‘Ik heb kracht, ik kan nog door. Ik heb kracht, ik kan nog door.” Tijdens haar laatste rondjes op de 5.000 meter herhaalt Joy Beune (25) het zinnetje als een mantra in haar hoofd, terwijl op het rondebord haar voorsprong op Merel Conijn slinkt. Op de streep houdt ze in het klassement nog 0,7 seconden over op de verrassing van het toernooi. Na het wereldkampioenschap van vorig jaar wint Beune nu haar eerste nationale allroundtitel.
Conijn (23) zit ondertussen met een brede lach op haar gezicht op het middenterrein van Thialf. Coach Jillert Anema slaat haar liefkozend op de benen waarmee ze zondag in de voorlaatste rit op de 5.000 meter in 6.48,96 haar derde persoonlijk record van het weekend heeft gereden. Dat Beune haar voorblijft, is ingecalculeerd. „Al had ik toen ik over de finish kwam wel even het idee: het zou zomaar echt kunnen”, zegt Conijn even later.
Voor het toernooi was de verwachting dat titelverdediger Antoinette Rijpma-De Jong en Beune zouden uitmaken wie Nederlands kampioen zou worden, maar op dag één meldde Conijn zich verrassend in de strijd. Waar de concurrentie sprak van zware omstandigheden, leek zij daar geen enkele moeite mee te hebben. Op de 3.000 meter dook ze zaterdag als enige onder de 4 minuten, waarmee ze zich stevig vestigde op de derde plaats in het klassement.
De 1.500 meter werd zondag gewonnen door Beune, die op de slotafstand 7,5 seconden moest verdedigen. Haar 5.000 meter pakte ze klinisch aan, rijdend met het schema van Conijn uit de rit ervoor in haar achterhoofd. Toch durfde ze pas te juichen nadat ze op het rondebord een ‘1’ achter haar naam zag staan. „Ik ben blij dat ik deze titel heb. Het geeft een boost, ik heb het gevoel alsof ik de wereld aan kan”, zei Beune, die eerder deze maand al de aandacht op zich vestigde met een shoot in de Playboy. Nu mag ze over twee weken op voor haar eerste Europese titel.
Botontkalking
Voor Conijn bevestigen haar prestaties opnieuw dat ze terug is aan de Nederlandse top. Drie jaar geleden verraste ze door als grote belofte Nederlands kampioen te worden, maar vervolgens kwam haar ontwikkeling stil te staan. Ze tekende bij de ploeg van Jac Orie en begon aan een nieuw lactosevrij dieet, waarmee ze achteraf gezien te weinig calcium binnenkreeg. Door de botontkalking die vervolgens ontstond mocht ze maandenlang niet schaatsen. „Als het zo lang duurt, begin je wel te twijfelen of je nog terug kan komen op je oude niveau.”
Deze zomer sloot Conijn aan bij Team Zaanlander. „Ik schrok wel even van mijn achterstand. Ik had bijvoorbeeld een jaar amper gefietst. Na tien minuten zei ik tegen mijn ploeggenoten: ‘Joe, ik zie jullie wel bovenop de berg’.” Ook aan het vele skeeleren bij haar nieuwe ploeg moest ze wennen: „Ik lag er na tien minuten af”.
Haar trainer Arjan Samplonius ziet een sterke groei bij Conijn: „We zijn bij de ploeg niet bang een hoop arbeid te verzetten. Het voordeel met Merel is dat zij dat ook leuk vindt, je ziet dat ze daar hartstikke goed op gaat. Als je de trainingen ziet, is het einde van haar ontwikkeling nog niet in zicht”.
Al voor het seizoen merkte Conijn dat ze steeds fitter werd. Na een tweede plek op de 3.000 meter op het wereldbekerkwalificatietoernooi van begin november kon het laatste beetje twijfel overboord. In Thialf kreeg ze dit weekend van Samplonius te horen dat goud erin had gezeten. Vooral over haar rondje in de 33 seconden op de 5.000 meter was onvrede binnen de Zaanlander-staf, omdat ze aan het eind van de race nog flink kon aanzetten. „Het had zeker beter gekund”, beaamde ze. Of ze zichzelf als titelkandidaat ziet voor het EK? „Dan moet ik vooral een hardere 500 meter rijden, dat zou de rest van het toernooi een stuk meer ontspannen maken.”
Bij de mannen was de ontknoping van het allroundtoernooi al net zo spannend als bij de vrouwen. Chris Huizinga leek na dag één op weg naar titelprolongatie, maar na een verprutste 1.500 meter bleek zijn achterstand op Beau Snellink op de 10.000 meter te groot.
Vorm zoek bij Roest
De teleurstellende Patrick Roest was op dat moment al uit het toernooi gestapt. „Het lichaam is op”, zei hij met de nodige frustratie na de 1.500 meter. Door een ontstoken verstandskies liep hij in het voorseizoen een trainingsachterstand op, de vorm is sindsdien ver weg. „Ik ga me nu richten op het NK Afstanden. World Cups? Daar heb ik nu niets te zoeken”.
Lees ook
Na gekwakkel zijn Patrick Roest en Femke Kok weer terug op NK Schaatsen
Femke Kok, ploeggenoot van Roest bij Reggeborgh, besloot de tweede dag van het sprinttoernooi helemaal aan zich voorbij te laten gaan. Ze had op dag één weliswaar de snelste seizoenstijd op de 500 meter gereden (37.39) en stond tweede in het klassement, maar moet na een virusinfectie voorzichtig omgaan met haar lichaam. Trainer Gerard van Velde pleitte voor de camera van de NOS wel voor een aanwijsplaats voor het EK van medio januari. „We hebben duidelijk kunnen zien hoe goed ze was en is”.
Zonder Kok verdedigde Jutta Leerdam eenvoudig haar voorsprong in het klassement. Ze won zondag zowel de 500 als de 1.000 meter. Suzanne Schulting, die dit shorttrackseizoen aan zich voorbij laat gaan na haar enkelbreuk van afgelopen maart, werd tweede. Bij de mannen was Jenning de Boo (20) oppermachtig.