Op zoek naar de jas die de tragische Palestijnse geschiedenis illustreert

The Jacket, volgens de Belgische regisseur Mathijs Poppe „een documentaire die de tools van fictie gebruikt”, volgt de in ballingschap levende Jamal Hindawi. Zijn gezin verblijft in vluchtelingenkamp Shatila in de Libanese hoofdstad Beiroet. Poppe ontmoette de Palestijnse theatermaker toen hij vrijwilliger was in Shatila, waar hij ook zijn afstudeerfilm uit 2017 situeerde. Die ging over de droom van vluchtelingen ooit terug te keren naar Palestina. The Jacket, dat vorig jaar tijdens IDFA in première ging, is er een logisch vervolg op.

„Ze zullen niet stoppen”, zijn de profetische woorden die Jamal uitspreekt als hij op het nieuws ziet dat Israëli’s een Palestijns gezin uit hun huis in Israël zet – nieuws van vóór 7 oktober 2023. Het is voor Hindawi extra pijnlijk omdat het herinnert aan de Nakba (‘de ramp’), de periode tussen 1947 en 1949 tijdens de stichting van de staat Israël waarin Palestijnen met geweld verdreven werden uit mandaatgebied Palestina, waarbij hun land en bezittingen werden afgepakt. De Nakba is ook de reden dat Hindawi in Libanon woont, waarheen zijn ouders in 1948 vanuit Jaffa (bij Tel Aviv) vluchtten. In Libanon wonen veel ontheemden, zowel oude als nieuwe. In The Jacket ontmoet Hindawi bijvoorbeeld enkele Syriërs die tijdens de Syrische burgeroorlog naar Libanon trokken.

Jamal repeteert een toneelstuk waarbij een jas met kleurrijke lappen erop een grote rol speelt. Het rekwisiet staat symbool voor de tragische Palestijnse geschiedenis, waarin diverse landen (de gekleurde lapjes) hun kwalijke sporen achterlieten. Als die jas – hun gezamenlijke geschiedenis – kwijtraakt, gaat Jamal op zoek naar het symbolische theater-attribuut. Tijdens zijn zoektocht ontmoet hij ontheemden zoals hijzelf, onder wie een Syriër die naar Irak wil om iets meer te verdienen dan in het straatarme Libanon, waar het „ondraaglijk is geworden” door de beroerde economische omstandigheden. Om dit te illustreren voegt Poppe een scène toe, waarin Hindawi in een ov-busje zit, die alleen als doel heeft iemand te laten zeggen dat de benzine zo duur is geworden – deze expliciete scène schuurt met de rest van zijn film.

Pas in de climax, een mooi telefoongesprek tussen Jamal en zijn in het Engelse Bristol studerende dochter, toont Poppe zijn filmische kwaliteiten met een prachtig zwevend shot langs huizen in Beiroet, waarbij oplichtende televisies de (meestal boze) buitenwereld tonen.