Onderzoek NPO legt pijnlijk bloot hoe falend leiderschap omroepmedewerkers in psychische nood stort

Het was nog erger dan al bekend was. Grensoverschrijdend gedrag bij de publieke omroep was geen kwestie van uitwassen bij enkele programma’s, afdelingen of omroepen, het was een groot probleem voor het hele publieke bestel. En het is dat nog steeds.

De commissie-Van Rijn velt een keihard oordeel over de werkcultuur en de omgangsvormen bij de omroep. Intimidatie, pesterijen, seksisme, discriminatie – 1.484 medewerkers en oud-medewerkers van de publieke omroep maakten melding bij de commissie van al deze misstanden. Het betrof geen oude gevallen, maar incidenten van minder dan een jaar geleden.

In veel gevallen hadden ze het eerder ook al aangekaart bij hun leidinggevenden – vaak zonder dat die er actie op ondernamen. „Op alle niveaus”, schrijft de commissie in haar donderdag verschenen rapport, „is te veel weggekeken door leidinggevenden, organisatie-professionals, toezichthouders bij de omroepen en door de NPO. Dit ondanks indringende signalen vanaf de werkvloer, maar ook vanuit functionarissen zoals P&O” (personeelszaken).


Lees ook
‘Bijna 1.500 medewerkers bij publieke omroepen zeggen afgelopen jaar doelwit of getuige te zijn geweest van grensoverschrijdend gedrag’

Voorzitter Martin van Rijn van de Onderzoekscommissie Gedrag en Cultuur Omroepen (OGCO) tijdens de presentatie van het onderzoeksrapport over de sociale veiligheid bij de publieke omroep en de NPO.

Het rapport schetst een ontluisterend beeld. Het bespreekt twee ernstige gevallen (het programma De Wereld Draait Door en de redactie NOS Sport). Namen van personen worden niet genoemd. In plaats daarvan, en wel zo belangrijk, laat het rapport terugkerende patronen zien. Patronen als falend leiderschap en onduidelijkheid over verantwoordelijkheden.

De treffende titel van het rapport luidt: Niets gezien, niets gehoord, niets gedaan. De ondertitel, Zoekgemaakte verantwoordelijkheid, suggereert dat van opzet sprake is, al lijkt eerder sprake van incompetentie en laksheid.

Directeuren hebben sleutelrol

De NPO heeft er na onthullende publicaties in de Volkskrant over misstanden bij De Wereld Draait Door (in 2022) en daarna NOS Sport (in 2023) voor gekozen om een grondig onderzoek te laten instellen, dat uiteindelijk de hele publieke omroep onder de loep moest nemen. Pijnlijk is het rapport zeker – voor de slachtoffers van het grensoverschrijdend gedrag, voor de leidinggevenden, voor de reputatie van het omroep. Of het rapport ook heilzaam kan zijn moet blijken.

Nu de commissie de publieke omroep een onderbouwde dreun heeft uitgedeeld, is de vraag of hiermee nu ook de bepleite cultuurverandering in gang gezet kan worden. De commissie maakt duidelijk dat daarvoor noodzakelijk is dat de aanbevelingen die zij doet op alle niveaus van de organisatie gelezen en ook ter harte worden genomen. Ze laat er geen misverstand over bestaan dat directies daarbij een sleutelrol hebben te vervullen.

Hoewel de misdragingen bij DWDD excessief waren, tonen ze wel aan hoe patronen bij omroepen kunnen leiden tot langdurige onveilige werkomgeving. Met alle „psychosociale arbeidsrisico’s” van dien. Vanaf 2009 krijgt de Vara-directie signalen van de hoofdredactie van DWDD over „stress, druk en onduidelijkheid op de redactie”. Tientallen melders voeren die stress terug op de onvoorspelbaarheid en veeleisendheid van de presentator en de hoofdredactie. Laatste zou wel alarm hebben geslagen. De commissie stelt op basis van schriftelijke documenten vast dat hoofdredacteuren „de noodklok” hebben geluid over de forse uitval en doorloop van DWDD-medewerkers. Dat was in de heftigste tijd, tussen 2009 en 2013.

Niemand greep echt in

De directie, met toenmalig mediadirecteur Frans Klein als direct verantwoordelijke, zou de hoofdredacteur (Dieuwke Wynia) en de presentator Matthijs van Nieuwkerk hier op hebben aangesproken. Ook zou de redactie in omvang zijn uitgebreid. Van Nieuwkerk bestrijdt tegenover de commissie dat hij op zijn gedrag is aangesproken. Toch is één poging daartoe van een hoofdredacteur wel degelijk terug te zien in correspondentie, aldus de commissie. Maar er kan maar één conclusie zijn: niemand greep echt in. Het succes van het vlaggenschip was te belangrijk.

Wat al bekend was uit onderzoeks-artikelen van de Volkskrant wordt allerminst ontkracht door de bevindingen. Integendeel. Er kwam wat betreft DWDD nog een nieuwe dimensie bij, met getuigenissen over seksuele relaties waarbij vrouwen een afhankelijkheidspositie hadden ten opzichte van de mannelijke medewerker. Verschillende DWDD-medewerkers „maakten duidelijk hoeveel spanning en afhankelijkheid zij hierdoor hebben ervaren en hoe lang dit hen daarna heeft achtervolgd als een uiterst negatieve en ondermijnende werkervaring, die ook langdurig doorwerkte in hun privéleven”, schrijft de commissie. Deze vrouwen zouden na het verbreken van een seksuele relatie met een hogergeplaatste niet langer welkom zijn op de redactie. Op gesprekken op de redactie werd het als „normaal bestempeld” dat mannen het bed deelden met vrouwen in een afhankelijkheidspositie, zeggen „diverse” medewerkers.


Lees ook
Er wankelt iets in Hilversum, maar wat is er nodig voor een echte cultuurverandering?

In de cultuur- en mediasector worden niet zelden fysieke en mentale grenzen opgerekt, concludeerde de Raad voor Cultuur deze zomer.

De commissie heeft geen onderzoek gedaan naar individuele gevallen van grensoverschrijdend gedrag, maar spreekt wel van „concrete en consistente ervaringen” die uit de gesprekken naar voren komen. Daarmee is onderkend dat wat bij DWDD en NOS Sport is gebeurd, geen subjectieve belevenis was van een enkeling.

Alle 57 DWDD-medewerkers die de commissie sprak, noemden falend leiderschap. Van de ruim 200 mensen die in totaal geïnterviewd zijn bij meerdere omroepen, noemt 90 procent dit als de belangrijkste oorzaak voor grensoverschrijdend gedrag. De voornaamste opdracht voor omroepen is dan ook om niet weg te kijken, met leiders die oog hebben voor het leed op de werkvloer.