams Belang en radicaal-rechtse partijen uit Denemarken en Estland.

Al die partijen werkten eerder al samen in de ID-groep, die daarmee nu dus een nieuwe naam lijkt te krijgen én wordt uitgebreid met de partijen van Orbán, Babis en met Vox. Dat betekent allereerst een flinke groei: als alle genoemde partijen zich inderdaad aansluiten, zal de nieuwe Patriotten-fractie de op-twee-na-grootste in het Europarlement worden. Daarmee komen ze vóór de radicaal-rechtse ECR-fractie van Meloni en vóór de liberale fractie.

Risico op verdeeldheid blijft

Maar daarnaast is het ook een ‘rebranding’. De ID-groep werd gekenmerkt door ophef en twist, wat recent leidde tot een breuk met de Duitse partij Alternative für Deutschland (AfD). Vooral Le Pen wil de associatie met die bij beïnvloedingsschandalen betrokken Duitse partij koste wat kost voorkomen. Grote verliezer van de herschikking lijkt dan ook de AfD, die al liet weten zich niet bij de Patriotten aan te sluiten en daarmee waarschijnlijk geïsoleerd achterblijft.

De verdeeldheid van radicaal-rechts in het EP blijft daarmee in stand: ook omdat de fractie van Meloni duidelijk afstand houdt tot de nieuwe Patriotten. En ook bínnen de Patriotten zal over tal van onderwerpen twist blijven bestaan: een analyse van NRC liet eerder al zien dat de ID-groep bovengemiddeld verdeeld was en bijvoorbeeld partijen als Lega en RN het zeer vaak oneens zijn. Bovendien blijkt het in het Europarlement waar centrumpartijen nog altijd een meerderheid hebben, vaak sowieso lastig als radicaal-rechtse groep invloed uit te oefenen.

Dat laatste is dan ook niet het doel van de nieuwe ‘Patriotten’-samenwerking, schreef Daniel Hegedüs, als rechtsstaat- en Centraal-Europa-deskundige verbonden aan The German Marshall Fund, eerder deze week in een analyse op de nieuwssite EUobserver. Orbán probeert met zijn groep volgens hem veeleer invloed te krijgen in de ministerraden van de EU – en nu steeds meer radicaal-rechtse partijen in de EU (mee)besturen groeit de kans dat hij daarin slaagt.

Tel je alle EU-landen waar dat het geval is bij elkaar op, dan heb je nu immers al bijna een zogeheten ‘blokkerende minderheid’ waarmee je besluiten kunt tegenhouden. Zeker omdat bijvoorbeeld de Tsjechische en Oostenrijkse partijen in de Patriotten-groep hoog scoren in peilingen voor naderende verkiezingen, en hun invloed dus kan groeien.


Lees ook

Radicaal-rechts stemt in Europarlement vaak verdeeld, blijkt uit analyse van het stemgedrag

Marine Le Pen van Rassemblement National (midden) verscheen in 2015 samen met Giorgia Meloni (Fratelli d'Italia) op de Italiaanse televisie.

Meer Europese coördinatie tussen de radicaal-rechtse partijen op specifieke thema’s kan hen zo helpen bepaalde prioriteiten te verwezenlijken, denkt Hegedüs. „De Patriotten-groep is bedoeld om populistische oppositie tegen bepaalde laaghangende vruchten van de Europese politiek, zoals immigratie, de vergroening van de Europese landbouwsector of het voorgestelde verbod op verbrandingsmotoren, te bundelen en die oppositie-politiek uit te buiten voor binnenlandse politieke doeleinden.”