Opening van theaterfestival De Parade in Rotterdam: harpen, hakken en hoorspelen

‘Zondag – ik dacht, godverdomme, mooie zondag”, leest leadsinger Theo Wesselo voor van een papiertje. „Bleek het zaterdag te zijn. Is dat de enige die ik bij me heb?” Terwijl hij zijn zakken afzoekt naar een ander geintje, haast performer Gerard Olthaar zich de vloer op in oberkostuum, om de bandleden van Hausmagger een dienblad met hoge glazen water voor te schotelen. „Dit heb ik niet besteld”, roept Wesselo, maar veel tijd om daarbij stil te staan is er niet; er moet nu dringend in plat Rotterdams over de liefde worden gezongen. Wesselo: „Alleen een megaklojo heeft een hartje als een jojo.”

In vergelijking met de rest van het Rotterdamse festivalterrein is het vrijdagavond 21 juni druk en rumoerig in het Torenzaaltje waar Hausmagger optreedt. Dat komt ongetwijfeld ook doordat bezoekers die hun kaartje braaf aan Olthaar wilden laten zien, begroet werden met een goedgemutst: „Ja ja, ik geloof ’t wel.” Zo werd het korte optreden van de ongrijpbare band – een van de laatste acts van de avond – een vrij toegankelijk feestje, zowel voor de tickethebbende als de ticketloze medemens.

Voor het eerst ging het rondreizende theaterfestival in twee steden tegelijk van start: naast Rotterdam stond vrijdag ook in Eindhoven een zweefmolen klaar om bezoekers in het midden van het festivalterrein rondjes door de lucht te laten vliegen, met zicht op de kleurrijke theatertenten. Dat het festival in Rotterdam relatief rustig was, heeft er wellicht mee te maken dat het daar vier jaar afwezig geweest, en dat De Parade hier even opnieuw moet gronden.

Robot met sprankje emotie

Aan het sterke programma lag het in ieder geval niet. Zo ging de geslaagde samenwerking tussen Remy van Kesteren en het ISH Dance Collective in première: Animatronics | Man x machine. Bij aanvang van de voorstelling staan drie dansers als robots in slaapstand te wachten tot ze worden geactiveerd door Van Kesteren, die op zijn twee verschillende sokken doet denken aan een verstrooide professor in een futuristisch lab. Met elektronische muziek en live harpmuziek laat hij de robots dansen naar zijn wil – tot op hun blanco gezichten sprankjes emotie verschijnen, en de grenzen tussen mens en machine vervagen.

Van Kesterens klanken komen prachtig samen met de choreografie die Marco Gerris samen met de dansers maakte: soms overtuigend mechanisch, soms doorvoeld en vloeiend. Dat geheel komt des te beter tot zijn recht door de visuals van Jurjen Alkema, die voor de voorstelling een orkest van dertig analoge muziekrobotjes ontwierp.

Ook in Reboot wordt gespeeld met techniek. Tweemanscollectief Urland (bestaande uit sound designer Tomas Loos en acteur Thomas Dudkiewicz) brengt een live hoorspel ten tonele: door koptelefoons luistert het publiek naar een geestige spoedcursus storytelling, die ontspoort in een existentieel experiment wanneer het voorbeeldpersonage dat Dudkiewicz ter plekke creëert (‘Lucy’) plots tegen haar schepper begint te praten, en daarbij discussies over plotlijnen niet schuwt.

Die premisse leidt tot een grappige en originele voorstelling. En zelfs op de momenten dat het herhaaldelijk herstarten (of ‘rebooten’) van de voorstelling net te veel een trucje dreigt te worden, blijft het aangenaam om naar de fantastische stem van Dudkiewicz te luisteren en te zien hoe Loos voor je ogen de sound effects creëert die door je koptelefoon klinken.

Die koptelefoons mogen opnieuw op voor Gabbers waren we, van regisseur Olivier Diepenhorst. Tegen een achtergrond van gabberhouse hoor je de gedachten van drie bevriende tieners in een nachtclub, kunstig verbeeld door drie dansers op een rokerig toneel. Terwijl er wordt gehakt en gefeest denkt het trio aan heel andere zaken en blijken ze ieder te worstelen met hun eigen onzekerheden. Veel plot is er niet, maar dat is ook niet nodig: de voorstelling ontroert al genoeg als eerlijk inkijkje in de hoofden van drie jonge gabbers.

Wie na alle 160 BPM-weldaad nog behoefte heeft aan een andersoortig muziekje om de avond mee af te sluiten, kon dus terecht in de overvolle tent van Hausmagger. Waarbij het eigenlijk wel de bedoeling is dat je een kaartje koopt.

De Parade is t/m 29/6 te zien in Eindhoven en t/m 30/6 in Rotterdam. Daarna in Den Haag (5 t/m 21/7), Utrecht (26/7 t/m 11/8) en Amsterdam (16/8 t/m 19). Info: deparade.nl