Ondanks de aardbevingsschade stemt haar moeder weer op Erdogan. Waarom?

ZAP In Mijn Turkse stem haalt journalist Suzan Yücel haar familie voor de camera om ze te vragen wat ze eigenlijk al weet: op wie stemmen jullie?

Veel Nederlanders zien Erdogan als een dictator die vrijheden inperkt, maar daar denken de ouders van Suzan Yücel heel anders over.
Veel Nederlanders zien Erdogan als een dictator die vrijheden inperkt, maar daar denken de ouders van Suzan Yücel heel anders over.

BNNVARA

De documentaire Mijn Turkse stem van Suzan Yücel begint met haar nichtje dat haar belt vanuit Turkije. Of ze alsjeblieft wil gaan stemmen. Komende zondag wordt er in Turkije gestemd voor een president en het parlement, en dit wordt gezien als de „belangrijkste verkiezingen van de eeuw”. Blijft of gaat Recep Tayyip Erdogan, dat is de kwestie. De president leidt het land nu twintig jaar, overleefde al eens een militaire coup tegen zijn regering en krijgt bakken kritiek wegens zijn te lakse optreden bij de aardbevingen van begin dit jaar. De inflatie is hoog, de democratie wankelt en zijn volk is verdeeld. De documentaire was zondagavond op televisie, tevens de laatste avond waarop Turkse Nederlanders konden stemmen. Na sluiting van het stembureau in de Amsterdamse Rai brak er een vechtpartij uit die, te horen aan de politiehelikopter boven me, de rest van de documentaire zou duren.

Voor journalist Suzan Yücel speelt er nog een kwestie: mag ze stemmen voor een land waar ze niet woont? Formeel mag het, ze heeft de Nederlandse en Turkse nationaliteit. Maar toch, heeft zij het recht te bepalen welke regering regeert over ándere mensen die anders denken dan zij? Eigenlijk lijkt ze zich af te vragen hoe Turks ze (nog) is, en of dat haar voldoende recht geeft haar recht uit te oefenen. De keuze voor of tegen Erdogan trekt scheuren in het land, in families en gezinnen, en noopt Suzan Yücel tot zelfonderzoek.

Met haar vriendin Semra lacht ze hard het meisje uit dat ze ooit was. In een oud fragment uit Het Jongerenlagerhuis zien we een piepjonge Suzan met zwarte hoofddoek die roept dat ze traditioneel is en daar trots op ook. „Wie is dat meisje?” Niet de Suzan Yücel van nu, die niet meer gelovig is en afstand nam van Turkije en de politiek daar. En dat is voor niemand makkelijk. Suzan haalt haar ouders voor de camera om te vragen wat ze al weet: ze stemmen, weer, voor Erdogan. Haar vader is net zijn koffer aan het pakken om zijn vader te bezoeken in het dorp waar door de aardbeving niks meer van over is. Terwijl hij zijn koffer volpropt met zakken lollies, paaseitjes en doosjes paracetamol, geeft hij zijn dochter zo vaag mogelijk antwoord. Dan haar moeder. Die is zo duidelijk als maar kan. Erdogan heeft armoede bestreden en vrijheid gebracht. Het brengt haar dochter tot tranen, want zij denkt er intussen anders over. Dat is, bevestigt haar moeder, een teleurstelling. Maar, zegt ze, staat liefde daarboven? „Ja.”

Van de 440.000 Turkse Nederlanders gaat ruim de helft stemmen. Driekwart stemt voor de AK-partij van Erdogan. Maar niemand die dat voor een camera wil toelichten. In Nederland vinden ‘we’ Erdogan een dictator die de democratie naar de gallemiezen helpt, de Koerden onderdrukt, journalisten gevangen zet. Toen in 2017 een minister namens Erdogans partij campagne kwam voeren voor de verkiezingen tóen, werd haar dat door onze regering verboden. Jonge Turkse Nederlanders die nog stage moeten lopen of een baan vinden, die houden hun politieke voorkeur liever voor zich.

Suzan Yücel brengt zoetigheid mee voor haar ouders, opdat ze zoet met elkaar zullen praten. In haar woedt geen tweestrijd meer, maar wel tussen haar en haar naaste familie. Ze moet mild zijn, luisteren, begrip opbrengen, en door haar doen wij dat ook. Haar oom, hij woont in Ankara, barst in snikken uit als hij haar vertelt over de tijd vóór Erdogan. Hij diende 22 jaar in het leger en heeft, zegt hij, nooit in het openbaar mogen bidden. Turkije werd destijds strikt seculier geregeerd. Ging hij naar Nederland op vakantie dan kon hij gewoon zijn gebedskleed in het gras leggen. Maar zijn vrijheid (van religie) is andermans onvrijheid. Suzan Yücel is er uit. Ze heeft gedaan wat haar nichtje vroeg. Ze stemde. Wat, dat laat zich raden.