Opinie | Koerden hebben geen vrienden; weer zijn ze wisselgeld

Turkije De NAVO-deal met Erdogan maakt de positie van de Koerden er niet zekerder op. Als het erop aankomt, doen de Koerden er voor geen enkele internationale alliantie toe, schrijft .
Koerdische jongeren in Diyarbakir in het zuidoosten van Turkije bij een opstootje met de politie.
Koerdische jongeren in Diyarbakir in het zuidoosten van Turkije bij een opstootje met de politie. Foto Murat Kocabas/SOPA Images/LightRocket/Getty

Het lijkt erop dat de Turkse president Erdogan het Turkse parlement opdracht zal geven de toetreding van Zweden tot de NAVO goed te keuren. Dat is goed nieuws voor Koerden in Zweden, zou je denken. De dreiging dat zij aan Turkije uitgeleverd worden wegens ‘terrorisme’ is dan immers geweken.

Maar zo simpel ligt het niet. Koerden zijn als wisselgeld gebruikt – en dat is nog niet voorbij.

Voorzichtigheid is geboden over Erdogğans toezegging bij de NAVO-top in Vilnius deze week dat hij zijn bezwaren tegen de toetreding van Zweden opzij schuift en de parlementaire goedkeuring ervan in gang zal zetten. Erdogan is de sultan van het pragmatisme en dus onvoorspelbaar. Voor binnenlands gebruik heeft hij zijn verzet tegen de Zweedse toetreding niet meer nodig, sinds hij in mei de presidentsverkiezingen won, internationaal is de kaart nog lang niet uitgespeeld.

Dat liet hij afgelopen week zien door Zwedens NAVO-lidmaatschap plotseling te koppelen aan Turkijes toetreding tot de Europese Unie, een proces dat al jaren op z’n gat ligt. De weg naar toetreding moet geopend worden, sprak de president. Verschillende Europese leiders bewezen wat vage lippendienst, wat vooralsnog genoeg lijkt te zijn.

Lees ook: Erdogan laat de balans nu naar het Westen doorslaan

Amerikaanse F-16’s

Maar er speelt nog een andere kwestie. Turkije wil veertig F-16’s kopen van de Verenigde Staten, en een aantal pakketten om F-16’s die het al in bezit heeft te moderniseren. De Amerikaanse Senaat houdt die verkoop tegen. Dat heeft te maken met Turkijes aankoop van het Russische S-400-antiraketsysteem, maar ook met de manier waarop het Turkse leger F-16’s inzet, namelijk in een af en toe hoogoplopend dispuut met Griekenland over eilandjes in de wateren tussen beide landen. Dat moet stoppen voor er groen licht komt voor de F-16-verkoop, vindt senator Bob Menendez, die de Senaatscommissie voor Buitenlandse Zaken voorzit en een beslissende vinger in de pap heeft.

Ook deze kwestie raakt aan Koerdische belangen. Menendez sprak zich namelijk óók herhaaldelijk fel uit tegen Turkse agressie in Syrië, met name tegen de SDF, de militie die de belangrijkste lokale bondgenoot is in de strijd tegen ISIS. De SDF wordt aangevoerd door de Koerdische YPG, die – je verwacht het niet – door Turkije als terroristisch wordt gezien.

Nu herhaalde Menendez deze week dat Turkije moet stoppen met „agressie tegen zijn buurlanden”. Hij hintte erop dat Turkije op de goede weg is, want hij ontwaarde een „pauze” in die agressie. Als er garanties zijn dat de agressie niet opnieuw begint zodra de F-16’s geleverd zijn, geeft hij zijn zegen. Het is nogal spannend, want volgende week is de laatste week dat het Turkse parlement bijeenkomt voor het zomerreces, dat tot oktober duurt. Gaat Erdogan razendsnel Zwedens toetreding door het parlement jagen zodat die F-16’s geleverd worden, of moeten de VS eerst over de brug komen met die vliegtuigen en zal de president dán het parlement het bevel tot goedkeuring geven? Of, zoals een anonieme diplomaat het verwoordde in een stuk op Al-Monitor deze week: „Het is de vraag wie het eerst met de ogen knippert.”

De Koerden keken ervan op dat er blijkbaar een „pauze” was gedetecteerd in Turkijes agressie. In april nog probeerde Turkije de hoogste commandant van de SDF, Mazlum Abdi, uit te schakelen met een drone. Sindsdien zijn er vele aanvallen op SDF-leden én Koerdische politici in het autonoom bestuurde Noordoost-Syrië uitgevoerd, met doden tot gevolg. Dus: wélke pauze precies?

Handjeklap van de gevestigde macht

Wie Menendez’ woorden nog eens zorgvuldig las, zag dat hij weliswaar „buurlanden” (meervoud) zei, maar alleen Griekenland specifiek noemde. Mogelijk refereerde hij ook aan de situatie in Nagorno-Karabach, de Armeense enclave in Azerbeidzjan waar Azerbeidzjan vorig jaar nog met Turkse steun de wapens lieten kletteren. Menendez heeft naar verluidt veel Griekse en Armeense Amerikanen onder zijn aanhang.

Met andere woorden: het is lastig je aan de indruk te onttrekken dat Menendez de Koerden als wisselgeld gaat inzetten. Griekenland doet ertoe op NAVO-niveau, Armenië ook een beetje, maar een door Koerden bestuurde en verdedigde enclave in Noordoost-Syrië niet. Handjeklap, en de gevestigde macht gaat weer over tot de orde van de dag.

Als het erop aankomt, doen de Koerden er voor geen enkele internationale alliantie toe. Koerden in Koerdistan weten dat, Koerden in Zweden en elders in Europa ook. De Zweedse Koerden gaan niet met rust gelaten worden als Zweden NAVO-lid wordt. Het land verruilt zijn neutraliteit immers voor conformisme. Hoe dat eruit ziet, voelen vrijheidslievende Koerden in heel Europa aan de toenemende druk waaronder zij leven. Niemand hoeft eraan te twijfelen dat ze weer op het metaforische hakblok komen te liggen als Erdogans parlement volgende week nog niet ratificeert en het cynische krachtenspel rond Turkije, NAVO en de EU deze zomer onverminderd aanhoudt.

De Koerden hebben geen vrienden. Behalve de bergen.