Opinie | Red ons van de smartphone, alsjeblieft

Eindelijk. Scholen in het hele land geven sinds 1 januari gehoor aan de oproep om smartphones uit de klas te weren. Veel scholen kiezen voor ‘thuis of in de kluis’ als regel, waardoor er op het schoolplein en in de gangen weer gezelligheid wordt gesignaleerd.

Wij zijn vast niet de enigen die bij het lezen van dit nieuws dachten: mogen we terug naar school? Want eerlijk, als wij dagelijks naar een plek mochten gaan waar we onze telefoontjes in een kluis konden gooien, dan zouden we daar direct voor tekenen.

Tegenstanders van strenge smartphoneregels vinden vooral dat kinderen moeten leren omgaan met hun mobieltje. We zien maar weinig mensen ditzelfde argument toepassen op andere verslavende zaken als games, gokken, drugs of alcohol. Dan is er nog het nutsargument, want die apparaatjes zouden zo handig zijn en eigenlijk onmisbaar in het hedendaagse onderwijs. Leerlingen zouden verloren zijn zonder hun digitale kalendertjes, zonder de mogelijkheid om te allen tijde in contact te staan en zonder hun rekenmachientjes, Google en Wikipedia. Maar dat je met een vlindermes ook brood kunt smeren vinden wij ook geen geweldig argument om steekwapens toe te staan in de kantine. Dat deze tegenargumenten het afleggen tegen de logica is echter niet meer belangrijk.

Het meest opvallende in de hele smartphonediscussie is namelijk: er is helemaal niemand meer te vinden die zegt dat smartphones níet verslavend zijn. Wie kijkt naar de wetenschappelijke onderbouwing en motivatie om smartphones te weren uit de klas, mag zich afvragen waarom we het mobieltje nog wel toestaan op het werk en in andere serieuze situaties.

Concentratievermogen

Smartphones schaden ons concentratievermogen en (daarmee) onze mentale gesteldheid. En niet een beetje. We kunnen lang praten over het kip-of-ei-verhaal, namelijk of het de hardware is (het telefoontje zelf) of wat we ermee doen (video’s kijken, social media gebruiken, doomscrollen, mails lezen, appen), maar dat ding is nu eenmaal het meest voorname portaal naar al die afleiding. Een smartphone is eigenlijk al lang geen telefoon meer, en heeft daarmee haar belangrijkste sociale functie verloren. Het is een entertainmentapparaat, een mini-televisie en spelcomputer ineen. Met alle verslavende gevolgen van dien. Dat ergens op dat apparaat een paar functies te vinden zijn die ook op school of op het werk handig zijn, is geen excuus om het tijdens elke vergadering niet alleen op tafel te hebben liggen, maar het gewoon doodleuk terwijl je collega’s tegen je praten te blijven gebruiken.

Er is helemaal niemand meer te vinden die zegt dat smartphones níet verslavend zijn

We snappen dat er genoeg mensen zijn die nu denken: ‘Ik weet best dat een telefoon verslavend is en heb daar heel prima mee leren omgaan.’ En we zijn blij voor die mensen, maar wij zijn niet zo. En dat we geen uitzonderingen zijn, blijkt ook wel uit recent onderzoek van Newcom waarin ruim een derde van alle Nederlanders stelt dat sociale media een gevaar vormen voor ons mentaal welzijn. Meer dan twee miljoen mensen geven bovendien aan wel van sociale media af te willen, maar dit toch niet te doen. Verslavingsdeskundige en psychiater Anna Lembke stelt in haar recente boek Dopamine Nation dan ook dat we evolutionair helemaal niet opgewassen zijn tegen de hoeveelheden dopamine die we (onder andere) via onze telefoons dagelijks op ons afgevuurd krijgen. Beperking van toegang tot die telefoons (en sociale media) is dus geen luxe, maar noodzaak.

Niet alleen óns probleem

Mocht je nou alsnog in de verleiding komen om te denken: dat is dan jullie probleem, ik red me wel. Dan vragen wij: wordt jouw werk er niet gemakkelijker en leuker op als jouw collega’s hun werk beter kunnen doen? Worden jouw meetings niet efficiënter (en hopelijk korter) en wordt jouw organisatie niet succesvoller? En als jij je telefoon zo goed kunt laten liggen, wat is dan het nadeel voor jou van een strenger smartphonebeleid?

Wij zeggen dus: we zijn het er al over eens dat smartphones op scholen niets te zoeken hebben. Laten we doorzetten en het probleem zelf óók serieus nemen en er gezamenlijk mee aan de slag gaan. Laten we slim beleid maken om die domme apparaten op meer plaatsen veilig weg te bergen. Zo krijgen we onze aandacht terug en kunnen we beter samenwerken en leuker samenleven.


Klik op het vinkje naast ‘Ik ben geen robot’