Opinie | Excuses zijn mooi, maar nu de herstelbetalingen

De afgelopen jaren is de ene na de andere Nederlandse instelling de confrontatie met haar koloniale verleden aangegaan. Van musea en gemeenteraden tot de recente verontschuldigingen van de Nederlandse regering en de koning voor de rol van het land in de wereldwijde slavenhandel: Nederland lijkt er eindelijk klaar voor om af te rekenen met de wrede nalatenschap van zijn imperiale verleden.

Nederland is niet het enige Europese land dat zijn koloniale erfenis onder ogen ziet. De speciale VN-rapporteur voor de rechten van inheemse volken heeft er bij Denemarken op aangedrongen om de negatieve gevolgen aan te pakken van de kolonisatie van Groenland. En in het Verenigd Koninkrijk hebben enkele media, de Anglicaanse Kerk en steden als Manchester de harde waarheid erkend: hun rijkdom en macht zijn gebouwd over de ruggen en levens van tot slaaf gemaakte mensen.

Hoewel deze inspanningen terecht worden erkend als historisch, is er ook kritiek geuit op het gebrek aan overleg met de getroffen gemeenschappen en de kennelijke onwil om herstelbetalingen te doen. Niet toevallig kwam die als eerste van gemeenschappen uit de voormalige koloniën van de Nederlandse Cariben. De timing van de aankondiging van de excuses van de Nederlandse regering in december 2022 was „gehaast”, en getroffen bevolkingsgroepen werden, zo stelde de Curaçaose schrijver en dichter Jermain Ostiana in The Guardian, niet betrokken bij deze „eenzijdige aankondiging van bovenaf”.

Toeschouwers van de toespraak van de koning in het Amsterdamse Oosterpark op Keti Koti dit jaar bekritiseerden eveneens het gebrek aan concrete actie. Het is bij een symbolische verontschuldiging gebleven, terwijl uit recent onderzoek is gebleken dat het Huis van Oranje alleen al tussen 1675 en 1770 meer dan 500 miljoen euro aan kolonialisme en slavenhandel heeft verdiend.

Uitwissen van ervaringen

De verklaringen en verontschuldigingen gaan vaak voorbij aan de vraag wat herstel – door de Verenigde Naties omschreven als restitutie, compensatie, rehabilitatie en genoegdoening – zou moeten inhouden, waardoor deze spijtbetuigingen tandeloze gebaren van pseudo-verantwoordelijkheid worden. Dit draagt bij aan het risico van het uitwissen van de doorleefde ervaringen van de gemeenschappen die vandaag de dag nog steeds te maken hebben met de blijvende gevolgen van Nederlands kolonialisme en slavernij.

De excuses hebben voor discussies gezorgd en die helpen het publiek bewuster te maken van de verschrikkingen van het kolonialisme. Dit is urgent. Een paar jaar geleden bleek uit een Brits onderzoek dat slechts 6 procent van de Nederlanders dacht dat het voormalige koloniale rijk iets was om je voor te schamen; 50 procent meende dat dat iets was om trots op te zijn. Terwijl Nederlanders zichzelf graag zien als wereldwijde voorvechters van mensenrechten.

De geschiedenis zegt iets anders: met 250 jaar plundering, genocide en slavernij is het Nederlandse kolonialisme verantwoordelijk voor ontelbare gruweldaden in het Caribisch gebied, Suriname en Guyana, waar meer dan 600.000 mensen bruut werden uitgebuit als tot slaaf gemaakten in de kolonies. De Nederlandse bezetting van Indonesië werd gekenmerkt door martelingen van en massamoorden op burgers, door oorlogsmisdaden, waaronder het afslachten van meer dan 22.000 mensen in de genocidaal-koloniale campagne tussen 1899 en 1909, en door het vermoorden van meer dan 100.000 Indonesiërs in de Indonesische Onafhankelijkheidsoorlog van 1945-1949.


Lees ook
Laat historisch rechtsherstel onderdeel zijn van een hernieuwd verhaal van Nederland

Nee, excuses voor het slavernijverleden is geen ‘woke’ ideologisch project

Excuses maken is cruciaal om de Nederlandse geschiedenis en het publieke debat verder te dekoloniseren – het elimineren van de sporen van het kolonialisme in ons denken over geschiedenis. Het feit dat dit plaatsvindt in de meest eerbiedwaardige instellingen van Europa – koninklijke paleizen, musea, grote bedrijven en mediaconglomeraten – is het resultaat van de niet aflatende inspanningen van activisten en gemeenschappen, erop gericht dat de geschiedenis niet onder het tapijt wordt geveegd. Maar we moeten op onze hoede zijn voor wat de Amerikaanse filosoof Olúfémi O. Táíwò „elite capture” noemt, waarbij potentieel transformerende en bevrijdende begrippen worden ontdaan van hun radicale inhoud en worden toegeëigend door de politieke elite. Bij ‘herstel’ gebeurt dat nu dus al.

Blijvende impact

Geen van de recente erkenningen en verontschuldigingen doet zelfs maar een poging om de levende erfenis van slavernij, kolonialisme en imperialisme aan te pakken, niet in Nederland en niet in de voormalige koloniale gebieden. Sterker nog: tot op de dag van vandaag zit de Nederlandse regering in Colleges financieel toezicht voor overheidsuitgaven van ‘autonome’ voormalige koloniën. Het economisch uitzuigen van die koloniën heeft catastrofale gevolgen gehad, met een blijvend negatieve impact op gemeenschappen. Zoals op Curaçao, waar Shell met olieraffinaderij Isla een „giftige erfenis van ecologische nachtmerries” heeft achtergelaten, zoals onderzoekers hebben vastgesteld.

Het kolonialisme is nog elke dag zichtbaar in onze samenleving in de vorm van structureel racisme. De excessieve vervolging van mensen met een migratieachtergrond door de politie, de onevenredig mate waarin mensen met een Turkse, Marokkaanse, Surinaamse of Antilliaanse achtergrond discriminatie op de werkvloer ondervinden, het institutioneel racisme in de sociale dienstverlening en de onophoudelijke politieke aanvallen op de rechten van migranten, asielzoekers en vluchtelingen maken allemaal deel uit van de erfenis van het racistische imperialisme waarop de moderne Nederlandse samenleving, en haar rijkdom, is gebouwd.


Lees ook
Arnon Grunberg: Herstelbetalingen zijn bittere noodzaak

Excuses voor misstanden zijn niet genoeg, herstelbetalingen zijn bittere noodzaak

Officiële verontschuldigingen kunnen als een goed startpunt dienen, maar mogen niet gebruikt worden om echte verantwoording voor de wreedheden van het koloniale verleden en de doorwerking daarvan in het heden te ontlopen. We kunnen pas een rechtvaardigere toekomst tot stand brengen wanneer we eerst tegemoetkomen aan de meest dringende behoeften van gemeenschappen die worstelen met de blijvende erfenissen van het kolonialisme. Behalve dat de staat herstelbetalingen moet doen aan de groepen die de negatieve effecten van het koloniale verleden hebben ervaren, betekent dit dat we de ongelijke machtsstructuren moeten ontmantelen, in onze rechts-, onderwijs-, gezondheidszorg- en politieke systemen, en ook op onze werkplekken en bij openbare diensten. Het doel van restitutie, compensatie, rehabilitatie en genoegdoening is niet om een streep te zetten onder historische gebeurtenissen, maar om te helpen een betere wereld op te bouwen.