Opinie | Moeten ongevaccineerde kinderen geweerd worden uit de opvang?

Ziektes als de mazelen leken verdwenen, maar zijn weer terug omdat steeds minder ouders hun kind laten inenten. De vaccinatiegraad voor mazelen daalde in twee jaar tijd van 89 naar 82,7 procent – voor groepsimmuniteit is een vaccinatiegraad van 95 procent nodig. Recent raakten 20 kinderen in Eindhoven besmet. Dat heeft de discussie over het verplicht stellen van vaccinaties weer doen oplaaien. Bernard Leenstra, huisarts, en Lissy de Ridder, kinderarts maag-, darm- en leverziekten, gaan per mail in discussie over de stelling: weer ongevaccineerde kinderen van de kinderopvang.

Bernard Leenstra is BL, Lissy de Ridder is LdR.

BL: „Ouders die hun kind laten vaccineren volgens het Rijksvaccinatieprogramma (RVP) kiezen ervoor hun kind te beschermen tegen ernstige infectieziekten. Ouders die hun kind – om niet-medische redenen – niet vaccineren, kiezen er voor dat niet te doen. Als wij deze kinderen bij elkaar laten spelen op de kinderopvang, lopen de gevaccineerde kinderen, en de kinderen die (nog) niet gevaccineerd kunnen worden, meer risico op de infectieziekten waartegen de vaccinerende ouders hen nou juist willen beschermen. Waarom zouden die ouders dat extra risico moeten accepteren?”

LdR: „Je zegt dat ouders ervoor kiezen hun kind wel of niet te laten vaccineren volgens het RVP. Ik vraag me af of dit steeds het geval is. Elke ouder heeft immers het beste met zijn of haar kind voor. Waarom hebben sommige ouders hun kind desondanks niet laten vaccineren? Speelt daar een taalbarrière of een toegangsprobleem? Hebben deze ouders voldoende toegang gekregen tot voor hen begrijpelijke informatie? Of, als wantrouwen een rol speelt, wat is dan de oorzaak van dit wantrouwen? Mijn vraag is: zijn alle ouders in staat deze keuze weloverwogen te maken?”

BL: „We zullen alles op alles moeten zetten wat betreft voorlichting. In alle wijken, in alle talen. Dat ben ik met je eens. Alleen, gaat voorlichting uiteindelijk zorgen voor voldoende bescherming? In 2018 al lanceerde toenmalig staatssecretaris Blokhuis een campagne om de dalende vaccinatiegraad tegen te gaan: ‘we gaan nog indringender met mensen het gesprek aan’. Toch zet de daling stug door. Het RIVM geeft aan dat wantrouwen ook een belangrijke rol speelt. Het herstel van vertrouwen en het effect van nog meer voorlichting, gaan zij op tijd komen?”

LdR: „Ik deel je zorgen. Helaas is het inmiddels wachten wanneer de mazelenuitbraak plaatsvindt, en niet meer óf die plaatsvindt. Dus eigenlijk hebben we die tijd niet meer. Toch vraag ik me ook af wat we bereiken door niet-gevaccineerde kinderen van de kinderopvang te weren. Ik vrees dat dit het vertrouwen van de ouders van niet-gevaccineerde kinderen niet ten goede komt. Ook kan dit ertoe leiden dat niet-gevaccineerde kinderen op andere plekken (zoals bij een gastouder) samenkomen en daardoor het risico op een uitbraak juist groter wordt.”

BL: „Afwachten, of maatregelen invoeren. In beide zit risico. In Italië en Frankrijk, waar vaccinatieverplichting voor mazelen is ingevoerd in 2017 en 2018, zien we dat de vaccinatiegraad steeg en het aantal uitbraken afnam. In 2018 steeg de vaccinatiegraad in Italië van 91,7 procent naar 93 procent en het aantal gevallen van mazelen daalde dat jaar van 5.404 naar 2.682. Uit onderzoek blijkt dat in beide landen het vertrouwen van ouders in vaccinatie juist steeds verder toenam, ondanks de vaccinatieplicht. Wat als we de komende drie jaar vaccinatie voor de kinderdagopvang verplichten, en dan voor- en nadelen evalueren?”

LdR: „Toename van vertrouwen in het vaccinatieprogramma, dat klinkt me als muziek in de oren. De VVD heeft een oud wetsvoorstel van stal gehaald, waarin de partij pleit voor verplichte vaccinatie voor kinderen die de kinderopvang bezoeken. Ik vraag me wel af hoe we dat zouden handhaven. Zijn de leidinggevenden van de opvang dan degenen die de controle uitvoeren? En degenen die geen vaccinatiebewijs kunnen overhandigen de deur wijzen? En waar gaan deze kinderen dan heen, houden we hier zicht op? Ook deze kinderen hebben het recht mee te draaien in onze maatschappij, ze kunnen zelf de keuze voor of tegen een vaccin nog niet maken. En dan het evalueren: hoe gaan we dat aanpakken? Voorlopig roept je voorstel meer vragen op dan dat het antwoorden geeft.”

BL: „De praktische bezwaren die je stelt zijn inderdaad een uitdaging, maar lijken mij niet onoverkomelijk. Laten we niet vergeten dat we hoe dan ook keuzes moeten maken. Willen we kinderen beschermen die het Rijksvaccinatieprogramma hebben doorlopen of dat nog gaan doen? Dan moeten we ongevaccineerde kinderen weren van de kinderopvang. Als ongevaccineerde kinderen zich dan gaan clusteren bij een gastouder, verhoogt dat de kans dat ze ziek worden. Dat zou de overheid dan ook sterk moeten ontmoedigen. Doen ouders dat toch? Dan is dat hun keuze. De verantwoordelijkheid van de overheid heeft zijn grenzen. Er zijn ook ouders die binnen roken. Willen we zoveel mogelijk bescherming voor alle kinderen? Dan moeten we een algemene vaccinatieplicht invoeren, zoals andere Europese landen met succes hebben gedaan. Al blijft dat moreel bezwaarlijk en heb ook ik daar moeite mee. Gaan we door zoals we tot nu toe hebben gedaan? Dan verliest iedereen.”

LdR: „ Ook ik onderstreep het belang van het maken van keuzes. Maar voor we ongevaccineerde kinderen van de opvang weren, zijn er echt nog stappen te maken. Om zoveel mogelijk kinderen te beschermen tegen deze nare, te voorkomen, infectieziekten. Dat is juiste zorg op juiste plek. Graag verwijs ik alle twijfelende ouders naar bronnen die correcte informatie geven, zoals AJN Jeugdartsen Nederland. Of, beter nog, naar de jeugdarts, consultatiebureau-arts of huisarts om daar het gesprek aan te gaan en eventuele twijfels bespreken. Informatie kunnen we beter en laagdrempeliger in verscheidende talen aanbieden via meerdere kanalen. We kunnen de wijk in gaan. Ik vind het mooi om te horen dat de GGD al meer vragen krijgt van ouders over het vaccinatieprogramma. Dat vertelt mij dat er behoefte is aan deze informatie en dat dit probleem door ouders serieus genomen wordt. Allemaal aan boord, dat is winst voor ons allen.”