Opinie | De Britten nemen afscheid van steenkool

Het einde van een tijdperk. Het land waar de Industriële Revolutie begon, gebruikt sinds deze week geen steenkool meer om stroom te genereren.

In 1882 opende in de Britse hoofdstad Londen de eerste centrale ter wereld waar elektriciteit werd opgewekt door steenkool te verbranden. En afgelopen maandag schoof de laatste lading steenkool een elektriciteitscentrale in Midden-Engeland in. In Ratcliffe-on-Soar stond de laatste steenkoolcentrale van het land en die is nu gesloten.

Tegelijk sloot deze week de laatste traditionele hoogoven van de Tata Steel-fabriek in Port Talbot, Wales. En als binnenkort ook de laatste hoogovens in Scunthorpe dichtgaan, heeft het Verenigd Koninkrijk officieel geen eigen productie van hoogwaardig staal meer. Er komen elektrische smeltovens voor in de plaats. Veel minder vervuilend, want die maken van schroot nieuw staal. Dat is alleen ook minder sterk dan ‘vers’ staal.

Altaar van net zero

Deze steenkool-gerelateerde-nieuwsfeiten maakten veel los in het VK. De sluiting van de centrale in Ratcliffe werd gevierd in de Britse media – over het algemeen. „Dit is wereldwijd leiderschap, dat andere landen de weg wijst”, citeerde The Guardian een directeur van een energiedenktank. „Je hebt iemand nodig om naar te wijzen: ‘Kijk, zij kunnen het, waarom wij dan niet?’”, haalde omroep BBC een voormalig minister van milieu aan. Het VK is de eerste van de zeven grootste economieën die dit is gelukt.

Waarom moeten de Britten zo nodig voorop lopen in de overgang naar duurzamere energie, als de energieprijzen hier hoger liggen dan in vergelijkbare landen? De industrie betaalt voor stroom ongeveer een derde meer dan in Frankrijk en zelfs bijna vier keer zoveel als in de Verenigde Staten. Ook voor huishoudens zijn de prijzen hoger dan gemiddeld. „En dit zijn gegevens van vorig jaar, vóórdat Ed Miliband zelfs maar was begonnen aan het versneld terugdringen van de CO2-uitstoot”, mopperde het rechtse tijdschrift The Spectator. Ed Miliband is minister van milieu in de nieuwe Labour-regering, die in juli begon.

Bekend argument is dat in onzekere tijden als nu, met zoveel internationaal conflict, het beter is om niet te afhankelijk te zijn van import. „We doeken industrieën op die cruciaal zijn voor onze zelfredzaamheid en waar onze bouw en industrie vanaf hangen”, constateerde columnist Matthew Lynn in het rechtse The Daily Telegraph. „Beide industrieën worden geofferd op het altaar van net zero.”

Geholpen door rechtspraak

Regeringspartij Labour wil in 2030 een klimaat-neutrale elektriciteitsvoorziening en in 2050 moet de hele samenleving op ‘netto nul’ CO2-uitstoot uitkomen. In 2023 kwam nog ongeveer 32 procent van de elektriciteit uit gasgestookte elektriciteitscentrales – windmolens leverden 29,4 procent van de stroom.

Bij die doelen werd Labour geholpen door de rechtspraak, in een derde steenkool-nieuwtje. Afgelopen zomer trok de regering de vergunningen voor een nieuwe steenkolenmijn in Cumbria in – die voorgaande Conservatieve ministers hadden afgegeven – en ze kreeg daarin gelijk van de rechter. Bij nieuwe energieprojecten moeten niet alleen emissies van het winnen van de brandstof meetellen, maar ook de uitstoot die vrijkomt bij het verbranden ervan. Oók als de steenkool geëxporteerd wordt.

Rond de exploitatie van enkele gas- en olievelden in het Britse deel van de Noordzee lopen ook rechtszaken, aangespannen door milieubeweging Greenpeace. Op basis van die redenering van de rechtbank, over het meetellen van schadelijke uitstoot, heeft Labour al gezegd dat zij het afgeven van de vergunningen niet meer gaan verdedigen en dus is de kans klein dat exploitatie nog doorgaat. Wie weet, slaagt het VK er inderdaad in om tegen 2030 geen fossiele brandstoffen voor elektriciteitsopwekking meer te gebruiken.