Oostenrijk is nog altijd het Russische ‘vliegdekschip’ in Europa


Diplomatie Ook tijdens de oorlog in Oekraïne blijft Oostenrijk zijn banden met Rusland koesteren. „Het land strijkt andere landen het liefst zo min mogelijk tegen de haren in.”

De Oostenrijkse politiek is innig verbonden met Ruslands Poetin, zoals bleek op het huwelijk van Karin Kneissl, destijds minister van Buitenlandse Zaken.
De Oostenrijkse politiek is innig verbonden met Ruslands Poetin, zoals bleek op het huwelijk van Karin Kneissl, destijds minister van Buitenlandse Zaken.

Foto Roland Schlager/EPA

Hij is 39 jaar, heeft de Griekse nationaliteit en woont in Wenen. Vlak voor Kerst werd bekend dat de Oostenrijkse justitie onderzoek doet naar zijn mogelijke spionageactiviteiten voor Rusland. De Griek, wiens Russische vader onder diplomatieke cover ook voor de Russische inlichtingendienst GROe werkte, zou vaak naar Moskou zijn gereisd en diverse trips hebben gemaakt binnen de Europese Unie. Hij is niet gearresteerd, maar is op vrije voeten. Wat de man precies zou hebben gedaan, maken de autoriteiten in Wenen niet bekend. Of hij wordt vervolgd of uitgewezen evenmin.

Zulk nieuws is in Oostenrijk zeldzaam. Andere EU-landen hebben, zeker sinds de Russische invasie in Oekraïne in februari, veel Russische diplomaten uitgewezen wegens spionage. In Oostenrijk zijn het er welgeteld vier, terwijl Wenen al sinds de jaren vijftig bekendstaat als dé spionagehoofdstad van Europa – de stad waarin Graham Greenes spionageroman The Third Man speelt.

Er zijn maar liefst 290 Russische diplomaten in Wenen geaccrediteerd onder wie, vermoedt men, veel geheim agenten. Toch wordt er zelden een Russische spion in de kraag gevat, omdat Oostenrijk geen strikte spionagewet heeft en het van alle EU-landen waarschijnlijk de innigste banden heeft met Rusland. Banden die Oostenrijk blijft koesteren, ook tijdens de oorlog in Oekraïne.

Wenen is een van ’s werelds grotere internationale diplomatensteden. De Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE) zit er, net als VN-organisaties als het atoomenergie-agentschap IAEA. Elk land stuurt hier veel diplomaten naartoe, bilateraal en multilateraal. Dat maakt het makkelijker om in Wenen geheim agenten onder diplomatieke dekmantel – met immuniteit – te accrediteren dan in, zeg, Luxemburg, waar het corps diplomatique klein is.

Net als in België, waar ook veel diplomaten zijn gestationeerd, is spionage in Oostenrijk toegestaan, behalve als het Oostenrijkse belangen schaadt. De verdachte Griek heeft het waarschijnlijk nogal bont gemaakt, als hij justitie op zijn dak krijgt. „Oostenrijk strijkt andere landen het liefst zo min mogelijk tegen de haren in”, verklaart Thomas Riegler, veiligheidsexpert bij het Austrian Center for Intelligence, Propaganda and Security Studies in Graz.

Russische zone

Dat gaat zeker ook op voor Rusland, al sinds het eind van de jaren veertig. In 1945 werd Oostenrijk weer losgemaakt van het verslagen Duitse Rijk waar het zich zelf na een referendum bij had aangesloten, en werd het onder een afzonderlijk tijdelijk, geallieerd regime geplaatst. Frankrijk, de Verenigde Staten, Engeland en Rusland deelden Oostenrijk in vier bestuurlijke zones op.

Het Rode Leger vertrok pas midden jaren vijftig, later dan de andere drie, uit de Russische zone. Dat was uitzonderlijk, want in Oost-Duitsland en andere delen van Europa bleef het aanwezig. Die terugtrekking gebeurde op één voorwaarde: Oostenrijk moest neutraal blijven. West-Duitsland zat bij de NAVO, net als Italië. Oostenrijk mocht van Moskou onafhankelijk worden, mits het net als Zwitserland neutraal bleef – en de NAVO-lijn van noord naar zuid zou doorbreken.

Na de ravage van twee wereldoorlogen en een burgeroorlog in de jaren dertig kostte het Oostenrijkers weinig moeite om dat te beloven. Oudere Oostenrijkers kunnen nog vertellen hoe bang ze tijdens de Koude Oorlog waren dat de Russen terugkwamen. Nog altijd is die vrees niet verdwenen. „Je trapt de Russische beer niet op zijn staart”, luidt een populair Oostenrijks gezegde.

Daarom durfde Oostenrijk pas na de ineenstorting van de Sovjet-Unie lid te worden van de Europese Unie (in 1995). Neutrale landen als Zweden en Finland vroegen meteen na de Russische inval in Oekraïne het lidmaatschap van de NAVO aan. In Oostenrijk blijft die discussie uit. Het klampt zich aan zijn neutraliteit vast, zelfs als andere EU-landen dit als partijdigheid voor Rusland zien.

Neutraliteit

Neutraliteit zit in het Oostenrijkse dna. Als neutraal land werd het rijk en vreedzaam. In Wenen, dat dichter bij de Oekraïense dan bij de Zwitserse grens ligt, vreest men dat de bloedige historie terugkomt als het land zijn neutraliteit opgeeft. Dus blijft men aardig doen tegen Rusland.

Als oost en west in harmonie zijn, floreert Oostenrijk als land dat ertussen ligt. Na de val van de Muur, in 1989, boerden Oostenrijkers goed. Ze gidsten West-Europeanen door Oost-Europa en Oost-Europeanen door West-Europa.

Kanselier Karl Nehammer na zijn ontmoeting met de Russische president Poetin, in april van dit jaar.

Foto Dragan Tatic/EPA

Maar als oost en west clashen, zoals nu, worden ze zenuwachtig. Ze zijn bang dat ze moeten kiezen en klampen zich vast aan hun ‘brugfunctie’ naar Oost-Europa en aan dialoog, tot elke prijs. Zo reisde de conservatieve kanselier Karl Nehammer na de invasie van Oekraïne als bij reflex naar Moskou om te onderhandelen. Waarover weet niemand: hij kwam met lege handen thuis.

Diverse bronnen vertellen, anoniem uiteraard, dat er in Wenen soms Russen uit de bezette Donbas opduiken, die door auto’s van de Russische ambassade naar discrete diners worden gereden met Oostenrijkse politici, zakenlui en intellectuelen. De dinergasten zinspelen op „provocaties van de NAVO jegens Rusland”, of Amerika dat „Oekraïne heeft opgezet tegen Rusland”. Die standpunten zijn gangbaar in Oostenrijk. Een burgemeester van Nehammers partij ÖVP in Neder-Oostenrijk schreef er zelfs traktaten over in een lokale krant. Zelfs de Groene president Alexander van der Bellen zegt dit soort dingen weleens, volgens insiders. Niet vreemd, in een land waar anti-Amerikanisme weliger tiert dan elders in Europa.

Wat meespeelt, is dat Rusland en Oostenrijk economisch sterk verknoopt zijn. Tot 1956 kweekten de Sovjets allerlei zakenbelangen in ‘hun’ Oostenrijkse bestuurlijke zone. Toen ze vertrokken, kreeg Oostenrijk de opdracht om daarvoor – net als voor het Heldendenkmal der Roten Armee, het potsierlijke Sovjetmonument in Wenen – „goed te zorgen”.


Lees ook: Hoe Oostenrijk de kop-in-het-zand-stekerij tot kunst verhief

Nieuwe Oostenrijkse regeringen reisden tot voor kort altijd naar Moskou voor overleg. De extreemrechtse FPÖ sloot in 2016 zelfs een vriendschapsverdrag met Poetins partij. Voor de sancties waren de grootste buitenlandse banken in Rusland Oostenrijks. Energiebedrijf ÖMV werd in 1950 door de Sovjets opgericht. Oostenrijk tekende in 1968 als eerste westers land een gascontract met Moskou en blijft tot 2040 afhankelijk van Russisch gas: in 2018 tekende president Poetin in Wenen de laatste Gazprom-megadeal met toenmalig kanselier Sebastian Kurz.

Poetin kwam vroeger vaak skiën in Oostenrijk, vergezeld van Oostenrijkse zakenlui en politici. Oud-kanseliers als Wolfgang Schüssel, Christian Kern en Alfred Gusenbauer stonden afgelopen februari nog op de loonlijst van Russische energiebedrijven als Gazprom en Rosneft. Oud-minister Karin Kneissl, die op haar bruiloft Poetin als eregast ontving, kreeg een half miljoen euro per jaar van Rosneft. „Oostenrijkers steken liefst de kop in het zand”, zegt veiligheidsexpert Riegler. „We steunen de sancties, maar vanwege de afhankelijkheid van Russisch gas en de historische banden wil men in sommige politieke en economische kringen zo snel mogelijk terug naar business as usual.”

Emil Brix, oud-ambassadeur voor Oostenrijk in Moskou, haalde laatst in een podcast over het Oostenrijkse Putin-Verstehen de Tsjechische schrijver Milan Kundera aan, die in de jaren tachtig een van zijn romanfiguren liet zeggen dat Europa zijn eigen rechten niet meer verdedigt ten opzichte van Rusland. „Dit speelt nu weer”, zei Brix – en wel in Oostenrijk.

Een poster van de politie toont een lid van de raad van bestuur van de Duitse betalingsprovider Wirecard AG, Jan Marsalek.

Foto Clemens Bilan/EPA

Wirecard-schandaal

Oostenrijk doet bijvoorbeeld amper onderzoek naar de hoofdverdachte van het schandaal rond het Duitse Wirecard (fintechbedrijf dat in 2020 failliet ging). Dat is Jan Marsalek, een Oostenrijker met connecties bij de Oostenrijkse veiligheidsdienst, het ministerie van Defensie én de Russische geheime dienst. Marsalek, die journalisten eens documenten toonde over de Skripal-vergiftigingszaak die van westerse inlichtingendiensten kwamen. Hij is na het Wirecard-faillissement naar Rusland gevlucht. Dit beschadigde het vertrouwen van EU-landen in Oostenrijk zodanig dat Wenen terugtrad uit de Club van Bern, het overleg tussen de 27 EU-veiligheidsdiensten. De Oostenrijkse veiligheidsdienst BVT is sindsdien hervormd, maar twijfels over Oostenrijkse lekken naar Moskou bestaan in de EU nog steeds.

Die twijfels zullen niet gauw verdwijnen, wat er ook met de ‘Griekse’ geheim agent gebeurt die nu wordt onderzocht. Zoals de Financial Times dit jaar schreef: Oostenrijk blijft het ‘vliegdekschip’ voor Russische spionage in Europa. Op de Russische diplomatieke compound in Wenen (gebouwd onder Sovjet-leider Andropov), vlak bij de VN-gebouwen, verrijzen immense schotelantennes. Oostenrijkse kranten speculeren dat Rusland, nu de mondiale spanningen stijgen en landen weer meer bespioneren, ook in Wenen zijn activiteiten opvoert. Gezien de lange historie tussen beide landen lijkt dat geen voorbarige conclusie.

Naschrift (28 december 2022): Oostenrijk werd in een eerdere versie van dit artikel omschreven als ‘nazi-vazalstaatje’. Het maakte echter na de Anschluss in 1938 tot het einde van de Tweede Wereldoorlog deel uit van het Derde Rijk.