Ook diplomaten hebben soms behoefte aan een uitlaatklep

Niet alleen in Den Haag, ook in Washington, Brussel en Parijs tekenen diplomaten protest aan tegen de in hun ogen eenzijdig pro-Israëlische koers van de politici waar ze voor werken. Diplomatiek verzet heeft een lange geschiedenis en roept de vraag op: zijn diplomaten loyale uitvoerders of moeten ze hun meerderen ook corrigeren door hun onvrede publiek te maken? En, leidt protest ook tot een ander beleid?

Na de terreuraanslag van Hamas tekenden 350 ambtenaren van het ministerie van Buitenlandse Zaken in een brief verzet aan tegen het feit dat het kabinet te weinig oog zou hebben voor de schending van mensenrechten door Israël. Intern debat leidde niet tot resultaat, waarop de brief werd gelekt.

Traditioneel ingestelde diplomaten vinden dat je kritiek binnenshuis moet houden. Je hangt je jas én je opinies aan de kapstok als je ’s ochtends binnenkomt en die neem je ’s avonds weer mee naar huis, luidt hun adagium. Een diplomaat heeft immers geen democratisch mandaat, dat hebben de Kamer en de minister. Jongere diplomaten vinden dat er kwesties zijn die zó controversieel zijn dat je je mond wel open móet doen. Ambtenaren laten hun geweten immers niet thuis als ze naar hun werk gaan, stellen ze. Als interne kritiek dan niet gehoord wordt, moet je wel naar buiten.


Lees ook
Hoe Buitenlandse Zaken worstelt met het Israël-standpunt

<strong>Palestijnse slachtoffers</strong> van luchtaanvallen bij het Al-Shifa-ziekenhuis. Volgens medisch personeel konden ze niet begraven worden wegens Israëlische militaire acties rond het ziekenhuis. ” class=”dmt-article-suggestion__image” src=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2023/11/ook-diplomaten-hebben-soms-behoefte-aan-een-uitlaatklep.jpg”><br />
</a> </p>
<p>De Nederlandse diplomaten die zich roeren staan niet alleen. In Brussel namen ruim 800 Europese ambtenaren afstand van wat ze de éénzijdige pro-Israëlische houding van Commissie-voorzitter Ursula von der Leyen vonden. En ook in Parijs zijn tientallen diplomaten bezorgd over wat ze zien als onvoorwaardelijke steun voor Israël, schreef<em> Le Monde</em> in de aanloop naar internationaal Gaza-overleg in Parijs. De diplomaten hebben zich er de afgelopen weken sterk voor gemaakt dat Frankrijk hardop pleit voor een staakt-het-vuren. De meeste kritiek komt van medewerkers die werken op de directie voor Noord-Afrika en het Midden-Oosten, op het ministerie bijgenaamd de ‘rue arabe’. De Franse ambtenaren uiten hun kritiek volgens de krant hoofdzakelijk binnenskamers.</p>
<p>In de VS hebben duizend werknemers van USAID een open protestbrief geschreven. Vijfhonderd medewerkers uit verschillende andere ministeries en overheidsdiensten hebben president Biden in een brief opgeroepen zich in te zetten voor een staakt-het-vuren. De ondertekenaars zijn anoniem.</p>
<h2 class=‘Dissent Channel’

Op het State Departement maakten drie diplomaten hun kritiek kenbaar via het zogeheten „Dissent Channel”. Deze interne protest-procedure stamt uit de Vietnamoorlog. Tegen het einde van het presidentschap van Lyndon Johnson was het op het ministerie van Buitenlandse Zaken in Washington onrustig. In 1968 namen 266 medewerkers uit protest tegen de oorlog ontslag. In 1970, inmiddels was Richard Nixon president, vielen de VS Cambodja binnen, waarop 20 diplomaten een boze brief stuurden naar minister William Rogers. Een van de diplomaten die ontslag had genomen muntte toen de term „sceptische diplomaat”.

Terwijl Nixon en zijn adviseur voor nationale veiligheid, Henry Kissinger, er alles aan deden om het protest tegen de oorlog de kop in te drukken, heerste op State een ander sentiment. In 1971 kregen de vaak jonge, opstandige medewerkers, de Young Turks, het voor elkaar dat er een formele procedure ingericht werd waarlangs diplomaten hun onvrede kenbaar konden maken. De minister heeft de plicht de stukken te lezen en er op te antwoorden.


Lees ook
Ambtenaren Buitenlandse Zaken bekritiseren in brief aan ministers Nederlandse reactie op oorlog in Gaza

Het ministerie van Buitenlandse Zaken in Den Haag.

Het eerste bericht dat via het kanaal werd verzonden was van medewerkers op het consulaat in Dhaka die vonden dat de VS iets moesten doen tegen de massale moord op de Bengaalse minderheid in Pakistan. Nixon en Kissinger hielden vast aan niet-ingrijpen en het hoofd van de post in Pakistan werd snel overgeplaatst. Sindsdien is in het kanaal geklaagd over de Amerikaanse houding tegenover de junta in Argentinië, over Afghanistan en, in de jaren nul, over de oorlog in Irak, toen een ambassadeur zijn ontslag indiende via het kanaal.

Heeft protesteren zin? Nixon gebruikte het Dissent Channel als één van vele manieren om protest tegen Vietnam te smoren, schreef de Amerikaanse onderzoeker Hannah Gurman in 2011 in vakblad Diplomatic History. Over het effect van het kanaal is ze duidelijk: „Het is overbodig om te zeggen, maar in het 38-jarige bestaan heeft het Disssent Channel weinig invloed gehad op het Amerikaanse buitenlandbeleid.”

De huidige minister van Buitenlandse Zaken, Antony Blinken, maakte deze week in een e-mail aan zijn personeel duidelijk dat hij de afschuw over het menselijke lijden had gehoord en dat hij een open discussie over het beleid intern aanmoedigde. „We luisteren: wat je deelt is informatie voor ons beleid en onze berichten”.


Lees ook
Nederland blijft Israël F35-onderdelen leveren ondanks waarschuwing schending oorlogsrecht

Een Israëlisch F-35-gevechtsvliegtuig, tijdens een afstudeerceremonie op Hatzerim luchtmachtbasis, in 2019.