Een populaire plek in Israël waar buitenlandse journalisten naar toe trekken om de psychologie van het land ná 7 oktober 2023 te laten zien ligt op een heuvel in Sderot. Die plaats geeft vanaf een heuvel uitzicht op Noord-Gaza. Er is daar een soort oorlogsuitkijkpunt ontstaan, met verrekijkers, en frisdrankautomaten voor ramptoeristen. Plaatselijk bekend als Uitkijkpost Sderot of Sderot Cinema.
De ontploffingen in Gaza zijn er te horen en te zien en de stofwolken van de ingestorte gebouwen. De plek trekt dagjesmensen die nieuwsgierig zijn naar wat de eigen media spaarzaam of nauwelijks tonen. Explosies en rookwolken leiden er tot instemming. Gaza is in de publieke opinie daar synoniem aan Hamas: vernietiging van de Palestijnen is het antwoord, zo is de stemming bij veel van deze bommenspotters.
Zoals bekend resulteerde dat sinds 7 oktober 2023 in oorlogsmisdrijven door Israël als genocide, uithongering, verdrijving, gerichte vernietiging van woningen, wegen, civiele infrastructuur, tienduizenden burgerdoden, aanvallen op hulpverleners en op journalisten. Tenminste 184 journalisten zijn er gedood, meer dan in enig andere oorlog, voor zover bekend. Van 17 van hen is bewezen dat zij gericht zijn aangevallen. Het is een verhaal dat binnen Israël niet zó wordt verteld, beleefd of zelfs maar gezien. Maar wel daarbuiten.
Voor buitenlandse tv-journalisten is Sderot ook een unieke stand-up-plek omdat ze daar het Israëlische perspectief kunnen laten zien en horen. En tegelijk de eigen kijkers kunnen bewijzen dat zij er niet in mogen. Het is absurd oorlogstheater.
Gaza is immers gesloten voor journalisten, tegen alle internationale regels in. Alle journalistieke beelden uit Gaza, alle live interviews die internationale media tonen worden daarom gemaakt door tussenkomst van lokale journalisten. Zij worden van afstand aangestuurd, kritisch geredigeerd en vaak gedetailleerd geïnstrueerd. Soms zelfs live door hun opdrachtgevers, telefonisch, tijdens interviews. Hun chefs zijn veelal correspondenten, persbureaus of buitenlandredacties. Die informatie wordt na ontvangst ook gecontroleerd, vergeleken, gewogen. De contacten zijn nauw en vaak persoonlijk, ook omdat ‘onze’ mensen ter plaatse grote risico’s nemen. Het vertrouwen is veelal ook gegroeid, juist door de vele kritische gesprekken.
Gaza kende een ontwikkelde lokale media-infrastructuur. Het is immers al jaren een conflictgebied, wat zorgde voor consequente vraag naar beelden, nieuws en interviews. Gaza kende tot de Israëlische aanvallen, een behoorlijk opgeleide lokale mediagemeenschap met kennis van de verhoudingen, taal, cultuur en geografie. Internationale media hebben van hun bemiddeling, beelden en productie, dankbaar en doorgaans verstandig gebruikgemaakt.

Uitzichtplaats Sderot op 8 juli, vanaf waar rook te zien is na Israëlische aanvallen op Noordelijk Gaza.
Foto Mostafa Alkharouf/Anadolu/Getty Images
Schokgolf
Dat is binnenkort dus voorbij. Het beeld gaat op zwart. De genocide bereikt nu de journalisten zelf. Zonder interventie zullen onze verslaggevers in Gaza sterven, deelde de vakbond van persbureau AFP deze week mee. Alleen, nous refusons de les voir mourir -– wij weigeren toe te zien hoe zij dood gaan, voegde het toe. Daarin klinkt wanhoop en woede door, die breed wordt gevoeld in de journalistiek. Op ‘interventie’ is immers geen zicht.
Agence France Presse is een wereldwijd persagentschap, dat in z’n lange geschiedenis eerder journalisten in het harnas verloor. Maar door hongersnood? AFP zegt daarover zelf: „Niemand van ons kan zich dat herinneren.” Toch is het nu zover. Op 19 juli gaf de fotograaf Bashar Taleb uit Gaza, ook werkzaam voor NRC, te kennen dat hij te verzwakt is om nog te kunnen lopen.
Dit zorgde voor een schokgolf in de journalistiek. Velen vragen zich af hoe ver te ver dit conflict nog kan blijven gaan. Hoe extreem moet of kan het nog worden. En soms ook: kun je zelf nog journalist zijn, als alle spelregels blijkbaar zijn opgezegd, niets er meer toe lijkt te doen en het einde nadert.
Wat betekent dan de aangekondigde dood door uithongering van een fotojournalist? Kúnnen we nog iets, als beroepsgroep? Kunnen we nog wel ‘door’ als dit gaat gebeuren? (Overigens probeert hij nog steeds beelden te maken, als hij kracht heeft.) Of leggen we het werk maar eens een poosje neer, uit machteloosheid en verdriet? Nádat we de minister brieven hebben bezorgd en in demonstraties meeliepen?
Putje van de beschaving
Gaza zit potdicht – er kan niemand in of uit. Lokale journalisten in levensgevaar evacueren, is vrijwel uitgesloten. Geld of voedsel overbrengen idem. Ook de vele duizenden zieken en gewonden mogen er niet weg. Noodkreten klinken er ook van Artsen Zonder Grenzen. De situatie is er „onacceptabel afschuwelijk”. We belanden hier dus in het putje van de beschaving. De strategie is behalve uithongeren, verdrijven en bombarderen dus het afknijpen van alle informatie – om ongestoord, niet geobserveerd Gaza te kunnen vernietigen.
Er lijkt sprake van het bijeendrijven van de resterende Palestijnen in – hoe dit te noemen – kampen, getto’s, met daarin uitgehongerde mensen. Met als mogelijke motieven verdrijving uit Gaza , ruimte maken voor nederzettingen van kolonisten, een Palestijnse staat met een houdbare economie verhinderen. Alles voor de veiligheid voor Israël. Hier dreigt dus een exodus van een etnische groep. En dus een tweede ‘Nakba’. Ongehoord en onvoorstelbaar, maar het komt steeds dichterbij.
Beschietingen in het grensgebied van de Gazastrook, 8 juli 2025
Beeld Reuters
Als Israël erin slaagt journalistieke verslaggeving hier buiten te houden, is dat behalve angstaanjagend ook uniek. Het brengt tevens het falen van het journalistieke vak als pijler van de rechtsorde dichterbij. Journalistiek in oorlogstijd gaat er nog steeds van uit dat perskaarten iets betekenen, dat ‘press’ op een scherfvest of een auto voor bescherming zorgt – dat oorlogvoering aan regels is gebonden, waarin proportionaliteit en humanitaire belangen meewegen. Als dat niet meer zo is kan een journalist dan nog zijn beroep uitoefenen? Of een hulpverlener, arts, verpleegkundige, etcetera?
Ongezien vernietigd
Zonder journalisten in het veld, die informatie verzamelen, verifiëren en verspreiden, live (letterlijk graag), weten slachtoffers zeker dat ze ongezien worden vernietigd. Professionele journalistiek, onafhankelijk, gericht op waarheidsvinding, evenwicht, transparant, corrigeerbaar – alles wat ‘de socials’ niet zijn – zorgt voor een rem op ieders handelen.
Journalistiek vormt immers het publieke geheugen, is een spiegel voor het individuele handelen. Ooit moet ieder rekenschap afleggen, al was het maar aan zichzelf. Journalistiek in een rechtsstaat is onmisbaar. Toegang tot betrouwbare informatie is niet voor niks een mensenrecht. Dat hoort onomstreden te zijn. En dat is het straks niet meer.
