N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Voor negentien euro naar Istanboel of voor een prikkie zorgeloos een strandje pakken op Ibiza. Aan vliegadvertenties geen gebrek. Dat is niets nieuws, maar anno 2023 op zijn minst opmerkelijk. Als we reclames voor online gokken aan banden leggen en strenge regels stellen voor drankreclame, waarom rekenen we dan niet af te met het aanprijzen van klimaatvernietigende vluchten?
De tijd dat de Marlboro-man de bushokjes sierde is al ruim twintig jaar voorbij. Lukraak alcohol aanprijzen mag niet en onlangs kwam er ook definitief een einde aan ongerichte reclame voor online kansspelen. De reden? Van roken ga je dood, alcohol verpietert jeugdige hersenen en gokken verslaaft grote groepen burgers.
De overheid trof maatregelen tegen het aanprijzen van deze schadelijke verslavende gewoonten. Dat gaat natuurlijk niet zomaar. Promotie van producten of diensten valt onder de vrijheid van meningsuiting en je moet met goede argumenten komen om die in te perken. Een van die argumenten is dat deze diensten en producten een gevaar zijn voor de volksgezondheid. Dat is roken en overmatig drinken en daarom mag je sigaretten en alcohol niet ongebreideld aan de man brengen.
Gevaar
Vliegen brengt de volksgezondheid ook in gevaar. Dat behoeft weinig uitleg: vliegen is desastreus voor het klimaat en klimaatverandering is op haar beurt funest voor de gezondheid van planeet, mens en dier. Op een paar klimaatwappies na, zijn we het daar toch wel over eens.
Dat we minder of beter nog niet moeten vliegen, snappen we dus wel. De vraag is alleen: hoe zorgen we ervoor dat we met zijn allen minder vaak het vliegtuig instappen? Dat we dat uit eigen beweging gaan doen is wensdenken. We willen wel (zeggen we), maar het lukt ons niet. Dat blijkt wel uit de torenhoge winst die KLM na corona boekte. Je kunt boos zijn over de bonus die het personeel daarvoor ontving, maar het werkelijke schandaal is het feit dát KLM zo’n winst had gemaakt. Kennelijk waren we allemaal toch weer in het vliegtuig gestapt.
Lees ook: Brussel pakt misleidende groene claims – ofwel greenwashing – aan
Corendon-baas Atilay Uslu concludeert terecht: „We zijn verslaafd aan vliegen.” We weten dat alternatieve reisvormen beter zijn, maar het voordeel, gemak, comfort en plezier winnen het telkens opnieuw van ons geweten. Dat sussen we met smoesjes en goedpraterij. We gebruiken een plastic zakje minder of douchen een minuutje korter, maar ons vlieggedrag verandert niet.
Dat is ook lastig. Zeker wanneer je voortdurend wordt overgehaald om voor het vliegtuig te kiezen: goedkoper, sneller. Er is weinig verschil met verslavende middelen zoals roken, drank en drugs of kansspelen. Stoppen met roken is knap lastig als je om de haverklap een sigaret wordt aangeboden en je onthouden van alcohol is een flinke uitdaging op een bierfeest. Het lijkt me op zijn minst naïef te denken dat ons vlieggedrag verandert als aanbieders er alles aan doen ons het vliegtuig in te krijgen.
Zo kun je alles verbieden wat het leven leuk maakt, hoor ik al roepen
Was je van plan deze zomer een duurzame treinreis te boeken? Grote kans dat alle abri’s, commercials en pop-ups je anders laten besluiten. Eenmaal bij de online kassa van de treinaanbieder aanbeland, voel je je een dief van je eigen portemonnee: je bent er inmiddels van doordrongen dat je echt veel sneller, goedkoper en gemakkelijker op je reisbestemming kunt komen als je gewoon het vliegtuig pakt.
De enige serieuze aanpak is dus een verbod op dit soort klimaatvernietigende propaganda. Dat vinden ook verschillende gemeenten die in hun regio dergelijke reclame willen verbieden. Het lastige is dat dit soort initiatieven vaak stranden in een gehakketak over regeltjes en bevoegdheden. Alleen de gemeente Zwolle wist met een verordening tot een echt verbod op fossiele reclame te komen. Maar die stad is een druppel op de gloeiende plaat.
Landelijke aanpak
Als het al lukt om de boel aan banden te leggen, komt een gemeente niet verder dan een verbod op reclame in de buitenruimte. Over wat er op het scherm van je laptop, televisie of telefoon verschijnt, gaan zij niet. Voor echte stappen heb je een landelijke aanpak nodig. Die kan er komen, ook in de reservetijd van dit demissionaire kabinet. Of om de woorden van Tweede Kamerlid Raoul Boucke (D66) te herhalen: „Het kabinet is demissionair, maar klimaatverandering niet.”
En dat geldt net zo goed voor de Tweede Kamer. Genoeg partijen hebben een dergelijk reclameverbod in hun verkiezingsprogramma opgenomen. Als zij de Urgenda-uitspraak serieus nemen en hart hebben voor de volksgezondheid, wachten zij niet tot we een verkiezing en formatie verder zijn. Want we weten allemaal: dat kan wel even duren.
Critici zullen zeggen dat een dergelijk verbod een vergaande betutteling is. Zo kun je alles wel verbieden wat het leven leuk maakt, hoor ik al roepen. Want even een Big Macje scoren is ook niet goed voor de planeet en voor een simpele jeans zijn ook heel wat badkuipen aan water nodig. Allemaal waar, maar bedenk wel dat je met de CO2-uitstoot van één Big Mac nog geen vijf kilometer kunt vliegen. Dat zijn dus heel veel Mac-bezoekjes voordat je in Rome bent. Ook zul je jezelf best wat jeans moeten aanmeten om aan die uitstoot te komen.
Daarmee wil ik niet zeggen dat ik voorstander ben van fastfood- en fashionmarketing. Ik denk dat het een goed idee is als we eens kritisch gaan nadenken welke rol reclame anno 2023 moet spelen in onze samenleving. Waarom prijzen we producten aan die de wereld om zeep helpen en de volksgezondheid in gevaar brengen? Volgens mij is het hoogstnoodzakelijk dat we onze eigen huidige attitude eens onder de loep nemen en ons wapenen tegen klimaatvernietigende reclame.