The postman always rings twice, de titel van de meermaals verfilmde cultklassieker (1934) van James M. Cain, krijgt binnenkort een nieuwe betekenis. De postbezorger komt altijd nog twee keer. Per week.
De verdere verschraling van de postbezorging is een sluipende maatschappelijke omwenteling die je ziet gebeuren, niet kunt stoppen, maar ook niet wilt aanvaarden. Zoals het lot van ‘de hoge bomen langs het tuinpad’ in Wim Sonnevelds ode aan het dorp van zijn jeugd die plaatsmaakten voor een nieuwbouwwijk. „De nieuwe tijd, net wat u zegt.”
De nieuwe tijd kwelt PostNL. De post- en pakkettenbezorger met 33.488 medewerkers klaagt over personeelstekorten, maar de werkelijke kwaal is het tekort aan klanten voor de post. Wie verstuurt nog kaarten en brieven? Met Kerst op z’n best wat kaarten. Brieven? Afgelopen maand verstuurde ik er één. Hoeveel ontving ik er afgezien van aanmaningen en ongevraagde aanbiedingen van bijvoorbeeld de Postcodeloterij? Nul.
PostNL moet zich redden in een markt die ondernemers liever mijden. Een markt die krimpt. Daarin staat PostNL niet alleen. Uitgevers van papieren kranten en tijdschriften hebben vergelijkbare krimppijn. De tijden zijn veranderd. Digitaal is de norm. Een sprekend cijfer uit NRC: de jaaroplage van publiekstijdschriften was in 2004 nog 700 miljoen. Nu 300 miljoen.
Klassiek nutsbedrijf
Opnieuw is PostNL een speelbal van de tijdgeest. De afgelopen decennia was het bedrijf ook al steeds het middelpunt van alle trends en hypes in de politiek en het bedrijfsleven. De post was een klassiek nutsbedrijf in handen van de overheid. Toen kwam de nieuwe tijd…
Eerst de privatisering. De aandelen gingen, in een koppelverkoop met het staatsbedrijf voor telefonie, naar de beurs. Toen liberalisering en marktwerking. De post verloor zijn monopolie. Nog weer later: leve de aandeelhouderswaarde. Dus werden telefoon (KPN) en post (PostNL) gescheiden.
Eureka, Europa! De post koos voor expansie. Helaas, andere continentaal-Europese landen dáchten er niet over hun thuismarkt open te stellen voor concurrenten. Ze koesterden hun staatspostbedrijf als ‘banenplan’ en als politieke machtsbasis.
Maar ook in Nederland greep de politiek in. Tweemaal verhinderden liberale ministers een overname van PostNL door BPost uit België. Ook de liberalisering legde het loodje. PostNL mocht in 2021 concurrent Sandd kopen en is weer monopolist.
Het politieke ingrijpen was een reactie op de kwetsbaarheid van PostNL vanwege de krimpende markt, maar veranderde daar niks aan. PostNL versoberde de arbeidsvoorwaarden, de postzegels werden steeds duurder en op maandag kwam er geen post meer.
De voorgestelde verschraling van de bezorging en hogere tarieven voor ‘snelpost’ (rouwkaarten) bieden zeker soelaas, maar hooguit tijdelijk. PostNL-bestuursvoorzitter Herna Verhagen (of haar opvolger) moet iets anders verzinnen.
Pinautomaat voor dividend
PostNL moet terug naar de essentie: een nutsbedrijf. Daarin past geen beursnotering. De notering wekt verwachtingen die niet meer waargemaakt worden. Twee aandeelhouders bezitten elk net geen 30 procent: John de Mol, miljardair, en Daniel Křetínský, een Tsjechische investeerder en ook miljardair. Zij zullen hun pinautomaat voor dividend niet loslaten, dus dat wordt een confrontatie.
PostNL moet kiezen voor de consument. Je kunt niet bedelen bij de overheid om verschraling van je dienstverlening én je aandeelhouders over 2023 dividend betalen. Als bezorgdagen worden geschrapt, schrap dan ook het dividend.
De vraag is: welke financiers leggen de basis voor het nieuwe nutsbedrijf? Met een schuin oog kijk ik naar twee partijen die grote belangen hebben bij het voortbestaan van de post: het eigen pensioenfonds (ruim 2 miljard euro vermogen) en Novamedia, eigenaar van de Postcodeloterij, een grote opdrachtgever van PostNL én een goededoelenfinancier.
Maak vervolgens van de krimp je kracht. De kunst is om het landelijke distributienet van PostNL te combineren met lokale bezorging. Misschien via ‘posthuizen’ waar je brieven, kleine pakjes, maar bijvoorbeeld ook een papieren krant en tijdschriften ophaalt. Zoals in krimpregio’s ondernemers en vrijwilligers (publieke) voorzieningen draaiende houden, zoals supermarkten of zwembaden, zo kan de post dat ook opbouwen. Vrijwilligers(organisaties) helpen met bezorging. Met een vrijwilligersvergoeding. De vergrijzing schept genoeg aanbod van hulpkrachten. De leegstand in de binnensteden schept aanbod van geschikte panden.
Bovenstaande is geen blauwdruk. PostNL staat niet op omvallen, er is tijd, maar de krimp op de markt voor de post weet van geen ophouden.
Lees ook
Worden brieven en kaartjes binnenkort twee keer per week bezorgd? Als het aan PostNL ligt wel
Digitale romance
De postbezorging is een nutsvoorziening die het verdient om te blijven zolang het geschreven woord op papier bestaat. Digitale vormen van communicatie zijn inmiddels de hoofdmoot van ons bestaan. Mensen worden per WhatsApp ontslagen. Of per X. Mensen trouwen na een digitale romance. Facebook brengt mensen samen die elkaar uit het oog hadden verloren, zelfs beter dan de post. Email is de nieuwe brief, maar met meer spelfouten.
Om te overleven zal de post veranderen. Kaarten en brieven krijgen een meer luxe karakter. Een eeuw geleden was het telegram de snelle communicatievorm. Toen werd het een nichedienst (gelukstelegram) en een luxe, totdat het ophield te bestaan. Andersom gebeurt ook. Wat veertig jaar geleden nog een onhandelbare luxe was met de omvang van een baksteen, ik bedoel de draagbare telefoon, is nu gemeengoed.
„De nieuwe tijd, net wat u zegt”, is de rationele, berustende reactie op de veranderde tijdgeest. Maar het maakt wat melancholiek, zoals Sonneveld al zong.
Klik op het vinkje naast ‘Ik ben geen robot’