Opinie | De machteloosheid van Generatie-Sok

Afgelopen Bevrijdingsdag heb ik mijn vrijheid gevierd door naar een koffiebar te gaan. Hoewel er heus betere manieren zijn om de vrijheid te vieren, voelde de wandeling naar het koffietentje die ik drie keer per week maak toch bijzonder. Wie weet kon ik zonder het verzet van onze dappere voorouders nu helemaal niet kiezen uit twintig soorten filterkoffiebonen uit Rwanda, en moest ik per se altijd koffie van het Duitse merk Käfer drinken.

Naast de zakken met koffiebonen die de koffiebar voor astronomische prijzen verkoopt, lagen nu ook speciale sokken die de koffiebar had laten maken. Daarop stond afgedrukt: ‘Fuck Fascism’, ‘Fuck Wilders’, ‘Fuck Oppression’. Een paar kostte zestien euro – daar kan ik een week lang van avondeten. Desondanks heb ik op de terugweg naar huis de provocerende politieke statements trots om mijn zweterige voeten gedragen.

Nu het enthousiasme van mijn impulsaankoop plaats heeft gemaakt voor een beetje ratio, ben ik gaan twijfelen of ik wel zo activistisch ben als de sokken mij doen lijken. Ten opzichte van verzetshelden die stierven voor de vrijheid van anderen – misschien wel de grootste daad van politiek activisme – is het dragen van een paar sokken met ‘Fuck Zus en Zo’ erop ronduit lachwekkend. Nee: schijnheilig.

Heilig, want de tekst op de sokken impliceert activisme. Maar toch schijn, want een paar sokken gaat de wereld allesbehalve veranderen. Schijnheilig in z’n totaliteit, want als ik eerlijk ben, is mijn aankoop emotionele compensatie voor het feit dat ik, op het ondertekenen van wat online petities na, weinig politiek activistisch ben. Zelfs op Instagram deel ik mijn politieke mening niet, omdat ik bang ben om andersgestemden als volgers kwijt te raken – en ja, daar schaam ik me rot voor.

Moeite

De waarheid is helaas ook dat ik niet de enige ben, bleek in 2023 uit onderzoek van de Erasmus Universiteiten het Hot Politics Lab. Ze ondervroegen jongeren en jongvolwassenen en kwamen er – kort gezegd – achter dat de bereidheid voor politiek activisme afneemt, naarmate dat activisme meer moeite kost. Voor geld doneren was het meeste animo (72 procent), voor activisme op sociale media alweer minder (52 procent). Ongeveer een kwart van de respondenten zou demonstreren, en voor lid worden van een politieke partij was het minste enthousiasme (16 procent).

Geen Gen-Z, maar Gen-Sok: een generatie wier politiek activisme gereduceerd is tot financiële transacties, zoals de aanschaf van sokken met provocerende tekst, en die dusdanig opgegroeid is in vrede dat ze geen urgentie voelt zich in te zetten voor politieke verandering. Door dat privilege hebben we als het ware gigantische oogkleppen opgezet voor de invloed die politiek activisme wel degelijk kan hebben op de levens van anderen.

Ze praten niet met ons, dus gaan we ook niet stemmen

Gelukkig kunnen we die oogkleppen wegnemen.

Meer moeite moeten doen, levert zoals gezegd ook minder bereidheid op voor politiek activisme. Je kunt dat ook anders interpreteren: hoe meer je offline iets moet ondernemen voor een bepaalde manier van activisme, hoe minder jongeren geneigd zullen zijn dat te doen.

En zo ontstaat er opeens een kans. Uit hetzelfde onderzoek blijkt namelijk óók dat sociale media de belangrijkste nieuwsbronnen van jongeren zijn. Zowel traditionele media (denk aan NOS Stories) als zelfstandige journalisten zijn op onder meer Instagram actief om politiek nieuws behapbaar te maken voor een jonger publiek.

Tekortkoming

Ook politieke instanties zelf moeten oprecht hun best doen om via sociale media jongeren te bereiken. ‘Oprecht’ betekent hier: vanuit de intentie om in de praktijk ook echt iets met onze stem te doen. Als voor meer jongerenparticipatie de overlegstructuur in de gemeenteraad op de schop moet, dan moet dat maar. Uit het onderzoeksproject Link Jong Amsterdam, naar politieke participatie van jongeren, komt juist deze tekortkoming van de politiek naar voren als oorzaak voor het gebrek aan politieke participatie. De gedachte bij veel jongeren is: ze praten niet met ons, dus gaan we ook niet stemmen.

Misschien was de aankoop van mijn sokken dan ook geen schijnheiligheid, maar eerder een uiting van machteloosheid. Ik kocht het gevoel dat mijn stem ergens thuishoort.

En wie weet zouden we, als we meer betrokken worden bij de politiek, zomaar bereid kunnen zijn in een toekomstige oorlog ons leven op het spel zetten voor anderen. Omdat we onze oogkleppen dan hebben afgezet.

Tot die tijd draag ik mijn sokken toch maar. Want Fuck Alles en Iedereen dat me zo machteloos laat voelen.