Opinie | Stop met dit wolven-drama; Nederland is geen wildernis

Dat er na de herintroductie van de wolf in Nederland veel slachtoffers onder (landbouw)dieren vallen, is allang geen nieuws meer, maar 2025 is in dit opzicht wel heel bloederig begonnen. Volgens BIJ12 (een uitvoeringsorganisatie van de 12 provincies die onder meer de monitoring van de wolvenpopulatie coördineert en de afhandeling van wolvenschade op vee uitvoert) waren er in de eerste achttien dagen van dit jaar al tenminste 69 meldingen van wolvenaanvallen op voornamelijk schapen met daarbij ruim driehonderd dodelijke slachtoffers. Ter vergelijking, in dezelfde periode vorig jaar waren dat er 161.

De meeste slachtoffers vallen in Drenthe en Friesland, niet zo gek als je bedenkt dat daar geen prooidieren zoals wildzwijn en edelhert voorkomen, maar alleen reeën. Voor de twee wolvenroedels die daar leven is dat bij lange na niet genoeg en dus richten ze zich vooral op schapen.

Maar ook op en rondom de Veluwe stijgt, ondanks het grotere wildaanbod, het aantal wolvenaanvallen op weidevee schrikbarend.

Het opmerkelijke is dat dit scenario in het jaar 2000 , toen er nog helemaal geen sprake was van wolven in Nederland, al is voorspeld. In dat jaar verscheen de Nederlandse vertaling van Der Wolf, een wetenschappelijke studie door Henryk Okarma, een Poolse bioloog en hoogleraar Levenswetenschappen. Okarma had intensief onderzoek gedaan naar het leven van wolven in het oosten van Polen. Aan de Nederlandse vertaling, getiteld De Wolf was een bijdrage toegevoegd van Jan van Haaften (1927-2012), hoogleraar Wildbiologie verbonden aan Wageningen University en aan verschillende buitenlandse universiteiten. Van Haaften had het leven van wolven in de Balkan, Portugal en Mongolië bestudeerd en hij gold internationaal als een autoriteit op dit gebied.

Historie

In zijn bijdrage aan De Wolf besteedt hij niet alleen aandacht aan de historie van wolven die in vroeger eeuwen in ons land leefden, maar ook aan de plannen om wolven terug te laten keren of uit te zetten op de Veluwe. Men hield zich hier in de jaren negentig al mee bezig. Na een bespreking van alle voor- en nadelen eindigt dit hoofdstuk met de volgende conclusie: „Het is niet juist om te veronderstellen dat het voorkomen van de wolf in Nederland in eerste instantie zal afhangen of wij de wolf wel willen. Want laten we het eens omdraaien: zou de wolf de Veluwe wel willen? Wegen waarop dag en nacht auto’s razen, recreatieparken, campings overal (drukbezochte) wandelpaden, loslopende honden, wildrasters, hekken en bebouwing komen nu eenmaal niet voor in het aaneengesloten en nauwelijks gestoorde gebied waarin wolvenroedels gewoon zijn te jagen. Bovendien kunnen we ons afvragen of wolven op de Veluwe wel op wild zouden gaan jagen, terwijl overal landbouwdieren aanwezig zijn die een veel gemakkelijker prooi vormen! Tenslotte zou de groep te klein en volledig geïsoleerd zijn van andere wolvenpopulaties; daardoor zou geen enkele genetische uitwisseling mogelijk zijn met als gevolg inteelt en verzwakking. Herintroductie van de wolven op de Veluwe is dus geen reële optie. Misschien jammer voor ons, maar veel beter voor de wolf.”

Het zou de experts sieren als ze beter zouden luisteren naar de mensen die in de wolvengebieden wonen

Van Haaften voorzag dus grote problemen met wolven in Nederland en dan heeft hij het alleen maar over de Veluwe, de rest van ons land achtte hij sowieso ongeschikt. Wel was hij voorstander van het behoud van deze diersoort in Europese gebieden waar de levensvoorwaarden voor de wolf nog ruimschoots aanwezig zijn.

Dat hij hierin gelijk had, blijkt nu wel. Naast de ontelbare aanvallen op weide-vee is de wolf zelf in Nederland ook slachtoffer. Vanaf zijn terugkeer naar ons land vonden al zeker veertig wolven hun dood in het verkeer; op een geschatte populatie van circa 120 (BIJ12) is dat wel heel veel. Waarschijnlijk ligt dit aantal nog hoger, omdat lang niet alle aangereden dieren teruggevonden worden. Daarnaast vechten het stijgend aantal roedels onderling op leven en dood om een territorium te bemachtigen, in onze schaarse natuurgebieden.

Waarom hebben de huidige experts, op een enkeling na, niets gedaan met de bevindingen van Van Haaften en zijn we niet beter gewaarschuwd, maar werd ons, nadat de wolf zijn intrede in ons land had gedaan, bijvoorbeeld verteld dat hij incidenteel misschien een schaapje zou opeten. Inmiddels weten we wel beter.

Ook zou de kans dat men een wolf zou zien, kleiner zijn dan de kans om de Postcodeloterij te winnen. Maar iedereen die in het wolvengebied woont, is dit dier al een keer tegengekomen, de Postcodeloterij zou eraan failliet gaan.

De wolf zou schuw zijn, mensen uit de weg gaan en zeker niet benaderen. Afgelopen jaar zijn er genoeg incidenten geweest die het tegendeel bewijzen.


Lees ook

Wolven kunnen niet onbeheerd loslopen

Een natuurgebied in Drenthe.

Bovendien valt er in het boek De Wolf te lezen dat wolven wel degelijk honden op hun menu hebben staan. Zo werden er bij een analyse van uitwerpselen, uitgevoerd in midden Europa, voornamelijk resten van wilde zwijnen en herten aangetroffen, maar ook 7,9 procent resten van honden. Ook hier is niet voor gewaarschuwd. Intussen zijn er al diverse aanvallen op honden geweest, sommige met dodelijke afloop.

En dan het punt over inteelt en verzwakking. Op de Zuidwest-Veluwe kreeg een wolvenpaar vorig voorjaar elf welpen, waarvan er in het najaar maar liefst zes doodgereden zijn en één een tijd mank heeft gelopen die de laatste tijd niet meer wordt waargenomen. De moeder werd dood gevonden, op de Hoge Veluwe, waarschijnlijk na een gevecht met een andere roedel. De vader werd doodgereden in de buurt van Bennekom.

Inteelt

De overgebleven vier welpen, die nog niet voor zichzelf kunnen zorgen, worden nu vergezeld door hun één jaar oudere broer en zus, zogeheten jaarlingen. Boswachter Frank Theunissen vraagt zich nu hardop af of deze jaarlingen het nieuwe paar van de Zuidwest-Veluwe roedel wordt. „Paring tussen verwante wolven komt voor. Het behouden van de roedel is belangrijker dan een perfecte partner. De zeer veerkrachtige genetische codes van wolven kunnen inteelt langere periodes doorstaan”, aldus Theunissen op Bluesky, die in zijn pogingen om een roedel in stand te houden, inteelt dus voor lief neemt.

Nu alles anders loopt dan de wolvenkenners gehoopt en verwacht hadden, breekt een nieuwe fase aan waarin de schuld aan de mens wordt gegeven

Nu alles anders loopt dan de wolvenkenners gehoopt en verwacht hadden, breekt een nieuwe fase aan waarin de schuld aan de mens wordt gegeven.

Allereerst aan de schapenhouders, die door te lage hekken om hun weiland het de wolf te makkelijk gemaakt zouden hebben en hem zo hebben geleerd om schapen te eten. Alsof wij de wolf moeten leren hoe een schaap te pakken.

En dan te bedenken dat de wolvenexperts aanvankelijk adviseerden dat een hek van negentig centimeter hoog genoeg was om het vee te beschermen. Toen dat niet afdoende bleek, werd de norm opgetrokken naar een meter twintig. Steeds meer dierenhouders voldoen hier nu aan, ondanks meer van deze hogere hekwerken stijgt het aantal aanvallen achter deze hekken net zo hard. Het probleem is dat niemand kan vertellen welk hek echt afdoende is, of moeten we soms Artis om raad vragen en van Nederland één grote dierentuin maken?

Dat de wolven de mensen te dicht benaderen zou komen omdat ze gevoerd worden door mensen. Dit zal incidenteel best voorkomen, maar feit is dat de wolven de mensen eenvoudigweg niet kunnen ontlopen in ons dichtbevolkte land en inmiddels geleerd hebben dat ze van ons niets te vrezen hebben. Zeker de wolven die hier geboren zijn, weten niet beter dan dat hun omgeving vol staat met huizen en beschouwen dat als hun natuurlijke habitat. Vandaar dat ze steeds vaker in bewoond gebied gespot worden, zoals onlangs nog in het Gelderse Hengelo waar een wolvin haar toevlucht zocht in een schuurtje middenin een woonwijk.

Dat honden worden aangevallen, zou ook de schuld zijn van de mens. De hond had aangelijnd moeten zijn. Maar in Nederland zijn voor honden speciale losloopgebieden aangewezen waar ze even vrij kunnen rondrennen. Ook daar zijn honden aangevallen, er is zelfs een geval bekend waar een hond op eigen terrein door de wolf werd gepakt.

Alleen verliezers

Als er meer geluisterd was naar de voorspellingen van Van Haaften, waren we in ieder geval beter voorbereid geweest op wat ons te wachten stond. Omdat er helaas geen studie bekend is over het gedrag van wolven in dichtbevolkt gebied, zou het de experts sieren als ze beter zouden luisteren naar de mensen die in de wolvengebieden wonen, in plaats van ze te beschuldigen van nalatigheid en incidenten te bagatelliseren. Uiteindelijk zijn deze mensen nu de ervaringsdeskundigen, want zij zijn immers degenen die dagelijks te maken hebben met de problemen die dit roofdier met zich meebrengt.

In feite zijn er nu alleen maar verliezers. Duizenden gedode schapen, tientallen vermoorde pony’s, ezels, koeien en enkele honden. Mensen op het platteland die de gekste dingen bedenken om hun dieren te beschermen, hun kinderen niet meer alleen naar school laten fietsen, ’s avonds hun honden op eigen terrein niet meer los durven laten en zich in de steek gelaten en machteloos voelen. Daarnaast de vele wolven die hun dood vonden in het verkeer.

Dit alles kan toch nooit de bedoeling zijn geweest van de ecologen of dierenbeschermers. Wolven zouden een positieve invloed hebben op de natuur en de biodiversiteit, maar het hele wolvenplan dreigt uit te lopen op één groot drama. Het krijgt steeds meer overeenkomsten met het mislukte Oostvaardersplassen-experiment, waar ecologen ook dieren gebruikt, of eigenlijk misbruikt hebben, om hun beoogde doel van een Hollandse wildernis te bereiken.