De Myanmarese junta onder generaal Min Aung Hlaing is alle schaamte voorbij. De berichten over grove mensenrechtenschendingen tuimelen over elkaar heen. Bombardementen op burgers, mogelijk gebruik van gifgas, arbitraire arrestaties en martelingen, roof van particulier bezit; er lijkt geen grens te zijn aan hoever de State Administration Council (SAC) bereid is te gaan om de macht te consolideren die het orgaan in februari 2021 na een coup verkreeg.
We krijgen in Nederland weinig mee van wat er in Myanmar gebeurt, vanwege de focus op Oekraïne en de Gazastrook. Maar dankzij een offensief van rebellenbewegingen dat eind oktober begon en onder meer Amerikaanse sancties tegen het staatsoliebedrijf en de levering van straaljagerbrandstof, zit de junta in het nauw. De vraag lijkt niet of het bewind valt, maar wanneer.
Hoe kan Myanmar, dat sinds de onafhankelijkheid in 1948 vrijwel nooit democratisch is bestuurd, een functionerende democratie worden? De parallelle National Unity Government (NUG) heeft samen met belanghebbenden uit vele delen van het land een plan opgesteld dat bestaat uit een federaal democratiehandvest en een routekaart. Dit transitieplan geeft aan hoe het uiteindelijke doel, een democratische federale staat, kan worden bereikt. Voor het etnisch verdeelde land van 55 miljoen inwoners zal een dergelijk transitieproces een enorme opgave zijn.
Kortzichtig
Hoewel de junta in grote delen van het land feitelijke niet meer aan de macht is, blijven velen in de internationale gemeenschap huiverig om samen te werken met de NUG en andere verzetsgroeperingen. Dat is kortzichtig, zeker nu de noodzaak van verandering zich steeds meer opdringt.
Er zijn twee zaken die Nederland en de EU op korte termijn kunnen doen. De eerste focus zou moeten liggen op het verlichten van humanitaire noden. Volgens de laatste cijfers van de VN zijn er sinds het begin van het nieuwe offensief 660.000 mensen op drift geraakt. Dat aantal komt bovenop de meer dan 2 miljoen Myanmarezen die al ontheemd waren.
Lees ook
‘Dit regime in Myanmar doet waar het zin in heeft’
Genocidale operaties
Myanmar is voor veel Nederlanders een ver-van-mijn-bed-show. Voor wie het land volgt, is het echter duidelijk dat het volk resoluut is in zijn wens om het leger te verslaan, te ontmantelen en naar de vuilnisbelt van de geschiedenis te verwijzen. Het leger is geen gesprekspartner meer. Daarvoor is er al te veel geprobeerd en zijn de misdaden tegen de menselijkheid te talrijk, niet alleen in de periode na de coup, maar ook tijdens het bewind van de vorige juntas (1962-2015) en tijdens de genocidale operaties tegen de Rohingya, in 2016 en 2017.
De SAC doet er op dit moment alles aan om binnenkort showverkiezingen te organiseren, en zo zijn rol in het landsbestuur te legitimeren. Ook doet het leger verwoede pogingen buitenlandse donoren enthousiast te maken voor een ‘vredesproces’, dat weinig meer is dan een door de militairen zelf georkestreerde afleidingsmanoeuvre. Hierdoor moeten we ons niet om de tuin laten leiden.
Elke vorm van dialoog betekent op dit moment tijdverlies en verkapte steun aan een regime dat op zoek is naar een adempauze. Het past ons niet om het democratische verzet in de wielen te rijden, zeker niet als je bedenkt dat de financiële en diplomatieke steun minimaal is geweest vergeleken met die voor Oekraïne en Israël. De Myanmarezen doen het zelf. Laten we hen steunen in de strijd voor een echte democratie, waarin voor de verworden institutie die het huidige leger is, geen plaats zal worden ingeruimd.