Opinie | Opschuiven naar het midden werkt niet

Afgelopen week pleitte Tweede Kamerlid Habtamu de Hoop van GroenLinks/PvdA in zijn De Höftenlezing voor een „nieuwe partij” met een „nieuw verhaal”. Daarbij voorziet De Hoop een koers die „met haar idealen de grootst mogelijke meerderheid” wil mobiliseren. Als lid van de idealistische ledenbeweging LinksBoven moedig ik zo’n koers van harte aan.

Bovendien is dit een kans om het als partijen nu echt over de inhoud te hebben. Wat de vorm ook wordt, de belangrijkste vraag is: welke koers gaat die nieuwe partij varen? Kiezen we voor een uitgesproken links verhaal, of laten we ons leiden door de korte termijn en richten we ons op ‘het midden’?

Partijleider Frans Timmermans lijkt te neigen naar dat laatste. Bij Nieuwsuur kreeg hij de vraag of de nieuwe partij niet „te veel” naar links opschuift, zoals sommige critici beweren. Zijn reactie baart zorgen: „Wij zijn een linkse beweging die aansluiting moet hebben met het centrum, anders kunnen we niet meebesturen.” Een focus op het centrum, omwille van de macht, leidt namelijk vaak tot meebewegen met de verrechtsing in de politiek. Door de gematigdere kiezer naar de mond te praten en de neoliberale gevestigde macht te willen versieren, verwateren de eigen linkse principes. Dit wil overigens niet zeggen dat constructieve politiek niet mogelijk is, wel dat dat moet gebeuren vanuit eigen kracht.

Bovendien: opschuiven naar het midden werkt niet. Recent schreef Noortje Thijssen, directeur van het wetenschappelijk bureau van GroenLinks en Eerste Kamerlid, dat dit op de culturele as weinig succesvol blijkt: „Kiezers voor wie cultureel conservatisme echt belangrijk is, gaan liever voor de real deal – maar het leidt wel tot verlies van het bestaande progressieve electoraat.” Toch zien we een afzwakking op ‘culturele thema’s’ als migratie. Op de loer ligt meegaan met de glijdende schaal richting almaar radicaler rechts.

Datzelfde geldt voor de sociaaleconomische thema’s: waar links haar idealen heeft verloochend, rekende de kiezer met haar af. De aansluiting met het politieke centrum heeft immers publieke voorzieningen afgebroken en de volkshuisvesting gesloopt. Juist deze thema’s maakt De Hoop nu tot zijn linkse speerpunten. Terecht merkte De Hoop op: kiezers blijken vooral het sociaal-economische verhaal van links goed te vinden.

Huisjesmelkers en speculanten

Dat biedt kansen, ook om je duidelijk te onderscheiden van rechts en écht een links alternatief te presenteren. In plaats van op rechts, moeten wij onze pijlen richten op de echte oorzaak: de rijken en grote bedrijven die belastingen ontduiken, het milieu vervuilen, prijzen verhogen en lonen laag houden. Een pleidooi voor volkshuisvesting is bijvoorbeeld onderscheidend door huisjesmelkers en speculanten aan te pakken.

Een links alternatief pakt problemen dus ook bij deze echte oorzaken aan, met structurele oplossingen. Het kapitalisme buit mens en planeet uit voor winstbejag en economische groei. De oplossing is een nieuw economisch systeem, waarin sociale rechtvaardigheid, ecologische grenzen en internationale solidariteit centraal staan. Dat kan bijvoorbeeld door bedrijven te democratiseren en publieke voorzieningen (zoals openbaar vervoer en energie) in gemeenschapshanden te brengen. Zo krijgen alle mensen in plaats van een handjevol graaiers aan de top het voor het zeggen.

Juist de linkse samenwerking is een kans om een overtuigend verhaal te vormen dat links én groen én progressief verbindt. Daarmee spreek je niet alleen de kiezer aan, maar breng je ook een betere wereld dichterbij. Zo verlinks je het centrum, in plaats van het te verrechtsen. Ook bestendig je de aansluiting met het maatschappelijk middenveld en bouw je zo aan een brede, linkse beweging.