Ik geef het toe, ook ik kon mijn ogen er niet vanaf houden: het beruchte TikTok-filmpje van Winta Zesu, dat eerder dit jaar voor rumoer zorgde. De filmpjes van deze Amerikaans-Ethiopische influencer werden sowieso veel bekeken, maar deze sprong er bovenuit: meer dan zes miljoen views op TikTok. Daarna nog eens het dubbele aantal op X.
Waar ging het over? In het filmpje beklaagt Zesu zich in een restaurant tegen de bediening over het feit dat het ei van haar oeuf bénédicte niet óp, maar naast haar broodje ligt. Dat is het.
Het gaat om haar houding. IJzingwekkend hautain is haar toon tegen de vrouw van de bediening, die buiten beeld blijft. Haar gedrag is het summum van verwende arrogantie. Weten ze hier niet hoe je een oeuf bénédicte serveert? Verwachten ze dat zij hier genoegen mee neemt?
Zucht, kan ze de manager spreken?
Wanneer de vrouw zegt dat zij de manager ís, vraagt Zesu hoe het kan dat ze ooit is aangenomen. Lijdzaam verklaart ze dat ze het ei zelf wel op het broodje zal leggen, maar als het ei kapot gaat, verwacht ze wel meteen een nieuwe – dit kan ze haar volgers niet aandoen. Het ei barst natuurlijk open. Na die lijdensweg kondigt Zesu haar vertrek aan, zonder af te rekenen. Ze heeft niks van haar bord gegeten, geef maar aan iemand anders.
Naast influencer wil Zesu ook actrice worden. Ik geef haar een kans, het filmpje bleek geacteerd. Het was komisch bedoeld, verklaarde ze naderhand in een interview op de Business Insider. „Ik en een vriendin wilden gewoon een grappig filmpje over het geklaag van, je weet wel, een stereotiepe influencer, een mean girl.” Zelf zou ze zich nooit zo gedragen, verklaarde ze. Over de massale haat die haar online ten deel viel haalde ze haar schouders op. De reacties las ze niet. „I’m just posting whatever people react to, I guess.”
Lastig werd het even toen de haters de bedrijven waarmee ze als influencer werkte begonnen te bestoken. Als tegenwicht maakte ze een nieuw TikTok-filmpje waarin ze in een restaurant aan de serveerster aanbiedt voor iedereen te betalen. Niets wijst erop dat dit filmpje wel echt is.
Totale zelfgerichtheid
Waar te beginnen? Weinig wekt tegenwoordig zoveel hoon en woede op als het gedrag dat Zesu etaleerde – totale zelfgerichtheid, neerbuigendheid naar anderen, een schaamteloos gebrek aan empathie. Zesu maakt het extreem – bestáát zo’n egoïstisch monster echt? Maar ze varieert op een vertrouwd onbehagen met publiek egoïsme. Een fractie van haar asociale gedrag, vastgelegd op camera, kan een storm van verontwaardiging oproepen.
Maar ook dit is waar: niets is zo verslavend als woede over het slechte gedrag van anderen. Je kunt er je dagen mee vullen. De sociale media stromen over van ontzetting over foute mensen. Mensen die zichzelf al middelpunt van alles zien en zich daarnaar gedragen, mensen die opzichtig verstoken zijn van empathie of fatsoen, mensen die geen oog hebben voor de gevoeligheden van anderen. Een fout gebaar, een verkeerd woord, een uitspraak die echt niet kan, en je wordt, meestal op basis van een losgezongen fragment of clipje, tot digitaal doelwit. Mensen die de fout ingaan zijn een onuitputbare bron voor instant moralisme.
Dat het de hele dag doorgaat, dat het zo verslavend is, zou te denken moeten geven. De paradox is dat het in naam van een maatschappelijke betrokkenheid gebeurt, hier moet iets recht gezet worden, dit kan je echt niet zeggen – maar uiteindelijk tot niks leidt. Sterker, het lijkt alles alleen maar erger te maken, het weefsel van de samenleving nog een stukje verder uit elkaar te trekken. Dit soort ophef, dag in dag uit, uur na uur, blijkt altijd op zichzelf terug te slaan. Wat volgt is gewoon weer verontwaardiging over iets anders.
Dat heeft Zesu heel goed aangevoeld, haar filmpjes zijn een soort beklemmende performance art. Ze wíllen niks, uiteindelijk draait het toch gewoon weer om haar. Ze is een influencer die voor ophef zorgt over influencer-egoïsme. Wat weer goed voor haar is als influencer. Ze is haar eigen vicieuze cirkel.
Daarom kan het haar niets schelen dat massa’s mensen haar gedrag vreselijk vinden. Juist door haar vreselijke gedrag, dat weet ze als geen ander, is ze onweerstaanbaar. Waarom zouden er anders miljoenen mensen kijken naar een filmpje waarin een meisje klaagt over een gepocheerd ei dat verkeerd op haar bord ligt? Ophef op sociale media is een zichzelf voedend systeem, een perpetuum mobile van ontsteltenis.
Nog altijd gaat het vaak over ‘de toenemende polarisatie’ in de samenleving en hoe we die een halt kunnen toeroepen – zeker in deze dagen van kerstboodschappen en oudejaarsconferences, waarin steevast wordt opgeroepen tot verdraagzaamheid en ‘verbinding’. Oké, maar hoe verhoudt zich dat tot de instantwoede van miljoenen over Zesu en haar oeuf bénédicte? Waarom is je opwinden over haar arrogantie zo verslavend, wat is er zo lekker aan? En: waarom lijkt het er verdacht veel op dat door onze dagelijkse opwinding over een asociale samenleving de samenleving alleen maar asocialer lijkt te worden? Veel aandacht gaat naar complotdenkers en wappies die vanuit hun konijnenholletjes hun gekte op de wereld loslaten. Maar hoe zit het met de zogenaamde redelijken die zich de hele dag digitaal druk maken over het gedrag van anderen?
Al die pleidooien tegen polarisatie blijven een beetje in de lucht hangen, denk ik, wanneer je jezelf die vraag niet stelt.
Eenrichtingsverkeer
Ik blijf zo lang hangen bij Zesu, omdat haar persoonlijkheid en filmpjes zo exemplarisch zijn. Zijzelf is onmiskenbaar een product van onze tijd: alles bij een influencer draait om persoonlijkheid. Het gaat om gezien worden. Maar de blik van de ander dient alleen ter bevestiging van het publieke zelf, je eigen brand. Wie die ander is, doet er niet toe – het is eenrichtingsverkeer. Sorry, Levinas.
In een aandachtseconomie gaat het om aandacht als product, de aard van die aandacht is niet belangrijk – tenzij het je te weinig oplevert of zelfs geld kost. Vandaar dat handelaren in aandacht – politici, influencers, columnisten, BN’ers, bedenk de namen er zelf bij – vaak switchen van publiek door ineens een andere toon aan te slaan. Ze zijn niet wezenlijk anders gaan denken. Er valt ergens anders gewoon meer te halen.
Naarmate aandacht trekken belangrijker wordt – voor je ego of als verdienmodel – wordt je moraal ook rekkelijker. Je hoeft niet langer consequent te zijn.
Lees ook
De cancelparadox: op sociale media is algemene walging ook aandacht
Hypocriete figuur
Maar nu wordt het lastig. Toen ik dat filmpje met Van Haga zag, kreeg ik het meteen te kwaad. Wat een trieste, hypocriete figuur is het toch, alles altijd naar zijn eigen belang toegerekend. Wat voor samenleving is het waarin zulke mensen omhoog kunnen vallen? En maar schelden op de overheid, terwijl je zelf de staatsruif leegvreet.
Enzovoort.
De eerste impuls is dan om iets te doen, een gebaar te maken, je woede te uiten – hoon van anderen op dit gedrag te liken, te retweeten, zelf een dodelijke opmerking maken, iets om deze figuur zijn eigen verachtelijkheid in te wrijven.
Maar wat is precies de zin van zo’n gebaar? Is er een verschil tussen mijn impuls om uit te halen en die boze reacties op Winta Zesu’s hautaine onbeschoftheid tegen de serveerster? Dient mijn moralisme een publieke zaak, of is het ook gewoon weer egomoralisme van mijn kant, anders gezegd, wil ik Van Haga raken waar ik hem raken kan?
Net als Zesu valt hij vermoedelijk helemaal niet te raken, zijn ego bevindt zich allang in een gesloten circuit van zelfbetrokkenheid. Zijn publieke uitingen zijn deel van een ecosysteem waarin alles draait om aandacht, maakt niet uit hoe en waarmee. Daarbij, waar maak ik me druk om, de man doet er niet toe, hij is politiek uitgespeeld – al lijkt hij dat zelf, typerend, niet door te hebben. Ieder gebaar van mijn kant is een kleine persoonlijke strafexpeditie, onder het mom van sociale betrokkenheid.
Daar zit de kneep. Wat het geval Van Haga mooi laat zien, is hoe gemakkelijk al te menselijk gedrag worden toegedekt met een schaamlap van betrokkenheid voor de publieke zaak. Zowel zijn tweet naar aanleiding van het wachtgeld voor Timmermans, als zijn ‘rechtvaardiging’ voor het zelf accepteren van wachtgeld, worden zogenaamd in het algemeen belang gedaan.
Een reactie van mijn kant zou weinig anders zijn, zogenaamd bedoeld om een misstand aan te kaarten, maar in werkelijkheid om één man een toontje lager te laten zingen.
Maatschappelijk sausje
Hypocrisie is van alle tijden, maar iedere tijd heeft zijn eigen vorm van hypocrisie. In een tijd waarin vrijwel iedereen zich „presenteert” in de (sociale) media en zich zowel van buiten als van binnen van zijn beste kant wil laten zien, is er steeds minder plaats voor het erkennen van minder mooie menselijke eigenschappen, zoals jaloezie, rivaliteit, egocentrisme, onverschilligheid, rancune en wrok. Over al die gevoelens wordt een maatschappelijk sausje gegoten, zodat het lijkt alsof de publieke zaak voorop staat. Zelden zal iemand toegeven dat zijn woede voortkomt uit een diep persoonlijk gevoel van afkeer, miskenning of jaloezie.
Heel mooi zag je dat bij het uiteenvallen van de progressief-idealistische partij BIJ1, waarin de leden die stuk voor stuk op zeiden te komen voor een rechtvaardige, diverse samenleving elkaar achter de schermen de tent uit bleken te vechten. Ze vielen ten prooi aan allerlei menselijke emoties die zich niet langer lieten wegmoffelen met een fraai intersectioneel discours. Veelzeggend was de verklaring voor het uiteenvallen van haar partij die Sylvana Simons naderhand gaf in de Volkskrant: „Waar BIJ1 vooral last van heeft gehad, is de hoge lat, denk ik. Bij ons mogen geen misstanden voorkomen, terwijl: wij zijn ook een afspiegeling van de samenleving, onderdeel van hetzelfde toxische economische en sociale stelsel.”
Zo zou ik het niet verklaren. Eerder andersom: juist bij een radicaal-idealistische partij ontstaat gemakkelijk blindheid voor basaal menselijk gedrag, geldingsdrang en rivaliteit, domweg omdat alles als politiek wordt gezien. Zie ook de Partij voor de Dieren. Als je die emoties alleen maar in het licht van maatschappij- en systeemkritiek kunt zien, roep je onheil over jezelf af. Zo’n beetje hetzelfde geldt voor alle invoelende en begripvolle verklaringen voor de megawinst van de PVV bij de afgelopen verkiezingen.
Zoals een activist ooit tegen mij zei: „De helft van mijn medestanders willen de maatschappij beter maken. De andere helft wil wraak.” Dat is, vind ik, een voorbeeld van lucide eerlijkheid. Wie enkel met zijn vinger naar de maatschappij wijst, is niet in staat om in de spiegel te kijken.
In het verlengde van de neiging basale emoties toe te dekken met maatschappelijke betrokkenheid, ligt de neiging te denken dat als je het kwalijke gedrag van één iemand aan de kaak stelt, je vanzelf bijdraagt tot een betere samenleving. Mijn impuls om Van Haga te straffen voor zijn egoïsme en hypocrisie komt daaruit voort.
Dat misverstand ligt ook aan de basis voor wat ‘cancelcultuur’ wordt genoemd. Die vind je heus niet alleen op linkse universiteiten in Angelsaksische landen, het is een algemeen verschijnsel in een samenleving waarin vrijwel álles in eerste instantie persoonlijk is geworden. Een afrekening van één kwalijke persoon wordt gezien als een stap in de richting van een rechtvaardiger samenleving. In de praktijk zie je eerder het tegenovergestelde. Wanneer iedereen voortdurend zichzelf op de stoel van de rechter plaatst, aan één stuk anderen de maat neemt, maar nooit zichzelf, nemen maatschappelijke verharding en verzuring eerder toe, dat lijkt me logisch.
Lees ook
Veroordeel niet te snel, wij zijn allen feilbaar
Als voorbeeld: een tijdje terug beklaagde schrijver en mediapersoonlijkheid Eus zich in Vandaag Inside (gemiddeld tegen de miljoen kijkers) zich over het gedrag van een boa in zijn geliefde Deventer, die had een zwaarbeproefde pakjesbezorger meteen een boete gegeven toen hij zijn busje even had geparkeerd waar dat niet mocht. Dat ene voorval leidde tot een boutade, te midden van het gebruikelijke gehinnik, over de nutteloosheid van boa’s in het algemeen.
Politici, onder wie de Rotterdamse VVD-wethouder Vincent Karremans, grepen meteen hun kans: „Als je niks kunt, word je columnist. Lekker zeiken vanaf de zijlijn, zonder iets toe te voegen aan de maatschappij.”
Oké – wat voegt, kun je je afvragen, zo’n honende tweet van Karremans op zijn beurt toe aan de maatschappij? Het gaat om dezelfde dynamiek als de reacties op het filmpje van Zesu in het restaurant. En ook mijn aanvechting om Van Haga met een natte dweil in zijn gezicht te slaan. Er is verontwaardiging over gebrek aan sociaal besef, zo praat je niet over hardwerkende mensen, maar wat volgt is een persoonlijke afstraffing in de mediasfeer, een wedloop in ontsteltenis.
Zolang het duurt. Morgen is het iets anders. Nooit krijg je het gevoel dat dit soort digitale opwinding constructief is, echt leidt tot verbetering en ‘verbinding’.
Het zou een goed voornemen voor het nieuwe jaar kunnen zijn: zorg voor het geestelijke klimaat. Voegt je emotie iets toe, leidt het tot iets beters? Is het goed voor het klimaat, of is gewoon nog meer olie op het vuur? Ik wens Wybren van Haga dus een goed verwarmd nieuwjaar toe – en een betere isolatie.