De eerste twee maanden van Trumps tweede presidentstermijn stemden Beijing misschien nog voorzichtig optimistisch. Hij legde weliswaar al tweemaal 10 procent importheffing op Chinese producten, maar dat was nog altijd een stuk minder dan de 60 procent waarmee hij dreigde tijdens zijn verkiezingscampagne. Nu, na de Amerikaanse aankondiging van hoge importheffingen op producten uit vrijwel de hele wereld, nadert de invoerlast voor China – ten minste 54 procent – alsnog dat percentage.
Trump kondigde woensdag in de tuin van het Witte Huis een extra invoerheffing aan van 34 procent op alle Chinese waar. Daarnaast gaat een reeks gerichte heffingen in die hij eerder aankondigde: 25 procent op staal en aluminium, 25 procent op auto’s en auto-onderdelen. Ook maakte de president woensdag een eind aan de belastingvrije status van postpakketten met een waarde tot 800 dollar. Die maatregel was eerder een tijdje van kracht, maar leidde tot chaos bij de Amerikaanse posterijen. de herintroductie treft vooral Chinese webwinkels als Temu en Shein hard.
Het Chinese ministerie van Handel beschuldigde de VS donderdag van „typisch unilateraal pestgedrag” en „protectionisme” en riep Washington op van de heffingen af te zien. De kans is klein dat de VS hiernaar luisteren; onderhandelen over lagere tarieven lijkt dan vrij nutteloos.
Weinig ruimte
Na eerdere heffingen reageerde China relatief terughoudend. Het besloot tot beperkte heffingen op enkele categorieën Amerikaanse producten, zoals landbouwvoertuigen. Zo hoopte het ruimte te laten voor overleg en een akkoord met de VS. Nu lijkt zo’n diplomatieke oplossing niet in zicht; de spanningen tussen beide landen zijn alleen maar opgelopen.
China en de Verenigde Staten ruziën nog altijd over de bestrijding van fentanyl. Eerdere heffingen kreeg China opgelegd omdat het te weinig zou doen tegen de toestroom van bestanddelen van deze zeer verslavende drug naar de VS. Ook legde Washington deze week sancties op aan zes Chinese functionarissen vanwege hun rol bij onderdrukking in Hongkong.
China op zijn beurt lijkt de verkoop van havenactiviteiten van het Hongkongse CK Hutchison aan de Amerikaanse vermogensbeheerder Blackrock te blokkeren. Het stelde mededingingsonderzoek in naar de deal.
De Amerikaanse minister van Financiën reageerde woensdag na presentatie van de heffingen afhoudend op vragen over de ruimte voor onderhandelingen en waarschuwde voor represailles: „Als je niet terugslaat, is dit het hoogste tarief.”
Tegenmaatregelen kondigde het Chinese ministerie van Handel donderdag inderdaad nog niet aan, hoewel Beijing eerder had gezegd die te treffen. Een woordvoerder legde liever nadruk op maatregelen om investeerders naar China te lokken en de banden met onder meer Europa aan te halen.
Tijdens recente bijeenkomsten met de Chinese leider Xi Jinping en premier Li Qiang en kopstukken van binnen- en buitenlandse bedrijven bleek al dat China meer ruimte wil bieden aan de eigen grote techsector, die het enkele jaren geleden nog met strenge regels aan banden legde.
Consumptie aanwakkeren
China kondigde tijdens de jaarvergadering van het Volkscongres, vorige maand, al maatregelen aan om de kwakkelende economie uit het slop te trekken. Daartoe moet vooral de binnenlandse consumptie worden aangejaagd, die nog niet is hersteld van de corona-epidemie en de crisis in de lokale vastgoedsector. Zo accepteert China nu een begrotingstekort van 4 procent, een procentpunt meer dan eerder, waardoor het omgerekend zo’n 200 miljard euro vrijspeelt voor leningen aan bedrijven en om de gevolgen van de handelsoorlog te dempen.
Lees ook
China wil zich beschermen tegen geopolitieke turbulentie en economische afhankelijkheid
Beijing heeft voor dit jaar een economische groei van circa 5 procent tot doel. De nieuwe handelsbelemmeringen maken dat moeilijker. Juist doordat de binnenlandse markt hapert, maakt export nog altijd een belangrijk deel uit van de Chinese economie. Veel van de maatregelen die het land tijdens Trumps eerste termijn trof, zullen nu minder effectief zijn. Chinese bedrijven hebben te kleine winstmarges om de effecten van de heffingen op te vangen, constateerde de Britse bank Barclays vorige maand.
Tegen eerdere Amerikaanse importheffingen wist China zich nog te wapenen door productie en handel via derde landen: de ‘China+1-strategie’. Trumps jongste ingreep treft echter ook landen die een grote rol in die strategie speelden, zoals Vietnam (45 procent) en Thailand (36 procent). Dat maakt die route minder aantrekkelijk.
De renminbi kan door de handelsoorlog onder druk komen te staan. Analisten verwachten echter dat de centrale bank de Chinese munt niet devalueert, omdat zo’n goedkopere valuta nieuwe heffingen kan uitlokken.
Toenadering tot Europa
De handelsoorlog biedt China ook kansen. Op het World Economic Forum in Davos zei voorzitter Ursula von der Leyen van de Europese Commissie dat, nu „overal ter wereld defensieve handelsmaatregelen worden getroffen”, een kans ontstaat „onze relatie met China te verdiepen, en waar mogelijk onze handels- en investeringsrelatie uit te breiden”. Trump stelde de EU woensdag een generiek importtarief van 20 procent in het vooruitzicht.
Vorige week bezocht de Eurocommissaris van Handel, Maros Sefcovic, handelsminister Wang Wentao. De twee zeiden daarbij een „gelijk speelveld” voor onderlinge handel te willen scheppen – al betwijfelen analisten of China tot wezenlijke concessies bereid is. Een Chinese woordvoerder zei donderdag dat beide partijen gaan praten over minimumprijzen voor Chinese elektrische auto’s. Daarop voerde de EU vorig jaar fikse heffingen in, omdat door staatsubsidies sprake is van oneerlijke concurrentie.
Auto-industrie
Trumps tarieven troffen woensdag ook andere grote economieën in Azië. En Washington ontzag belangrijke bondgenoten niet: op import uit Japan en Zuid-Korea komt 24 respectievelijk 26 procent toeslag.
De Japanse premier Shigeru Ishiba bracht in februari een grondig voorbereid bezoek aan het Witte Huis om zich te vergewissen van Amerikaanse bescherming tegen bedreigingen door China en Noord-Korea. Tegelijk had hij de hoop heffingen op Japanse import af te wenden. Ishiba beloofde investeringen van Japanse autofabrikanten in de VS en zegde toe meer Amerikaans vloeibaar gas te importeren.
Hij toonde zich donderdag dan ook teleurgesteld dat Japan geen uitzonderingspostie krijgt. De heffing van 25 procent op auto’s raakt het land al flink. De auto-industrie is goed voor zo’n 3 procent van het Japanse bbp.
Landbouwminister Taku Eto noemde Trumps bewering dat Japan 700 procent belasting zou heffen op rijstimport „onbegrijpelijk”. „Geen enkele berekening leidt tot dat cijfer.”
Ishiba beloofde steun voor Japanse bedrijven, met onder meer gunstige leningen voor het mkb, maar concrete tegenmaatregelen kondigde hij niet aan. Volgens de economische denktank Daiwa kan het bbp van Japan met 0,6 procent krimpen, terwijl de economie vorig jaar nog – met een schamele 0,1 procent – was gegroeid. De belangrijkste beursindex van Japan, de Nikkei, sloot donderdag bijna 2,8 procent lager.
Zuid-Korea zag de bui al hangen
Voor Zuid-Korea komt de nieuwe ‘wederkerige’ heffing van 26 procent niet onverwacht: volgens Washington bedroeg het bilterale handelstekort vorig jaar zo’n 66 miljard dollar. En ook in dit land komt de importheffing van 25 procent op auto’s al hard aan. Met merken als Kia en Hyundai zijn auto’s het belangrijkste Zuid-Koreaanse exportproduct naar de VS. Waarnemend president Han Duck-soo noemde de heffingen „een zware last” voor de economie en beloofde steunmaatregelen.
Zuid-Korea verkeert al maanden in politieke verlamming, sinds president Yoon Suk-yeol begin december een couppoging deed. Daarna heeft Seoul geen rechtstreeks contact met de intussen aangetreden Trump gehad. Vrijdag maakt het Constitutioneel Hof in Seoul bekend of het geschorste staatshoofd definitief uit zijn ambt wordt gezet.
De aangekondigde importheffingen hadden er al toe geleid dat China, Japan en Zuid-Korea, drie landen met veel onderlinge conflicten, voor het eerst in vijf jaar bijeenkwamen om over economische samenwerking te praten. Volgens Chinese staatsmedia spraken de drie afgelopen week in Seoul af „gezamenlijk” te reageren. De Japanse minister Yoji Muto ontkende die lezing naderhand, terwijl een Zuid-Koreaanse regeringswoordvoerder het „enigszins overdreven” noemde.
Halfgeleiders
Bondgenoot Taiwan ontspringt de dans evenmin, en krijgt liefst 32 procent heffing opgelegd – al geldt voor halfgeleiders voorlopig een uitzondering. Taiwan is ’s werelds belangrijkste producent van geavanceerde chips, van cruciaal belang voor moderne computers, smartphones en andere apparatuur. In 2024 exporteerde het land voor een kleine 33 miljard dollar aan computeronderdelen naar de VS, waaronder grafische processoren van Nvidia, die belangrijke zijn voor AI-toepassingen.
Volgens de Taiwanese analist Andy Hsu biedt de uitzondering een inkijkje in de onderhandelingsstrategie van Trump. „Trump dreigde eerst met heffingen, en vervolgens zegde TSMC grote investeringen in de VS toe”, merkt hij op tegen Channel News Asia. En vorige maand kondigde de chipmaker aan 100 miljard dollar in de VS te investeren, onder meer om in Arizona een fabriek te bouwen.
De uitzonderingspositie voor halfgeleiders kon niet verhinderen dat TSMC, net als branchegenoten Nvidia, AMD en Broadcom donderdag flink aan waarde verloren. Hun aandelen aan de Amerikaanse technologiebeurs Nasdaq daalden met zo’n 5 procent.
