Opinie | Het einde van de Pax Americana is in zicht

Het einde van de Pax Americana is nu in zicht. Dat klinkt wellicht als goed nieuws voor linkse tegenstanders van het ‘Amerikaans imperialisme’. Maar het is een radicaal-rechtse Amerikaanse president die bezig is dit tot stand te brengen, wat niet eens verbazend is: ‘America First’ is een oude leuze van rechts in de VS; internationalisme was meer iets voor Democraten. De vraag is nu hoe Amerikaanse bondgenoten, vooralsnog afhankelijk van Amerikaanse militaire steun, zullen reageren.

Er wordt nu heftig vergaderd in Brussel en elders, en de EU belooft meer geld vrij te maken voor hulp aan Oekraïne en Europese defensie. Europese leiders spreken stoere taal. Volgens Kaja Kallas, de topdiplomaat van de EU, heeft de ‘vrije wereld’ een nieuwe leider nodig en „wij Europeanen moeten die taak op ons nemen”. De Britse premier Keir Starmer noemt dit een „once-in-a-generation moment” en belooft samen met Frankrijk een vreedzame oplossing te vinden voor de oorlog in Oekraïne. Maar de meest opmerkelijke woorden klonken uit de mond van Friedrich Merz, de Duitse bondskanselier in spe, en tot voor kort een trouwe atlanticus. Een eensgezind Europa moet zich nu volgens hem „onafhankelijk maken van de VS”.

President Trump heeft de Amerikaanse steun aan Oekraïne stopgezet, Europese bondgenoten genegeerd, rechts-extremisme in Europa opgehitst, en de kant van Poetin gekozen. Wie weet wat hij nog in Azië van plan is. Het zou mooi zijn als de democratische landen in Europa en Azië deze gelegenheid zouden benutten om nieuwe allianties te smeden en voor hun eigen veiligheid te zorgen.

Evidente problemen

Dat dit eens moest gebeuren is duidelijk. Maar de problemen zijn al even evident. De EU is geen militaire alliantie. En een Frans-Brits initiatief om een „coalitie van bereidwilligen” te leiden is misschien een goed begin, maar nog lang niet in staat om de Amerikaanse aanwezigheid in Europa te vervangen. Zonder de VS betekent de NAVO niets meer. Het zal vele jaren kosten om een weerbaar Europees bondgenootschap te organiseren, en om dat tot stand te brengen moet het grootste en sterkste land in Europa de leiding nemen, en dat is Duitsland.

In 2011, sprak Radek Sikorski, de huidige Poolse minister van Buitenlandse Zaken, in Berlijn. Hij zei toen dat hij „zich minder zorgen maakte over Duitse macht dan over Duitse passiviteit”. Ik denk dat veel Europeanen in landen die ooit onder Duitse bezetting hebben geleden die mening nu delen. Maar veel Duitsers zelf misschien niet. Hun animo om nog eens op grote schaal naar de wapens te grijpen is beperkt. De Duitse militaire geest heeft al genoeg ellende veroorzaakt. En de AfD, nummer twee in de Duitse parlementsverkiezingen, wijst alle steun aan Oekraïne af en is, net als overigens de extreem-linkse partijen, uitgesproken Putinfreundlich.

Japanners hebben net als veel Duitsers weinig zin in militaire initiatieven

De situatie in Oost- en Zuidoost-Azië is nog lastiger. In tegenstelling tot Frankrijk en het VK, beschikken Aziatische bondgenoten van de VS niet over kernwapens. Er bestaat niet zoiets als een NAVO om de groeiende macht van China te controleren. De veiligheid van Japan is volledig afhankelijk van de VS. Voor Zuid-Korea, dat wordt bedreigd door Noord-Koreaanse kernwapens, geldt hetzelfde. En Amerikaanse steun is voor de landen van Zuidoost-Azië hard nodig om China van zich af te houden.

Taiwan, voortdurend door China bedreigd, heeft helemaal geen veiligheidsverdrag met de VS. Donald Trump maakt graag „deals”. Als hij bereid is om Oekraïne op te offeren voor een deal met Poetin, waarom zou hij dan het democratische Taiwan niet versjacheren om zaken te doen met Xi Jinping?

Een Aziatische veiligheidsorganisatie zou ook zonder de VS enige bescherming kunnen bieden tegen Chinese agressie. Democratische landen zoals Zuid-Korea, Taiwan, Indonesië, Maleisië en de Filippijnen, half-democratische landen zoals Singapore en Thailand, en zelfs een ondemocratisch land als Vietnam, zouden hieraan mee kunnen doen.

Oorlogsverleden

Het probleem is te vergelijken met dat van Europa. Alleen Japan zou beschikken over voldoende middelen om leiding te geven aan een Aziatische veiligheidsorganisatie. Maar aangezien Japan wordt geregeerd door een partij die nog steeds weigert om het oorlogsverleden openlijk te confronteren, zouden veel Aziaten daar moeite mee hebben. En ook de Japanners zelf hebben, net als veel Duitsers, weinig zin om nog eens militaire initiatieven te ondernemen.

Dat de Pax Americana misschien op zijn einde loopt is op zichzelf geen ramp. Waarom zouden de rijkste landen ter wereld niet voor hun eigen veiligheid zorgen? Het gaat meer om de manier waarop. Juist wanneer democratische landen worden geconfronteerd met een coalitie van vijandige dictaturen – Rusland, China, Iran, Noord-Korea – trekt hun enige beschermheer zich terug. Er blijft dan weinig tijd over om een serieuze collectieve defensie op te bouwen.

Ondanks alle ferme taal, zouden landen het in een vlaag van paniek over een heel andere boeg kunnen gooien. Mensen zijn terecht bang voor oorlog. Angstige leiders zouden daarom in plaats van in internationale verdragen, hun bescherming kunnen zoeken bij verschillende grootmachten: de Britten bij de VS, de Zuid-Koreanen en Zuidoost-Aziaten bij China, de Fransen, zeker als Marine Le Pen aan de macht komt, bij Rusland, en wie weet wat Duitsland doet. Japan zou, ondanks de publieke weerzin ertegen, naar kernwapens kunnen grijpen.

Het kan natuurlijk allemaal best meevallen; Europa krijgt zijn zaken op orde, Trump blijft de bondgenoten toch trouw, de VS blijven in Azië. Het zou echter fataal zijn hierop te rekenen. De democratische landen van Europa en Azië moeten zich schrap zetten. Maar om onze politieke vrijheden te behouden zijn we aangewezen op het leiderschap van de twee landen die ooit zo hun best hebben gedaan om die vrijheden te verpletteren: Duitsland en Japan.


Lees ook

Zonder de Amerikaanse paraplu zijn we weerloos

Een Duitse Taurus-raket wordt in juni 2024 tentoongesteld op een luchtshow in Berlijn.Foto Sean Gallup/Getty Images